Oct. 1593, •{• 9 Nov. 1626, als Hoogleeraar in de Oosterscbe Let-*
terkunde te Franeker; H e n d r ik B r i n k , geb. 24 Sept. 1667, f 9 Junij
172o, als Predikant te Utrecht, en C am p eg ib s V it r in g a de zoon, geb.
24 Maart 1693, -f Januarij 1725, als Hoogleeraar in de Godgeleerd-
heid te Franeker.
De R eg tsg e le e rd en : B e r n a r d o s S c h o t a n o s , geb. 7 Oct. 1584,
i" 8 Oct. 1652, als Hoogleeraar in de Regten aan de Hoogeschool te
Leyden-, na eerst in die wetenschap eenen leerstoel te Franeker, en
vervolgens te Utrecht te hebben bekleed , en B a v ib s Y o o r d a , geb. 1 Julij
1729, •{• 9 Julij 1799, als Hoogleeraar in bet Romeinsche en heden-
daagsche burgerregt aan de Hoogeschool te Leyden.
De Genees- en Scheikundigen: J o ha nn e s M e l d e r ; A d o l f Ypey
geb. in 1749, •{•28 Feb. 1822, als Hoogleeraar in de Geneeskunde te Leyden
, na eerst den leerstoel in de geneeskunde en daaraanverwante weten-
sehappec in zijne geboortestad te hebben bekleed, en S e ba ld d s J b stinb s
B r b g m a n s , geb. 24 Maart 1763, •{• 13 Julij 1819, als Hoogleeraar in
de Natuurlijke Wijsbegeerte , Natuurlijke Historie en Scheikunde aan de
Hoogeschool te Leyden.
De Wis- en Z e ev a a rtk u n d ig en : Joran Zeiqs en Pibo Steenstra.
De Wijsgeer F r a n s H e ju st e r h o is , geboren in het jaar 1720. + in
Junij 1790.
De G eschiedschrij ver Mr. J a co bb s S c h e l t e h a , ,geb. 14 Maart
1767 , ■}• 25 October 1835, als Griffier van het Hoog Militair Geregts-
hof, te Utrecht.
De F riesche D ich te r J an A l t h o iz e n , geb. in 1715, + 9 Augustus
1763.
De L a tijn sch e T a a lg e le e rd e n : J a co bb s T e r p s t r a , geb. in 1742,
■f 3 Junij 1803, als Hoogleeraar in de oude Letterkunde te Deventer,
en E v e r h a r d W a a r d e n b b r g , geb. 1 Jan. 1792, •{• in 1839, als Rector
der Latijnsche scholen te Arnhem ; terwijl hij aan de Studie der oude
Letteren , die der schoone kunsten paarde , en zoowel in teeken- en
Schilder- als in toonkunst, blijken van meer dan gewone bedrevenheid
aan den dag legde.
De L a tijn s c h e D ic h te rs : G eo r g ib s A r n o l d b s (G e o r g e d’ÄRNAOD},
geb. 16 Dec. 1711, •{• 1 Ju nij 1749 , als Hoogleeraar in de Regts-
geleerdheid, aan de Hoogeschool te Franeker; terwijl hij tevens een
niet onbekwaäm Grieksch Dichter was; G a dso C oopmans , geb. in 1746,
•f 5 Aug. 1810, na eerst Hoogleeraar in de Geneeskunde in zijne geboortestad
, vervolgens te Brussel, later te Koppenhagen, en eindelijk
te Kiel te zijn geweest, en H e n d r ik W a a r d e n b b r g , geb. 10 Feb. 1760,
■f 23 Aug. 1812, als Rector der Latijnsche scholen te Haarlem, welke
laatste mede de Nederduitsche Her handleerde.
D e S ta a tsm a n Mr. J oan V a l c k en a e r , geb. in Februarij 1759,
t 25 Jan. 1814, na eerst Hoogleeraar in de Regten in zijne geboortestad
, later Hoogleeraar in het Staats- en bijzonder Regt te Levden,
en vervolgens Afgezant van den Staat aan het Hof van Spanje te zijn
geweest.
In het jaar 1496 werd de slad Harlingen , waarin de Groningers
in bezetting lagen , door die van F r a n e k e r bij verrassing ingenomen,
doch het aldaar gestichte blokliuis , waarop de bezetting de vlugt had
genomen , door hen vergeefs belegerd, waarom zij weder terug keer-
den, na alvorens Harlingen geplunderd en gedeeltelijk verbrand te
hebben ; ook voerden zij in zegepraal de hier veroverde Groninger
busse met zieh. Toen , in het volgende jaar, die van Groningen uit vrees
het blokhuis verlieten , werd het door die van F r a n e k e r gesiecht, alsmcde
het geschut en verdere voorraad van oorlogsbehoeften mede gevoerd.
