GEIJERSVLIJT , voorm. koffijplant. in Nederlands-Guiana,■ hoi,.
Suriname, aan de Suriname, ter regterzijde in het opvaren; palende
bovenwaarts aan de indigoplant, de Twee-Kinderen, benedenwaarts aan
de koffijplant. Johanna’s hoop, waarmede zij thans tot eene plant, vcr-
eenigd is ; 500 akk. groot.
GEIJERSVLIJT-EN-JOHANNESHOOP , koffijplant. in Nederlands-
Guiana , kol. Suriname, aan de Suriname, ter regter zijde in bet
opvaren ; palende bovenwaarts aan de indigoplant, de Twee-Kinderen ,
benedenwaarts aan den vcrlaten grond Land-van-Suzannasdal; 971 ak-
kers groot j met 12b slaven. De Negers noemen haar Jan-Kooyri.
Voorheen waren het twee afzonderlijke plant., G e i je r s v l i j t en
Jo h a n n e sh o o p geheeten.
GEIN (HET), H e t G eyn o£ H e t G ayn , riv. in Gooiland, prov. Noord-
Holland, die bij het d. Abcoude, zijne wateren uit de Utrechtsche riv.
de Angstei ontvangt; eene bogtige, eerst noordoostelijke, doch daarna
meer noordelijke rigting aanneemt, en, bij de zoogenaamde Geinbrug
gekomen , zieh, in twee takken verdeelt j waarvan de regter den naam
van Smal-Weesp aanneemt, terwijl de linkertak de Gaasp ge-
naamd wordt.
Dit riviertje scheidt in hären loop, in de prov. Utrecht, den ßreekzijd-
schenpolder, onder Abcoudeproostdij-en-Aasdom, van den Oostzijdschen-
polder, onder de gem. Abcoude-en-Baambrugge, en in de prov. Noord-
Holland den Gein- en Gaasperpolder van de Overaatsveldsche- en
Borrelandsche-polders , allen onder Weespercarspel.
GEIN (HET), amb. heerl. in het Nederkwartier der prov. Utrecht,
arr. Utrecht, kant. IJsselstein, gem. Juiphaas; palende N. en 0. aan
de heerl. Jutphaas, Z. aan de heerl. Vreeswijk , en aan de heerl.
IJsselstein, W. aan de heerl. IJsselstein.
Zij beslaat eene oppervlakte van 332 bund., waarin 4 hofsteden ,
I herberg en nog4 dagloonerswoningen verspreid liggen, bewoond door
I I huisgez., eene bevolking uitmakende van ongeveer 10 0 zielen , die
kerkelijk tot Jutphaas behooren. — Men heeft in deze heerl. geen school,
maar de kinderen genieten onderwijs te J u tp h a a s .
Deze heerl. was oudtijds eene buurt, Gey ne genaamd , en onder
de kerk van Eiteren gelegen, welke, in het jaar 1217 , door Bisschop
O t to van d e r L ip p e , tot een bijzonder kerspel werd verheven, en
vervolgens, in het jaar 1294, door J an van Z ie r ik , tot eene stad is
verklaard en met stads regten begiftigd. Deze stad, met geschikte
buizen , herbergen, straten en eene kerk voorzien, en door eene gracht
tegen plolselinge overrompeling van vijanden beschut, bragt, in alge-
meene beden , meer op dan Amersfoort. In het jaar 1225 werd het
kerspel van het G ein , met het naastliggende bisschopsslot Oude-
Gein, door de Holländers, onder Graaf F loris IV, overvallen en in
de asch gelegd; terwijl later de stad, in het jaar 1333, door Heer
W i il e m van D bivenvoorde werd verwoest, in weerwraak, dat de Sticht-
schen zijnen Regter aan de Vaart hadden omgehragt. In 1402 werd
de plaats, benevens Vreeswijk, op nieuw door Jonker J an van A r k e l ,
Heer van Zoelen, genoegzaam verbrand. Daarop werd e r, in het
jaar 1423, een Zusterhuis gesticht, aan de H. Maagd van Nazareth
gewijd, dat in 1572, bij den opkomenden Spaanschen oorlog, is
verlalen.
