FEHLEN (OBER-), Hoogd. naatn van het d. Hooö-Fbülek , ¡n de
e t ? ’ Srooth- Buxendluvg. Febiek (Hoog-).
l'EURTH, geh., voorheen tot het hert. Gulik behoord hebbende
thans prov Limburg, distr. en u. Z. ten W. van Roermonde, arr’
en 52 u. N. van Maastricht, kant. en u. N. ten W. van Sittard,
Sei?irV ü D T ^ r i »f1®1 eene käPel aan den Artohibs gewijd.
l zl- ’ oud-Friesche naam van h e t Friesche d . FiBdgbm
TJ t v ter9°0 ’ griet- Barrad^ 1- Zie Fxedgüm.
FETKEPOEL of F t k e p o e l , meertje, prov. Friesland, kw. 7Vester-
goo, gnet Wymbritseradeel, i u. N. W. van Heeg.
Het heeft noordwaarts gemecnschap met de Palsepoel en door de Dien-
sJoot gemeensehap met de Henxtepoel. r
FEYTEMEER voorm. meertje, prov. Friesland, kw. Westerqoo,
gnet Wanseradeel, | u. N. 0 . van het d. Gaast; thans eene inham
van het Farragaslermeer uitmakende.
FEYTSEMA Fettsba of Feytzha, staten, prov. Friesland. Zie Feitsba.
FIALE, oud d. in Oost-Indie, op het eil. Timor, een der ZuidhfTwnn
VOn Banda> i m- 0. N 0. van Liemasse.
> C}J • *n Oost-Indie, een der Zuidwester-eilanden van Banda
tot de Key-eilanden behoorende. 7
F ™ , hoeve m de heerl. Bourscheid, groöth. Luxemburg. Zie
IICHETTE, Fr. naam van het geh. F l e s c h e id , in de heerl. Bourscheidy
grooth. Luxemburg. Zie F l e s c h e id .
’.buUrS‘. *“ het Klei- ° ldamht, prov. Groningen. Zie Ftm,.
^ ’ r *v-’ Prov- Groningen. Zie Aa (Fihel-).
BIERENSPOLDER, pold. in het eil. Zuid-Berseland, prov. Zeeland.
/lie riERNISPOlBER.
„ FIERLOOSPOLDER (JAN-), pold. in het eil. Zuid-Beveland, prov.
Seeland. /ie J an- F ie r l o o s p o l d e r .
FIERNISPOLDER of F ie r e n s p o id e r onbehuisde pold. in het eil.
Zuid-Beveland, prov. Zeeland, arr. Goes, kant. Heinkenszand, gem.
Hoedekenskerlce; palende N. W. aan den pold. Middel-Zwake , N. 0.,
D., z . en Z. W. aan den Slabbe-Koornpolder.
,„®cze pold. beslaat slechts een perceel, ter grootte van 2 bund.
v. r. 60 v. eil. De dijk van dit poldertje beslaat eene opper-
v a te van 1 bund. 6 6 V. r. 70 V. eil. Tet uitwatering dient eene
kleine henl of duiker. De F i e rM s p o l d e r staat onder het bestuur van
de watering van Ooster- en Middel-Zwake c. a., bestaände uit eenen
Dijkgraar,' eenen Gczworene en eenen Penningmeester.
FIJENOORD of F e ijem o o r h , gemeenlijk de N ö o r d genaämd näar den
naam van gors , welke vroeger Oorden of Noorden genaamd werden ,
eilandje in den Riederwaard, prov. Zuid-Holland , arr. Dordrecht, kant.
Ridderkerk, gem. Oost-en-West-IJsselmonde, tegenover de stad Rotterdam
gelegen ; palende N. en 0. aan de riv. de Maas, Z. en W. aan het
Zwanengat (eene vroegere arm der Maas , thans afgedamd , waardoor dit
eiland aan de vaste wal met IJsselmonde en Gharlois Verbünden is).
