opgedragen werd ten bchoeve van M e g t e l d v a s R e e d e v a s R eN sw o ü d e ,
weduwe van G u s e e r t v a n H a r d e n b r o e k , welke het terstond wederom
overgaf aan hären zoon G i j s b e r t Jon an v a n H a r d e n b r o e k , die, wegens
deze ridderhofstad , in het jaar 1674, als Lid der Edelen en Ridder-
schap der provincie Utrecht, beschreven werd. Hij verkocht G r o e n e w
o u d e naderhand aan den Heer B a r t h o lo m e u s d e G r u t t e r , Raad in de
Yroedschap der stad Utrecht, in het jaar 1682, welke met dit huis
verlijd is. In diens geslacht bleef het tot in het jaar 1836 , toen het
door eene zijner nazaten G e r a r d a A l e x a n d r i n a B o i s , verkocht werd aan
Jonkheer H e n d r i k D a n i e l H o o e t , tevens Ambachtsheer ®on Woudénberg
en Heer van Geerestein, woonachtig te Amsterdam. G r o e n e w o u d e was ,
als een Gaasbeeksleen, aau de provincie Utrecht leenroerig, en in het
jaar 1537, bij de Staten, als riddermatig aangenomen, wanneer
A m e l is U t e n E n g , als in huwelijk hebbende J o h a n n a T a e t s v a n A m e -
b o n g e n , weduwe van J o h a n B o r r e Van A m b ro n g e n , daarvan bezitter
was. Het doet zieh voor als een ouderwetsch gebouw, met drie
scherpe gevels , liggende in eenen ruimen vijver, omringd van aan-
gename lanen en bosschaadjen. Boven den regtervleugel stond vroe-
ger eene spits, van eenen dikken appel voorzien , doch deze is bij
het herbonwen van het huis , in het jaar 1838, verdwenen.
Deze hofstad beslaat, met de daartoe behoorende gründen, eene
oppervlakte van 36 bund. 98 v. r. 30 v. eil. De riddermatige jagt,
daarbij behoorende en loopende over Ekeris, beslaat ruiiri 180 bund.
De Heer van G r o e n e w o ü d e heeft ook het regt, door het bestuur van
Woudenbcrg, schouwe te doen houden over de Ekerisserdijk.
GROENEWOUDE, ridderhofstad in het Overkwartier der prov.
Utrecht. Zie A m e l i sw a a r d , veelal N i e u w -A m e l i sw a a r d .
GROENHOUT, naam, onder welken het geh. V r o e n h o b t in het
markgr. van Bergen-op-Zootn, prov. Noord-Braband, wel eens voor-
komt. Zie V r o e n h o u t .
GROENHOVE, buit. in het Nederkwartier der prov. Utrecht, arr.
en 1 u. N. W. van de stad Utrecht, kant. en § u. Z. 0. van
Muarssen, gem. en 8 min. N. van Zuilen.
Dit buit. beslaat, volgens het kadaster, eene oppervlakte van 12 bund.
15 v. r. -54 v. eil., en wordt in eigendom bezeten en bewoond door
Mevr. de wed. J a c o b s o n , geb. v a n N e s v a n M e e r k e b k .
GROENHOVEN, buit. in Rijnland, prov. Zuid-Holland, arr.,
kant. en 5 min Z. van Leyden , gem. en |" u. N. van Soeterwoude,
aan den singel, tusschen de Koe- en Wittepoorten der stad Leyden.
GROENINGEN, oude naam van de stad G r o n in g e n . Zie dat woord.
GROENINGEN, d. in het Bovenambt van den Lande-van-CuyJc,
pro v. Noord- Braband, arr. en 10J u. O. ten Z. van ’s Hertagenbosch,
1 u. Z. ten 0. van Boxmeer, gem. en ¿ u. N. W. van Vierlingsbeek.
Men telt er 76 h. en 440 inw., die meest in landbouw en veeteelt
hun bestaan vinden.
De inw., die allen R. K. zijn, en hier eéné kapel hebben , welke
aan den H. A n th o n id s is toegewijd, behooren tot de par. van Vierlingsbeek.
Deze kapel wordt door den Kapellaan dier par. bediend.
Er is hier geene school, maar die te V ie r lin g s b e e k wordt door
een gemiddeld getal van 60 leerlingen uit dit d. bezocht.
GROEN1NGSWAARD (DE 00STELIJKE-), pold. in den Biesboseh,
prov. N oord-Braband, arr. ’s Hertogenbosch, kant. Heusden, gem.