De kerk, in het jaar 1217 gesticht, plagt door het kapittel van
St. Marie begeven te worden. De inleiding des Priesters, evenwel,
gcschiedde doof den Proost,., van Oudmunster op St. Salvator. Zij
neigde in de vijftiende eeuw ten val; doch werd, in het jaar 1515,
door dePriorinne van Nazareth hersteld, en is later vervallen en gesloopt.
H et G ein was van ouds, als een belangrijk handelspunt, beroemd,
waar, eeuwen achtereen , door de Bisschoppen van Utrecht een toi op
den IJssel werd geheven.
In het jaar 1637 hebben de Schont , Sehepenen en gemeente van
H et G ein , de hooge heerl. dier plaats opgedragen aan den Heer
, A driaan P io o s van A mstel , Heer van Oudegein, Tienhoven, Gunterstein
enz., wien de Staten van Utrecht, reeds acht jaren te voren , het
ambachtsregt aldaar hadden vergund , op voorwaarde, dat hij , zijne
erven en nakomelingen jaarlijks , ten behoeve der domeinen , de som
van 150 ponden, tegen 40 groot vlaams , zouden betalen. De Heer
van A mstel droeg vervolgens het hooge en middelbare regtsgebied van
H et G ein en Jutphaas op aan F r ed e r ik H e n d r ik , Prins van Oranje,
als Graaf van Buren ; van wien hij het weder, als onversterfelijk erf-
leen , ontving, op gelijken voet en met gelijke regten , als de Proosten
van St. Jan te Mijdrecht gewoon waren te oefenen. Zoo lang hij
leefde heeft hij het hooge regtsgebied van H et G e in en Jutphaas be-
houden; doch na zijnen dood eigenden de Staten zieh dit weder
toe , uitdrukkelijk verbiedende eenigen anderen Heer, dan hen in het
hooge en middelbare regtsgebied van H e t G e in en Juiphaas te erkennen.
• De erfgenamen van den Heer A driaan P eoos van Amstel werden
evenwel schadeloos gesteld. Thans is de ambachtsheerl. van H et G e in in
bezit van den Heer J. J. de G e er van O ddegein , woonachtig te Utrecht.
GEIN (HET-), landstreek in Gooiland, prov. Noord-Holland, arr.
Amsterdam, kant. Weesp, gern Weespercarspel, waarvan het een stok
of afdeeling uitmaakt; palende N. aan de Gaasp , O. aan het Gein,
die het van Aatsveld scheidt, Z. aan den Broekerpolder, W. aan
den Holendrechter-polder, N. W. aan den Westeinder-polder en den
Oost-Beilmerpolder.
Deze landstreek bestaat uit den G e in p o ld e r, den Gein - en -G a a sp
e rp o ld e r, d eN o o rd een den ß r o e k , bevat de huurs. het G e in ,
bestaande uit eenige längs het riviertje van dien naam, gelegene bui-
tenplaatsen en boerenwoningen. De inw. vinden voornamelijk hun
bestaan in de melkerij.
De Herv., welke hier wonen , behooren tot de gem. van Weesp. —
De R. K., welke men er aantreft, worden tot de par. van JFeesp
gerekend. •
De buurschap het G e in , naar de aldaar liggende brug ook wel de
Geinbrug genaamd, ligt 2 u. Z. 0. van Amsterdam, \ u. W. ten Z.
van Weesp. Het is een zeer bekoorlijk oord ■, dat voor een goed ge-
deelte van het jaar onderscheidene lieden uit den omtrek , voornamelijk
Amsterdammers, Weespers en Abcoudenaars, tot zieh lo k t, om onder
het lommerijk geboomte een uurtje van uitspanning door te brengen.
Men heeft er eene school, welke door een gemiddeld getal van 70
leerlingen bezoebt wordt.
In het jaar 1787 , bij den inval der Pruissen in Holland, hebben
de bewoners van h e t G ein zeer veel van den overmoed dier krijgslie-
uen te lijden gehad , als zijnde de meesten destijds, op eene deerlijke
■"’ijze , uitgeplunderd.
GEIN (HET-HUIS-TE-), van ouds bekend onder den naam van G ana
ot G e y n , later A ldegeynb of O d d eg ein , ridderhofstad in het Nederkwar-
tier der prov. Utrecht, arr. en 2 u. Z. van Utrecht, kant. en \ u. 0.
van IJsselstein, gem. en \ u. N. van Jutphaas, in de heerl. het G e in .