mögende zeelieden, in een werk in Octavo, onder den naani van
Enkhuiser-Seevaertboek, bijeen getrokken heeft ; R r i jn W öu tersz . een
schipper, die in 1569 en 1570 het middel uitvond , om de Stengen
der groote schepen, welke te voren aan den top der mast werden
vastgewoeld, te doen doorschieten, eene uitvinding, waardoor hij eene
uitstekende dienst aan de scheepvaart bewezen heeft; F red e r ik A driäensz.
W e s t ph a l e n , f 2 October 1683, na op eigen kosten'de drie deelen der
oude wereld, Europa, Azie en Afrika doorreisd te hebben, en D irk
G e r r it s z . , gezegd Ch in a , de eerste Nederlander, naar het schijnt,’
die China en Japan heeft bezocht. Hij ontdekte Dirk-Gerritsland, ten
Z. van Amerika.
De Latijnsche en Grieksche Taalgeleerde T heodoricos L a n gib s ,
f 8 Jumj 1578, na, tienjaren lang aan de hoogeschool te Bordeaux en
vervolgens nog 24 jaren aan het Busleidsche collegie te Leuven' de
Grieksche taal te hebben onderwezen.
De L a tijn sch e D ic h te r , H e r itiu s I sbrandi (H e e r t je Y sbrandsz. van
W ijd en e s ) , geb. in 1522, f 4 Januarij 1611.
De S c h ild e r P ablhs P otter , geb. in 1628, f in 1654.
De P la a ts n ijd e r C ornelis B o is s e n s , die in de zestiende-eeuw pe-
leefd heeft , en tevens een beroemd schrijver was.
De S ta a tsm a n n e n : F ranciscüs M aelson , zoo als hij zijnen naam ,
welke eigenlijk Maakschoon was, vcrzachtte, geboren tusschen 1530 en
1540 , en vermoedelijk in het begin der zeventiende eeuw f , na onder-
scheidene gezanlschappen te hebben waargenomen , terwijl hij zieh tevens
een groöt voorstander en begunstiger van de zeevaart betoonde (1 )-
I zaak ä D oreslaer , Resident van Engeland , aan het Hof te ’s Gravenfcage,
alwaar hij den 12 Mei 1649 vermoord werd, zijnde hij geb. den
30 October 1605, en J acob M o s s e l , f 15 Mei 1761, als Gouverneur-
Generaal van Neerlands-Indie.
De Z e e h e ld e n : J an G erbrandtsz. , die in 1606, toen hij Vice-
Admiraal van Wesl-Friesland en het Noorderkwartier was, de Admi-
raal van D dinkerken overwon, en 70 gevangenen te E nkrdizen opbragt,
J an R evnertsz , een Koopvaardijvaarder, die tot twee malen töe de
Duinkerkers met kloeken moed heeft afgeslagen; J an P ie t e r sz . P roost
Grootschipper; die in 1611, met Schipper C ornelis A deriaanz. B rodwer
van Medemblik , in gevecht gerankt zijnde tegen vijf groote galeijen
van Tunis , deze manmoedig afsloeg , en het volk van het schip van
B r o b w e r , helwelk in brand geraakte , in het zijne overnam ; J acob
P ie t e r se , die in 1603 , in plaats van S ebald de W e er t , het Vice-
Admiraalschap in Oost-Indie met moed en roem heeft waargenomen •
W ybrand S ch r am , Admiraal van eene Oost-Indische vloot, die zieh
in 1627 , met het schip Hollandia en het jagt Grootebroek. tegen den
Roover K ompaan en vier zijner groote roofschepen, door welke hij werd
aangevallen, kloekmoedig verdedigde; F rekk F r e ek sz . R yx en H endrik
J ansz. S c h r a m , Grootschippers, die zieh door hunne kloeke oorlogsda-
den, in Oost-Indie, hebben beroemd gemaakt; de Zeekapiteinen V ol-
(1) Het h u is , waarin M a e ls o n geboren en opgevoed i s , is nog op de V e n e d ij te E n k h u iz b n
aanwezig. In den voorgeyel leest men onder zijn geslachtswapen de yolgende woorden : In t b d o m i n e
S p e r a v i n o n c o n f ü n d a r i n a e t b r n o m . P r o j ü s t i t i a t ü a e r ü e me e t l i b e r a m e . Psalmo 71
(d. i.: Op U Heere betrouw i k , laat mij niet beschaamd worden in eeuwigheid. Red mij door Uwe
geregtigbeid en bevrijd mij. Psalm 71 vers 1 en 2). Boven den ingang der deur leest men : Düm
v i t a , s p e s e s t (d. i. zoo lang er Ieven is , is er hoop) , en in de voormalige woonkamer van
M a e ls o n vindt men aan den schoorsteen deze woorden: Odi memorbju c om p o t e r em (d. i. ik haal
«senen drinkgezel, die geheugen heeft).