Werkendam; palende N. aan de gorzen tegen de Westkil, 0 . aan den
Ralverwaard, Z. aan de Grienden ,W . aan den Westelijke-Groeningswaard.
Deze pold., beslaat, volgens het kadaster, eene oppervlakte van
17 bund. 76 v. r. 10 v .d l . , en wordt door twee houten duikers,
op het Geleigat, van het overtollige water entlast. Het land ligt
1 el 4 palm boven A. P., en de hoogte der kade is 2 eil. 2 palm.
oven A. P. Het polderlje wordt door de eigenaren bestuurd.
GROENINGSWAARD (DE WESTELIJKE-), pold. in den Bies-
losch, prov. Noord-Braband, arr. 's Hertogenbosch,■ kant. Heusden,
gem. IVerkendam; palende N. aan de gorzen tegen de Westkil, 0.
aan den Oostelijke-Groeningswaard, Z. aan de Grienden , W. aan den
Geleiwaard , en aan de Eerste partij van den Japenwaard.
Deze pold. beslaat, volgens het kadaster, eene oppervlakte van
10 bund. 38 v. r. 20 v. eil., en wordt door een houten duiker, öp
het Geleigat, van het overtollige water ontlast. Het land ligt 1 el
40 palm. boven A. P. Het poldertje wordt door de eigenaren beheerd.
GROENLOE, oude naam van de stad G r o e n l o , in het graafs. Zut-
phen, prov. Gelderland. Zie G r o e S l o :
GROENLO, kant., prov. Gelderland, arr. Zutphen; palende N.
aan het kant. Lochern, 0. aan de Pruissische prov. Rijnland, Z.
aalt het kant. Aalten , W. aan het kant. Doetincbem.
Het bevat de vier volgende gem.: G ro e n lo , E ib e rg e n , L ich -
te n v o o rd e en Nede, beslaat eene oppervlakte van 24,581 bund.^
telt 2170 h., bewoond door 2399 huisgez., uitmakende eene beVolking
van ongeveer 14,000 inw., die meest hun bestaan vinden in den landbouw.
GROENLO, gem. in het graafs. Zutphen, prov. Gelderland, kw.,
arr. en distr. Zutphen, kant. Groenlo, (4 k. d., 10 m. k., 4 s. d.)j
palende W., N. en 0 . aan de gem. Eibergen, Z. aan de gem. Lichte
voorde.
Zij bevat de st. G ro en lo , benevens het schependom G ro e n lo ;
beslaat eene oppervlakte van 906 bund. 23 v. r. 69 v. eil.; telt 349
h.; bewoond door 456 huisgez., uitmakende eene bevolkjng van ruim
2300 inw., die hun bestaan vinden van eenige veenderij, welke men
hier vindt; het weven in eene in 1855 opgerigte katoenfabrijk, ka-
toenspinnerij en den handel in eijeren op Holland, welke laatste hier
vooral zeer belangrijk is.
De Herv., die hier 5 0 0 in getal zijn, maken, met die uit de nahij-
gelegene buurs., eene gem. u it, welke tot de klass. van Zutphen, ring
van IVinterSwijk, behoort, 4 0 0 zielen te lt, en door eenen Predikaht
bediend wordt. De eerste, die men hier als Predikant vermeld vindt,
is -Jaco üHs E r e d e r i c i , die in het jaar 1 5 9 8 herwaarts kwam , en in het
jaar 1 6 0 2 opgevolgd werd door J o h a n n e s W i g e l i u s . Van het jaar 1 6 7 2
tot in het jaar 1 8 3 8 werd deze gem. door twee Predikanten bediend,
zijnde de eerste tweede Predikant aldaar geweest W i l l e m W a g t e n d o r p ,
die in het jaar 1 6 8 5 naar Doetinchem beroepen werd. Na den dood
van L a m b e r td s H e rm a n d s A b b in g , voorgevallen op den 5 0 November 1 8 3 8 ,
is, hij besluit van Z. M. d. d. 2 3 December 1 8 3 8 , no. 7 8 , bepaald,
dat de tweede predikantsplaats hier, met den 1 Jan. 1 8 3 9 , zal worden
gehouden opgeheven te zijn, en de Herv. gem. voortaan, door
een Predikant zal bediend worden. Het beroep geschiedt door den
kerkeraad.
De R. K., van welke men er ruim 1800 aantreft, maken eede
stat. u it, welke tot het aartspr. van Gelderland gerekend wördt, en
door eenen Pastoor en twee Kapellaans bediend wordt.
De Isr., van welke men er ruim 100 te lt, maken eene ring-syna-
goge u i t , welke zes bijkerken heeft, als eene te A a l t e n , ¿¿ne