H il- e n -V a a r k a n t, B a a i- e n -N e e r s tr a a t, B rem b e rg , Atle»
l a k e n , H a an sb e rg , en D o n k - e n -P a l in g s t r a a t , alsmede de
pold. den Zw a rte n b e rg , den W e s tp o ld e r, den K rijte n b e rg ,
den O o s tp o ld e r, bet G o e d -v a n -IJk e l, den Hooge-enLage-
H ille k e s , H o o g -e n -L a a g -A c h te rb o e rk e n s en bet Trippen-
p o ld e rk e .
Deze gem. beslaatvolgenshet kadastereene oppervlakte van 6022 bund.,
waaronder 5806 bund. 75 v. r. 70 v. eil., scbotbaar land; telt 862 h.,
bewoond door 1084 huisgez., uitmakende eene bevolking van ruim
5400 inw., die meest hun bestaan vinden in den landbouw, steen-,
pannen- en pottenbakkerijen hebben, terwijlmen in deze gem., aan de
grenzen van de gem. ’s Princenhage, mede eenen beendermolen ter
Semesting der landerijen heeft.
De R. K., die hier ruim 5100 in getal zijn, maken de par. van
Etten en Leur uit, en bebben in deze bürg. gem. 2 kerken.
De Herv., van welke men er ruim 500 aantreft , en die in deze
bürg. gem. 2 kerken bebben, maken gedeeltelijk de gem. de Leur
u it, en bebooren gedeeltelijk tot de gem. Etten-en-Hoeven. — Men
heeft in deze gem. 5 scholen.
Het wapen van deze gem., waartoe vroeger ook het d. Sprundel
beboorde, bestaat uit een veld van azuur (blaauw), beladen met drie
bürgten van goud, gedekt met eene kroon van goud met vijftien paarlen
van zilver.
ETTEN-EN-NETTERDEN , kerk. gem., prov. Gelderland, klass.
van Zutphen, ring van Doetznchem.
Men telt er 50 zielen , en heeft er twee kerken, eene te Etten
en eene te N e tte rd e n . Deze gem. was vroeger met T e r B oro en
S m .voi.de vereenigd, na de scheiding van die gem. bad zij eenen afzon-
derlijken Predikant, zijnde de eerste , die alhier het leeraarambt waar-
nam, geweest T heodorus P e t r i , die in het jaar 1615 hier kwam en
in 1625 overleed. Destijds beboorde bet collaticregt aan den Heer van
Wisch en den Vorst Hohenzollern-Siegmaringen. Sedert het oycrlijden
van den Predikant A braham R a h p iu s , hetwelk in het jaar 1680 plaats bad,
wordt de dienst in deze gem. waargenomen door de Predikanten van
’s Heerenberg, Gendringen en Ter-Borg.
ETTER of W e t t e r , eil. in Oost-lndie , tot de Zuidwester eilanden
van Banda behoorende , N. van Timor, 8 min. N. W. van Kisser;
7° 55' N. B., 142° 91' O, L.
Het is bijna vierkant, van het O. naar het W. 20 mijlen lang, en
van het N. naar het Z. 7 mijlen breed. — De hoofdpl., daar de Ko-
ning woont, beet Am ag il ly.
ETTERNACH, st. in het balj. van Echternach, grooth. Luxemburg.
Zie E chternach.
ETTERSEM, d . in Waterland, p r o v . Noord-Holland. Zie E tershe ih.
EUDENHQUT , naam onder welken het d. U d e n h o d t , in de Meijerij
van ’s Hertogenbosch, kw. Oisterwijk, prov. N oord-Braband, voorkomt,
in eenen brief, van Zaturdag na Hemelvaartsdag van het jaar 1269,
waarbij J an I , Hertog van Braband, aan W il h e l m s , Heer van Hoorne,
Loon-op-Zand verpandt. Zie U denhodt.
EUGENIAANSGHE-GRAFT, E dgeniaansch-K anaal, in het Lat. F ossa-
E ügeniana, in het Fr. F osse- E dgenienne , begonnen, doch later gestaakt,
kanaal in Opper-Gelder, prov. Limburg.