Tocn eenige jaren later, Hertog A l b h e c h t v an S a k s e n , door de tweespalt
der Friezen, gelegenheid kreeg om het land te overheerschen , stonden
die van F r a n e k e r bijzonder in zijne gunst, zoo zelfs, dat hij daar door-
gaans zijne hofhouding hield. Zijne gestrenge en met de gemaakte ver-
dragen strijdige regering' verwekte inmiddels tegen hem zoodanig den
haat der geheele provincie, dat de inwoners, over het algemeen , in een
eedgespan tegen hem optraden , onder het beleid van S jo e r d A y l v a ,
T je e k W a l t a , D o bw e H id d em a , en D o t r ia s B ong a . Deze verzamelden ,
zoo men zegt, zestien duizend man bij elkander, en belegerden , bij
gelegenheid dat Hertog A l b r e c r t builen 's lands vertrokken was , zijnen
zoon H e n d r ik , die het volk door zijne wreedheid grootelijks verbitterd
had, binnen F r a n e k e r , zijnde zij voor deze stad versehenen op den 12
Mei des jaars 1500. Van tijd tot tijd kwamen er vreemde knechten in
het land, metoogmerk om heimelijk in de stad te sluipen en den Hertog
, die het begon te kwaad te krijgen , te helpen, doch om dit te
beletten bedachten de Friezen eene leus , welke alle personen, die in
het leger kwamen , hen moesten nazeggen, om te bewijzen dat zij Friezen
.cn geene vreemdelingen waren , en atdus luidde : Fjouwer lotter claere
Ijiep-aayen op in ßnne-hernt: in ien nist , d. i . : vier beproefde klare
kievitseijeren op den hoek van een weiland in een nest, wordende alle
degenen , die deze woorden niet met de vereischte vaardigheid konden
uitspreken, zonder eenige genade , in het water geworpen. Deze bele-
gering bekwam den Friezen intusschen zeer siecht, naardien Hertog
A l b r e c h t , met een magtig leger terugkeerende , het Friesche leger
voor F r a n e k e r , dat reeds voor een gedeelte gevlugt was, op den
16 Julij geheel versloeg, en het geheele land met moord en brand
vervulde. Die van F r a n e k e r daarentegen werden , wegens hunne ge-
trouwheid , door den Hertog zeer begunstigd, en ontvingen, na den
dood van dien Hertog, uit handen zijner beide zonen, G eo r g e en
H e n d r ik van S a k s e n , eenen giftbrief, welke hier hoofdzakelijk op neer-
komt: » dat de Hertogen aan die van F r a n e k e r schenken vrijdom van
” wiA ?S j P b‘nnen de. stad gehrouwen bieren ; daarbij 200 morgen
» Bildtland, waaruit zij hunne vestingwerken zouden kunnen verbe-
I teren en eene vaart graven naar Harlingen', en eindelijk de vrijheid,
». om alle weken eenen marktdag, en tweemalen in het jaar eene vrije
1>, jaarmarkt te houden , alles tot belooning voor de getrouwheid der
1 fta(l jegens de Hertogen. Gegeven op Yrijdag na den Zondap Oculi
>> m het jaar 1501.” ö ’
In het jaar 1572 had F r a n e k e r ook zijn deel aan de toen voorge-
' a ®ne °nlusten; zelfs wisten de voorstanders der ontluikende vrijheid
e hewerken, dat de Graaf van S c h o bw e n b b r g met ’s Prinsen volk
Jer binnengelaten, die daarop Sjaardema-huis in bez.it nam, en
floor zijne Soldaten het Vliet en meer andere buitenbuurten deed ver-
ran e n , om zooveel te beter tegen alle aanslagen zijner vijanden
sjc e t te zijn. Doch eerlang verliet S c h o bw e n b b r g de stad , waarop
«e nog Spaanschgezmde regering, in weerwil van wien dit alles geschied
m , van den Spaanschen Stedehouder , den Kolonel C a s pa r R o b l e s ,
rgi ems verzocht en verkreeg. Wat later werd F r a n e k e r , benevens
«enige andere steden van Friesland , wederom door ’s Prinsen volk in-
genomen, doch na eenigen tijd ook wederom verlaten , zijnde na dien
U e 'S^ >. geheel Friesland , onder de Spaansche Regerine eeeyen
, tot m het jaar 1576, wanneer zij, door het valten van B il l y