ENK.
RAERt K aNNONNYX, G eRRIT VAN Sw O L , CORNELIS DE Z e ECW en LlETE DE
Z eedw , die zieh insgelijks door hunnen heldenmoed een grooten roem
verworven hebben; H illebrand G e r r it s e Q dast , die in 1628 Vice-Ad-
miraal van Noord-Holland was; V o lkert S ch ram , gesneuveld den 7 Junij
1673, als Yice-Admiraal; D avid V le o , gesneuveld den 7 Junij 1673,
als Scbout-bij-Nacht; de Kapiteins C ornelis de Bo e r , f 16 Junij 1673
aan zijne in den slag van 7 Junij deszelfden jaars bekomene wonden ;
P ie ter B a k ker en M aarten de B oer , die zieh mede in dien zelfden slag
heldhaftig gedragen hebben; A rnold A driaan B dyskes , geb. den 21
Januarij 1770, + in Januarij 1838, als Vice-Admiraal, en G e r r it
F abritids geb. 27 Maart 1772 , gesneuveld den 21 October 1812 in
het gevecht tegen de opstandelingen van Palembang, als J,uitenant ter
Zee der eerste klasse.
Aangaande den Burgemeester en Ridder G e r r it E ntz , geleefd heb-
bende in delöde eeuw , wordt getuigd , dat hij een moedig en erva-
ren zeeman was en Vice-Admiraal van Nederländ geweest is. Ook
Burgemeester W illem J ansz., was een ervaren en moedig zeeman en
werd, in 1560, benoemd tot Admiraal en Overste van de Vloot, waar-
mede 3000 Spaansche krijgsknechten , die in den oorlog tegen Frankrijk
gediend hadden , naar Spanje zouden worden terug gebragt.
De Enkhuizers hebben ook dikwijls hunnen moed en volharding aan
den dag gelegd , in het doen van verre reizen. Zij waren ook de eerste
welke met den beroemden J an H uigen van L inschoten , die, ofschoon hij
te Haarlem geboren was, het grootste gedeelte van zijn leven. te E nk-
hbizen heeft doorgebragt, tot twee herhaaldc reizen de vaart, benoor-
den om-, naar China en Oost-Indie, beproefd hebben. De Admiraal,
die in deze reizen naar Nova Zembla , eerst over drie en daarna over
zeven schepen het bevel voerde, was een Enkhuizer, C ornelis C or-
nelisz. N aay , genoemd.
Onder degenen , die zieh verdienstelijk omtrent het Vaderland gedragen
hebben , verdienen vooral de S emeinen van E nk rdizen eene ecr-
volle plaats. Het was den vader niet genoeg geweest, van het begin
der Spaansche beroerten, met verwaarloozing van zijne eigene zaken,
zijn vermögen ten nutte der goede zaak aan te wenden, zijne zonen
stonden mede met al hunne schatten den Prins van Oranje bij. Zij
verkochten hunne juweelen en andere goederen; verpandden de onroe-
rende; gaven, renteloos, de gelden, daarvan gekomen, ten dienstc
van den lande, en rustlen daarenboven nog schepen ten oorlog uit.
Met deze laatsten deden zij gewigtige diensten op de Zuiderzec; noch
vergelding, noch belooniog vorderden zij. Geheei anders dacht er de
grondlegger van onzen Staat over; want , bij akte van den jare 1577,
gaf hij aan S emein , en den oudsten zijner nakomelingen, tot den laatsten
toe, den titel van Raad der Prinsen van Oranje, terwijl het
geslacht van S emein en diens nakomelingen »tot allen tijden , tot alle
» ambten geprefereerd zijn ende blijven, uit zake van de mildadigheden
» en groote diensten aan de Nederlanden , en in het bijzonder aan Zijne
» Excellentie gepleegd. ” Dit besluit des Prinsen is, in het volgende
jaa r, door de Staten , die zieh toen noemden de Prelaten, Edelen en
Gedeputeerden van de steden, representerende de Generale Staten
van deze Nederlanden, nader bekrachtigd ; terwijl zij daarbij de dien-,
sten der bevoorregten vermeldden , zoo dat men den prijs daaruit kan
leeren kennen, waarop deze geschat waren. Het verdient opjnerking,
dat later aan elken Prins van Oranje , die in het stadhouderlijk bewind
kwam, door de nakomelingen het, hun door W illem I geschon