meester der stad Tholen. In het begin dezer eeuw was zrj een eigen-
dom van den Heer J a n H o o p e te Amsterdam. Th'ans behoort zij in
eigendom aan den Heer H u g o Baron v a n Z u t l e n v a n N i j e v e l d v a n N i e ü w -
B e i j e r e a n d , woonacbtig te ’s Gravenhage.
GRAVENDAM ('S) , weg in Rijnland, prov. Zuid-Holland, loopende
van het adell. h. Tedingen tot bijna in de Noordzee , door de ge-
meenten Voorhout en LVoordwijlcerhout. Men zegt dat de Graven van
Holland dezen weg gebruikten, wanneer zij zieh naar het strand be-
gaven , waarvan hij den naam zoude ontleend hebben.
GRAVENDEEL (’S), kant., prov. Zuid-Holland, arr. Dordrecht;
palende N. aan de Onde Maas , die het van het kant. Dordrecht scheidt,
ü . aan de Dordsche kil, waardoor het mede van dat kant: geschei-
den wordt, Z. aan het Hollands-diep , welke het van de prov. Noord-
ßraband scheidt, en W. aan het kant. Oud-Beijerland. Dit kant. bevat
de volgende 7 gem.: ’s Gr av en de e l -en-Le e r amba cht , Maas,
d am- o t . -An th o n i jpolder -en-Gi l laar shoek, Mij ns-Heeren-
land -van-Moerkerken, P ut t e r sh o ek, Strijen ,*>Strijensche-
sas en Wes tmaas -en-Group. De oppervlakte beslaat 11,580bund.
14 v. r. 48 v. eil., telt 1451 h., bewoond door* 2126 huisgez., uitma-
kende eene bevolking van ongeveer 10,200 inw., die meest hun bestaan
vmden in den landbouw en de vlasserij.
„ GRAVENDEEL (’S), heerl. in het Land van Strijen, prov. Zuid-
Dolland, arr. Dordrecht, kant. ’s Gravendeel, gem. 's Gravendeel-en-
Leerambacht; palende N. aan de heerl. de Mijl, Krabbe, Nadort en
Leeramhacht, O. aan de Dordsche-kil, Z. aan de heerl. Strijen
W. aan Cillaarshoek en Maäsdam.
Deze heerl. bevat den pold. Mo okhoek- en-Tr ekdam, den Kil-
polder , het Landike-Beversoord, Meeuwenoord,’het Landikeevershoek
en het Bijlep'old er t j e , benevens gedeclten van den
Bolder -Nieuw-Bonavontu ra, van den Strijensche-polder
van den Mijlpolder en van het Klein-Koningrijk . Zij bevat het d.
s Gravendeel , benevens de b. de Wa c h t , Schenkeldijk en de
IVlookhoek en eemge verstrooid liggende bouwmanswoningen en huizen.
Be inw. vinden. meest hun bestaan in de vlasserij. Voör de opening van
het Kanaal door het edand Voorne, in 1851, bragt de scheepvaart zeer
veel voordeel aan de inwoners van deze heerl. toe; daar deze de liglings-
plaats was van alle Oost- en Westindische schepen, welke naar Rotterdam
hestemd waren en wegens de ondiepte der rivieren niet tot die stad konden
komen ; dan, sedert de opening van dat kanaal heeft dit opgehouden.
en vindt er 1 scheepstimmerwerf voor binnenvaartuigen en 1 koren-
niolen, welke geheel vernieuwd is; nadat de vorige in 1841 was
atgebrand. Vroeger bestond er ook eene leerlooijerij . die echter thans
niet rneer in werking is.
_De Herv., die hier wonen, behooren tot de gem. ’s Gravendeel-en-
W veldrecht c. a. — De R. K. worden tot de stal. van Dordrecht gerekend.
Men heett in deze heerl. eine school, welke in 1858, benevens de
onderwijzerswoning, geheel nieuw gebouwd is , en waarin de gem. de
hellt der kosten gedragen heeft; terwijl de hinderen in de Wa cht ,
schenke ldi jk en Mookhoek woonachtig,' onder de gem. Strijen
on erwijs genieten, in eene school, waarvan de kosten-; zoo wegens het
traktement van den Onderwijzer als anderzins, door de gem. ’s G ha-
v e n d e e l en die van St r i jen, ieder voor de helft, gedragen worden.
l * e h e e r l . s G r a v e n d e e l i s s e d e r t e e u w e n m e t d i e v a n Leer-Am-
bacht v e r b o n d e n .