Dit eil. is in het jaar 1591 voor twee derde gedeelten gekocht door
de stad Rotterdam van Dijkgraaf en Hoogheemraden van den Nieuwen-
Buitenwaard, terwijl het laatste derde, in 1658, is aangekocht van
Dijkgraaf en Hoogheemraden van Oost-IJsselmonde. In het jaar 1795
is het door de stad Rotterdam bedijkt. Het bevat met de dijken
105 bund. 58 v. r. 5 v.- eil., waarvoor twce paehthoeven. Dadelijk
nadat de stad Rotterdam in het bezit van dit eil. gekomen was, liet
üij hier een Pesthuis bouwen , dat daarna tot een Militaire hospitaal,
inzonderheid voor de Marine , is ingerigt. Tijdens de regering van
Koning L o d ew i jk , werd er eene Kweekschool voor de Marine gesticht,
welke door hare goede inrigting, algemeene goedkeuring verwierf.
Dit huis, in het, jaar 1808, aan een particulier in huur afgestaan
zijnde, werd tot eene Industrie-school ingerigt, alwaar een aanzienlijk
getal kinderen in de vakken van het lager onderwijs onderrigt genoten.
Sedert het jaar 1825 is aldaar echter de fabriek der Nederlandsche
stoombootmaatschappij gevestigd, welke den grond en de verdere gebou-
wenvan de stad Rotterdam in huur heeft. Dezc fabriek, ongetwijfeld
de belangrijkste en grootste van ons Vadorland, beslaat uit eene scheeps-
timmerwerf inet lang- en dwarshelling, voor het' bouwen en hersteilen
zoo wel van ijzeren als houten stoombooten , eene stoommachine-fabriek
en verschillende ruime ketelmakerijen ; verder vindt men daar ruime
schrij nwerkers-, verwers-, blokkenmakers-, koperslagers- en andere
Winkels, ter voltooijing en nitrusting der sloomschepen. De fabrijk
van stoomwerktuigen bevat eene modelmakerij , ijzer- en kopergieterij ,
smederij en draaijerij. Er worden een groot aantal der volmaaktste
draaibanken , boor- en schaafwerktuigen en andere dergelÿke gereed-
scbappen tot het bewerken van ijzer gevonden.
Aan het hoofdgebouw, zijn , op den daarbij behoorenden grond , vele
loödsen en andere gebouwen aangebragt, allen dienende tot werk- en berg-
plaatsen. De fabrijk , met de aanhoorighedcn, heeft eene grootte van
ongeveer 8 bunders ; aan den eenen kant is de rivier de Maas, aan
den anderen kant eene groote haven , waarin men aan beide „zijden
kan in- en uitvaren , gelijk ook weder deze grond door nog eene andere
haven is doorsneden , beide deze havens bekooren aan het établissement.
ver elke van de havens staat een groote, hooge bok , voorzien van de
ooodige zware gijnen , blokken, spillen enz. Met één daarvan , is eene
zwaarte van 36 last of 72,000 Ned. pond, geligtj de stoombooten kun-
nen er onder heenvaren : zij zijn dus bijzonder geschikt, om het inen
mlzetten der stoomketels en andere zware stukkcn , gemakkelijk
spoedig en mm kostbaar te doen plaats hebben. Ook is er over eene
van deze havens , eene groote en tegen regen beschermde kap gebouwd ,
waaronder de grootste der stoombooten legge.n kan , en welke kap is
strekkende , om daaronder de schepen af te timmeren en te verwen,
de stoomwerktuigen in de schepen te zetten enz. Aan die inrigting
is in 1838 eene belangrijke uitbreiding gegeven, door er eene fabrijk
van werktuigen voor spinnerijen en weverijen aan toe te voe-
gen. Door deze grootsehe onderneming vinden ruim 900 nijvere per-
sonén , en wel meest Nederlanders, ruime Verdiensten, wordende aan
de werkheden enz. wekelijks ruim 8000 gulden uitbetaald. De zieke
werklieden , de weduwen en weezen der overledenen worden ondersteund.
en emde de fabrijk voor brand te beveiligen, wordt door omtrent
au man der equipaadje van de stoombooten, welke daar leggen, wacht
ge ouden en ronden gedaan ; ten minste zes brandspuiten zijn er altijd
gereed en in goede orde ; terwijl zestien vergaderbakken met warm water
dag en nacht op verschillende punten van de fabrijk gereed slaan , ten
emde de brandspuiten zonder verzuim in werking te kunnen brengen ;
^eh 6 e ^ezer wordt steeds door eene stoommachine gevuld
In het jaar 1841 is op dit eiland , en wel op den westelijken uit-
o°e. S®*|zen j aan het begin van het Zwanengat gesticht eene
°jyeeP e 1 1 in g , toebehoorende aan het Vennootschap der Rotter*
* 2 1