GRAFTDIJK (WEST-), ook wel enkel Graftdijk genoemd , d. in het
balj. van de Nieuwburgen, arr. en 4 u. W. Z. W. van Hoorn, kant.
en 2 u. W. N. W. van Purmerende, j u. W. ten Z. van Graft,
indien men namenlijk de afstand te water berekent, want om er van
Graft te voet te komen heeft men 1 £ u. gaans werk, doordien men
den weg over de Rijp en Oost-Graftdijk inoet nemen , want tusschen
dit d. en Graft, ligt het Graftermeer. De h. te West-Graftdijk
staan aan den dijk, die ten deele längs het Groot-Noord-Hollandsch-
kanaal, doch voor het grootste gedeelte längs de Yuile-Graft loopt.
DeHerv., die er wonen , behooren tot de gem. van Oost-en-West-
Grafldijk, welke ook hier een kerkje heeft, dat in het jaar 1681
gebouwd en van eenen spitsen toren voorzien is, doch geen orgel heeft.
De Doopsgez., die men er aantreflt, behooren tot de gem. van Oost-
en- West- Graftdijk, welke hier ook eene vergaderplaats hebben, zonder
toren of orgel.
De R. K., welke men er telt,- worden tot de stat. van de Rijp
gerekend.
Te W e s t - G r a f t d i jk ligt eene steenen sluis , door welke weleer de
haringbuizen heen voeren ; ook heeft men er eenen zaagmolen, staande
eigenlijk aan den Schermerdijk, bij de vlotbrug over het Groot-Noord-
Hollandsche kanaal, waardoor het jaagpad, dat van Purmerende af
längs de zuidzijde van bet kanaal loopt, naar Alkmaar en verder op
längs de noordzijde gaat.
Dit d. is de gehoerteplaats van den Godgeleerden Jacobus van Nuys
Krinkenberg , geb. 20 Februarij 1742, f 14 September 1817 , na
Hoogleeraar in de Godgeleerdheid en Kerkelijke geschiedenis , aan de
doorluchtige school en Predikänt te Amsterdam te zijn geweest, en
van den geleerden Natuurkundige B e r n a r d Nieuwentyt , geb. 10 Augustus
1684, •j* 28 Mei 1718, als Geneesbeer, Burgemeestec en Raad
der stad Purmerende.
GRAFT-EN-GRAFT (NOORDEINDE-VAN-), kerk. Doopsgez. gem.,
prov. Noord-Holland; met 180 zielen en eene kerk te N o o rd e in d e
v a n -G ra ft.
GRAFTERMEER, op de meeste kaarten , onder den naam van Zui-
dermeer voorkomende, meer in het balj.' van de Nieuwlurgen , in den
Eilandspolder, prov. IVoord-Holland, gem. Graft, tusschen de d.
Graft en West-Graftdijk gelegen.
GRAFT-YAN-CORBULO , kanaal ¿ door den Romeinschen Yeldheer
Chejus Domitius Gorbulo , hier te lande gegraven. Zie Corboro (Graft-van-).
GRAFT-VAN-DRUSÜS , kanaal, door Drusus hier te lande gegraven.
Zie I J sser (Nieuwe).
GRAFWEGE , bnurs. in het Rijk-van-Nijmegen, prov. Gelderland,
distr., arr., kant. en 2£ u. Z. van Nijmegen, gem. en £- u. Z. van
Groesbeek ; met 38 h. en 230 inw.
GRAGANG, d. in Oost-Indie, op het Sundasche eil. Java, res. Rembang.
GRAGT (TER-), b., prov. Friesland, kw. Oostergoo, griet. Fer-
werderadeel. Zie Gracht (Ter-).
GRALDA, voorm. state, prov. Friesland, kw. Oostergoo, griet.
tdaarderadeel, arr. en 5 u. Z. van Leeuwarden, kant. en 1 u. 0. van
Rauwerd, £ u. Z. W. van Grouw, waarloe zij behoordc.
_Ter plaatse, waar zij gestaan heeft, ziet men thans eene boerenwo-
ning. De daartoe behoord hebbende gronden , beslaande eene oppervlakte
van 23 bund. 18 v. r ., worden thans in eigendom bezeten door
i . van der Verde, woonachtig te Grouw.
