de duinen aan het zeestraad en niet ver van den niond der Maas aa«
den hoek van Holland, ter plaatse, vvaar men meent, dat voorlicen
eene zeer bekwame liaven geweest zou zijn , doch welke met den tijd
verland is. Vroeger werd deze plaats, b.j verkortmg, veelal Z a i. d e
of S a" d e senoemd. Onder dezen naam komt zy onder anderen voor
in eenen Jftbriefvan 13 September 1318, waarby aan du. van s G r a v
e z a n d e in eeuwigen pagt wordt uitgegevenfde molens en den wind voor
dertiiT POTden s^joars. Het d. i." door heerlijke wei- en bouwlanden,
afp-ewisseld door onderscheidene landhoeven, omgeven. Men kan den
naam van ’s G r a v e z a n d e niet gevoegelijker afleiden, dan van de verblyf-
plaats der Graven van Holland, die, volgens het eenpang getuigems der
oude geschiedschrijvers, ook hier, zoowel als op sommrge andere plaa^en
hun hof geliouden hebben, eer Komng W i l l e m het, Hofpaleis in s Gra-
venha.e beffon te bouwen. Dit wordt We zen mt de overgeblevene na-
menvande K o n in g s tra a t, ’s Gravenhoek en de H o fla an , welke
van ’s G r a v e z a i . d e naar den Foelmolen, aan de Vaart, tusschen dit dorp
en Poeldiik, loopen, gelijk er nog een stuk land hieromtrent gelege ,
het Hofland Jheeten wordt. Krachtigerhewijs leveren deswege eemge
o u d e brieven, door de Graven van Holland hier gegeven, en voorname-
liik zietmen dit in eenen brief van Gravinne M a c h t e l d , wed. van Graat
F l o r i s IV gedagteekend te ’s G r a v e z a n d e , op den vooravond van den
Apostel en Evangelist M a t t h e u s , des jaars 1266. In dezen brief wordt
uitdrukkelijk van het hof en da kapelle te s G r a v e z a S d e gewaagd, waar
uit tevens blijkt, dat dit hof, nog na den dood_van Konmg WiLlEii
die in het jaar 1256 sneuvelde, in stand was. Mogelijk heeft hij zelf
nog wel zijn verblijf hier gehouden, omdat het hof te sGravenhage,
wafrvan Graaf F l o r i s V mede als Bouwheer getneld vvordt, nog met vol-
tooid was. Anders zou men insgelijks mögen denken, dat het dooi
den Koning aan zijne moeder, Vrouw M a c u t e l d , fer'woning gelaten is.
Volgens de gemeene overlevering zou het oude pastoorsbuis, weleer de
keuken van ’s G r a v e n h o f geweest zijn. Dit huis is_nog m zeer gofden
Staat en was sedert de Hervofming, tot voor weinige, ja r e n ,door den
Fredikant bewoond. Tot bevestiging Predikant hewoona. a o l uevcsbigiiig dczcr -ov’ve-r leverirn-gn wordt «g etui«gd.
d a t men in het ja a r 1546 de grondslagen t?an dit Hof d_oor het giav
o n t d e k t h e e f t , e n d a t bij die g e l e g e n h e i d , a l d a a r V e i s c h p i d e ö e a a r d e n
v n tie s met verschillend huisraad, gevonden zijn , die Vpor overblytselen
u it den Romcinschen tijd gehouden werden. ^ Mdrt kd.n met gcen
zekerheid melden, in welken tijd het hof van s G r a v e z a S d E te met
gegaan zij , mogelijk zou men-dit kunnen bepalen in den trjd van den
tweespalt tusschen J a c o r a v a n B e i j e r e n en hären oom J a n v a n B e i j e r e n ,
x w e e . 11 ä . n m f r p n t Sanramerltsdaii, in
tweesnalt tusschen j a c o b a v a n tu ^ y •
toen die van Brielle, zijne zijde volgendc, omtrent SaCramentsdag in
h e tia a r 1418, ’s G r a v e z a n d b to t den grond toe afgebrand hebben, bomb
e n zijn van gevoelen geweest, dat de oude Graydn van Maasland
hetwelk in de oude Schriften , zoowel als Texel en Kinheim een graaf
schap genoetnd w o rd t, hier hunne woonplaats gehad hebben , waar-
door de oudheid van ’s G r a v e z a n d e nog kläarder zoudc blyken.
Wie bepaaldelijk voor den stichter der plaats te houden zij worcK
nergens aangeteekend gevonden en | ook uit geene overbbj selen op
te sporen. Waarschijnlijk is het zyncn oorsprong verschuld.gd aan
dien Graaf, welke het oude hof aldaar heeft doen b o u w e n , 2 doch wie
zulks geweest zij, is onbekend. , ... ,
G r a v e z a n d e was in vorige ceuwen veel grooter en aanz.enhjker dan
thans; het was met muren omgeven, en werd met püorte« afgesloten.