Het d. ’s G r a v e n d e e l ligt 1 u. Z. van Dordrecht, 5f u. Z. W. van
Oud-Beijerland en 1 £ u. N. ten O. van het Strijensche-Sas. Het is
zeer net en fraai. Men telt er,,-in de kom van het d., 217 h. en
1780 inw. , , , ,
De inw. van dit d. zijn vrij van het onderliouden bunner straten,
wordende de kosten daarvan, zoo wel als van het palenhoold, aan de
Dordsche-kil staande, door de grafelijkheid, als eigenaar van het pon-
ten- en schuitenveer op Wieldrecht, gedragen. Zij waren ook vrij
van de grafelijkheidstollen , op het vervoeren van hunne eigene goe-
dcren , zieh alleeplijk voorziende van eene verklaring van Schout
en Schepenen, welke voor een jaar van kracht was. Ook kwam, als
een voorregt voor de armen dezer plaats, in aanmerking, dat zij, in-
gevolge octrooi van de Raden en Meesters der Rekenkamer der Domeinen
, van Holland , in dato 22 November 1719, het regt hadden,
van iedere stok bijen, welke uit de generaliteit of van elders aldaar
werden gebragt , om te azen , te mögen vorderen een stuiver per stok
voor staan- of vlugtgeld , ten profijte van de armen.
De kermis valt in den tweeden Zondag in Junij.
De kerk, die in het jaar 1667 gebouwd was, in plaats van eene vroe-
gere, welke hier gestaan had , is in het jaar 1840, aanmerkelijk vergroot.
Boyen den ingang, van binnen , vindt men een bord , met de na-
men der Prädikanten ,' welke sedert het jaar 1598 , alliier gestaan
hebben. Voorts draagt de kerk eenen toren, die niet zeer hoog , doch
van twee klokken en een uurwerk voorzien is , en men heeft binnen
in de kerk een uurwijzerbord, hetwelk ook de minuten aanwijst. De
elazen , die vroeger het kenmerk droegen , dat zij door eene bekwame
hand geschilderd waren, zijn op het laatst der vorige eeuw, döor ha-
gel en wind , genoegzaam geheel vernield en in het jaar 1825 door
andere vervangen. Men heeft in deze kerk'geen orgel.
De dorpschool wordt gemiddeld door een getal van 200 leerlingen
bezocht- , i . .
De overleveringen zeggen , dat voor zeer vele jaren, eene der straten
aan de kerk,. door brand is vernield geworden; terwijl den 25 Julij
1826, in een huis in Leer-Ämbacht staande, des namiddags ongeveer
twee ure, een, brand is ontstaan, welke door eenen hevigen wind zoo-
danig werd aangehlazen , dat in weinig lijds 72 huizen en 15 schüren
eene prooi der vlammen werden. Men had daarbij geen verlies van
menschenleveris te betreuren. Met de twee brandspuiten , te ’s Gra-
vendeel voorbanden , was aan geen blusschen te denken ;E doch eene
der brandspuiten van het naburige Puttershoek en vier van Dordrecht
kwamen de inw. daarin te gemoet. De meeste der toen verbrande
huizen zijn.sedert weder opgebouwd , maar vele voorname huizen längs
de Vliet zijn slechts door mindere woningen vervangen. Het binnenwerk
der. brandspuiten te ’s Gbavendebl is zoodanig ingerigt, dat de
perspompen met twee ..slangen of. trompen , te gelijk kunnen werken
en veelal ook zoo gebruikt worden.
Het water heeft meermalen aanvallen op dit ambacht gedaan en wel
allerverschrikkelijkst in den jare 1421. Men wil, dat ’s G r a v e n d e e l
op de plaats van het oude W e e d e zoude gebouwd zijn.
In den jare 1610 schijnt het land of de polder van Nieuw-ßon
avontu ra, en derhalve ook deze plaats in groot gevaar van over-
strooming te zijn geweest.
Het wapen van ’s G r a v e n d e e l bestaat in een schild van goud , beladen
met een balk yan keel (rood), waarboyen drie en waaronder een