Dit kanaal werd tijdens het bestuur der Aartsbertogen F erdinand en
I sabella ontworpen. In het jaar 1627 , begon men h e t, beneden Rijaberk,.
te graven , van daar mocst het yoorbij Gelder , dwars door het
riviertje de Niers , tot aan Venlo, en aldaar in de Maas loopen. Het
doel daarvan was, de vereeniging van de Maas met den Rijn , ten
einde voor de Noord-Nederlanders de gemeenschap met Duitschland
af te snijden en daardoor den grooten handel, welken zij op datland
dreven, te bederven. Men noemde het de E o g e n i a a n s c h e - g i i a c b t , om-
dat de infante I z a b e l l a C l a r a E d g e n h , Aarlshertogin van Ooslenrijk,
daaraan den 1 September van het jaar 1627, den «ersten steen had
doen leggen door H e n d r i k , Graaf van den Bergh, Gouverneur van
Gelderland.
Bij den Munsterschen vredc wisteh echter de Vereenigde Nederlanden
de staking van dit, reeds aanmcrkelijk gevorderd, werk te bedingen,
daar de voltooijing ongetwijfeld ten nadeele van den Nederlandschen
liandel zoude gestrekt hebben. Sedert heeft men dit kanaal geheel laten
vervallen, zoodat het nu op onderscheidene plaatsen droog en naauw-
lijks kenbaar is.
EUGENIANA (F0SSA-), Lat. naam van de E dgeniaansche-G ra ft , in
Opper-Gelder, prov. Limburg. Zie E ogeniaansche-Q b a f t .
EUGENIENNE (FOSSE-), Fr. naam van de E dgeniaansche G r a f t , in
Opper-Gelder, prov, Limburg. Zie E dgeniaansche-G r a f t .
EÜLE, Oelb of E ele, geh. in Twenthe, prov. Overijssel, arr. en
51 u. Z, Z- 0. van Almelo, kant. en j u. Z. Z. O. van Delden, gem.
en 1 li. Z, W. van Hengeloo.; met eene school.
EULERY, geh. in het. balj. van Remich-en-Grevenmacher, regtsgeb.
Grevenmacher, grooth, Luxemburg. Zie E v l e r t .
EULT (DEN), heerenhuizing en boerderij in Eemland, prov. Utrecht,
arr., kant. en 2 n, W. N. W. van Amersfoort, gem. en \ u. Z. W.
van Baam, rondom in de goederen van Z. M. den Koning der Nederlanden
liggende en daartoe behoorende.
EURSING of E drsinge , geh. in Beilerdingspil, prov. Vrenthe, arr.
en 4 u, Z. van Assen, kant. en 2 u, N. van Hoogeveen, gem. en
1 u. Z. van Beilen; met 22 h. en 150 inw.
EURSING. of E d r s in g e , geh. in Beilerdingspil, prov. Drenthe, arr.
en 5j Z. ten O. van Assen, kant. en 5 u. N. ten O. van JIoogeveen,
gem. en j u. Z. van Westerbork; met 9 h, en 80 inw. Dit geh. wordt
doorgaans genoemd E drsinge- eork ter onderscheiding van het vorige
art. helwelk doorgaans aangeduid wordt door den naam vanEurs'pnge-
beilen.
EURSINGE-BEILEN en EURSINGE-BORK, twee geh. in Beilerdingspil,
prov. Drenthe. Zie de beide vorige art.
EUSCHBACH , kleine beek in het grooth. Luxemburg. — Zij ont-
staat nabij de groote hoeve Bueherhof, in de gem. Stadlbredimus, uit
cenige vijvers , die den naam van Bachen - Veyren dragen , en werpt
zieh, l u. ten 0. van Greveldingen, waar zij den naam van H alenbach
aanneemt, in de. Moezel.
EUSCHEN, d. in de heerl. Clairefontaine, grooth. Luxemburg. Zie
EiscnEN.
EUSTACHIUS (ST.), eil. in West-Indie, een der Nederlandsclie-
Antillen. Zie het volgende art.
EUSTATIUS (ST;) , ook wel St. E ostachids geschreven, eil. in Westhidie,
,eep. Acr JVederlandsche-Antillen.
Bet ligt 7j m. Z. ten 0. van St. Marlen , 6 J m. Z. Z. W. van het
Deensche eil. St, Barlholorneus, 5 | m. N. W. van het Engelsche eil.
Et. Christoffel. 5 m. 0. teil Z, van Saba.
IV. Deel. 18