De te^enwoordige bocrderijen en tuinen¿Sandeveld, VlugtOnb g?
S t e l l e n d ü k , W i ld io f , Z u idw in d , A ls em g e e s t, A reu d s-
d uiii en O o std u in , voorheen V r e d e n b u r c h , zijn vroeger schoone
buitcnverhlijven geweest, welke fraaije vijvers en koepels hadden.
Er wasä, zoo als reeds gezegd is, eene haven, die, van. de plaats
a f , in de Maas liep, en , zoo als wij reeds gemeld hebben, met
der tijd verland is , ten gevolge van het bcdijken van onderschep-
dene polders, waardoor ’s G r a v e za n d e veel van zijnen luister, doeh met
van ziine landeriien verloren heeft. Uit twee brieven, zoo van A l b e c h t
als van W il l em v a n B e i j e r e n , blijkt het volkomen , dat s G r a v e za n d e
onder de steden geteld werd, nevens H a a r lem , D e l f t , L e y d e n en
anderen. Het is thans nög een aanzienlijk dorp, teilende, m de kom
der gem., 266 h., bewoond door 281 huisgez.,- uitmakende eene bevolking
van ruim 1300 inw. . . . , j
De plaats bestaat tegenwoordig voornamelijk in eene brecde straar,
die biina noord- en zuidwaarts loopt, zijnde zeer net met steenen ge-
plaveid , en aan beide zijden met huizen bebouwd en met boomen
beplant. Ten Z. van de kerk is een ruim plein , waarop eemge rijeu
boomen staan en hetwelk tot een marktveld geschikt is. Aan dit plein
is eene vaart, waarin de schepen liggen kunnen.
Het S ta d h u is of liever nu R a ad h u is, is een oud gebouw.
De kerk , welke met haar westelijk gedeelte aan de straat staat, was
voor de Reformatie aan den H. Bisschop en Martelaar L am b e r t u s , be-
nevens aan de Allerheiligste Mciagd, toegewijd , de tijd van liarc S t i c
tinff is nergens aangeteekend ; doch zeer waarschijnlijk was zij van hoo-
gen ouderdom. Ook was zij beroemd door het Lieve Yröuwenbeeld,
dat der kerke vereerd was, door Yrouwe 'MACHTELD, gemalin van ^ raa
F l o r is IV. Dit beeid zou naderhand op het Beggijnhof te Delft gebragt
en aldaar bewaard geworden zijn^ hoewel er thans niets ^ eeJ' va^
hekend is. Er was mede eene vikarij aan het altaar van de H, Maaga
M a r ia gestiebt. De Pastoors te ’s G r a v e za n d e werden uit de Abdij van
Marienweerd genomen en door den Abt aangesteld. De koster werd door
de Graven aangesteld en had jaarlijks een inkomen van 1 pond Hol-
landsch (7S cents). De vroegere kerk was een schoon , ruim eil luchtig
gebouw, eh bestond uit drie nevens elkanderen gevoegde daken.
middeldak, hetwelk boven de twee anderen uitstak , droeg öphet mid-
den een sierlijk doorl’uchtig zeskant torentje , waarin een klokje hing,
van boven met een lantarentje gedekt. Aan de noordzijde der kerk ,
was nog een half kruispand uitgebouwdj maar de zuidzijde scheen van
jongeren tijd. In deze kerk plagt men , zoo vö6r als na de Reformatie,
als er eene preek gedaan was, zoo wel des Zondags als op Heilige
dagen, inzamelingen te doen, ten dienste van de arme Leprozen te
’sGravenhagej doch dit is naderhand bij Kerkmeesteren afgekoclit, met
6 gülden ’s jaars , welk geld bij de Rentmeesters van het gezegde Lepro-
zenhuis ontvaqgen en verantwoord werd. Aan het westeinde der kerk
stond een fraaije toren, welke met zijn gemetselde spits zeer vermaard
was, door zijne hoogte, waarin zij alle dorptorens en die van vele steden
in Holland overtröf. De zeelieden konden hem in zee op eenen wij-
den afstand ontdekken, en hij strekte te gelijk met den toren van de
Nieuwe kerk te Delft, tot een baken,omden mondder Maas te vinden.
Want als de schippers en loodsen deze twee torens in elkander zeil-
den, stevenden zij lijnregt de Maas in. De toren te ’ sG r a v e za n d e , die
van een goed uurwerk en twee klokken voorzien was, is op den 5 Mei
1809 omver gevallen en de kerk daardoor zoodanig beschadigddat
zij toen voor de godsdiensloefeningen onbruikbaar was , ten gevolge