G R A. 7 8 0
GRALDA, voorm. state, prov. Friesland, kw. JFeStergoo, griet.
Menaldumadeel, arr. en 2 u. W. van Leeuwarden, kant. en 1 u. Z.
van Berlikum, Z. van Menaldum , J ü. N. van Dronrijp. ■,
De daartoe behoord hebbende gronden worden thans door onderschei-
dene cigenaars bezeten. )
GRAL1NGEN of G r a n d r in g en ,• geh. indeheerl. Brandenburg , grooth.
Luxemburg, arr. en I f u. N. N. W. van Diekircli, kant. en 1£ u.
W. ten N. van Vianden, gem. en § u. Z. W. van Putscheid, £ u.
Z. van Merscheid, waartoe het behoort. ,
GRAMSBERGEN, gem. in Zalland, prov. Overijssel, arr. Deventer,
kant. Ommen (3 k. d., 4 m. k., 8 s. d .); palende N- aan de Drenth-
sche gem. Hoogeveen en Koevorden , 0. aan het koningrijk Hannover,
Z. aan de gem. Stad-Hardenbergh en Ambt-Hardenberg , W. aan
Amht-Hardenberg.
Deze gem. bevat het plattelandst. Gramsbergen, ben evens de geh.
Ane , . Anevelde , Hol theme , Hol thoone , Loosen en den
Velde.
Deze gem. beslaat, volgens het kadaster , eene oppervlakte van
8868 bund., waaronder 8784 bund. 33 v. r. 6 v. eil. belastbare grond ,
telt 273 h., bewoond door 298 huisgez., uitmakende eene b.evolking
van ongeveer 1700 inw., die meestal in den landbouw en veeteelt,
alsmede voor een gedeelte in het linnenweven , hun bestaan vinden,
zoo dat er ruim 60 weefgetouwen gevonden. worden, waarvan het fa-
brikaat, om de deugdzaambeid en sterkte, vooral door'de Gronin-
gers en bewoners der omstreken , zeer gezöcht wordt.
Van de Herv., die hier 1600 in getal zijn, worden ongeveer 1080
tot de kerk. gem. van Hardenbergh gerekend , terwijl de overige 880 de
gem van Gramsbergen uitmaken , welke beide gem. tot de klass. van
Zwolle, ring van Ommen, behooren.
De eerste , welke hier het leeraarambt heeft waargenomen , is geweest
J odo cu s Buzouw , die in het jaar 1618 van zijne,dienst werd
ontslagen. Het beroep geschiedt door de Mans-ledematen.
De R. K., van welke men er 70 aantreft, onder welke 29 Commu-
nikanten, worden tot de stat. van Vilsteren-en-Ommen gerekend, doch
gaan , zoodra eene nieuwe R. K. kerk *e Lutten , gem. Ambt-Harden-
bergh , zal zijn gestiebt, en waarmede reeds een begin wordt gemaakt,
daartoe over.
De 6 zieh alliier bevindende Isr., behooren tot de ringsynagogö van
Deventer.
Men heeft in deze gem. 8 scholen, als: eene te Gr amsb e rg e n ,
eene te Ane , eene.te Hol theme , eene te Hol thoone en eene te
den V e l d e , welke gezamelijk gemiddeld door een getal van 280
leerlingen bezocht worden.
De stede G r am sb e r g e n , met een gedeelte van de gem., is eeneheerl.,
welke in het midden der vorige eeuw bezeten werd door den Heer
R e in a r d B u r c h a r d R u tg e r , Graaf van Rechteren. Thans is zij een
eigendom van den Heer E b e r h a r d P e t e r L ö h n is , woonachtig te Rotterdam.
Het plattelandst. G r am s b e r g e n , ligt 13 u. N. 0. van Deventer, 4£ u.
N. N. 0. van Ommen , aan de Vecht , welke riv. ook in verband is
gebragt met de Dedemsvaart, die te Ane uit de Vecht begint en te
Rasselt eindigt.
Het heeft weinig meer aanzien dan een klein dorp, en wordt het
¿erst gelijktijdig met de havezathe Gramsbergen, in het jaar 1442