voren in Jutland eu Deneniarkcn, van waar zij eenen groolcn buii-
inel zieh voerden. Door al deze rarnpen was E z o n s ta d veel iri inapt
en aanzien verminderd, doch, desniettemin , wordt zij nog in het jaar
93b eene magtige stad genoemd, doch is daarna , welligt door nicuwe
vloedcn, geheel weggespoeld.
In het jaar 1422 was te dezer plaatse nog een groot kasteel, door
wallen en grachten omgeven (welligt in 1398 door Hertog A l b r e c h t
v an B e i j e r e n gestiebt), waar destijds een aantal Schieringer vrijbuiters
cn zeeschuimers zieh ophielden , doch later werden deze door tie Vet-
koopers, met bijsland der Lübeckers en Hamburgers, gedood of vcr-
strooid, en de sterkte gesloopt.
EZUMABUREN of E z u m b u r e n , b., prov. Friesland, kw. Ooslergoo,
griet. Oost-Dongeradeel, arr. en 6 j u. N. 0. van Leeuwarden, kant.
VaU > i Ui Z. 0. van Anjum, waartoe
zij behoort, aan de Lauwerzee , of meer bepaaldelijk op eene wierde
of terp aan de zuidzijde van de Ee, ter plaatse, waar men wil, dat
vroeger E zon stad lag.
Ook ligt hier de E zuma zijl (zie het volgende art.), waarvan de
buurt haren naam ontleent.
EZUMAZIJL, zeesluis, prov. Friesland, kw. Oostergoo, griet. Oost-
Dongeradeel. — Zij voert het water van de Zuider-Ee nit den polder
van Oost- en West-Dongeradeel in de Lauwerzee.
Vöör meer dan vier-honderd-vijftig jaren vindt men reeds melding
van de E z um a z ijl , doch zij was toen maar van bout, en werd. be
schermd door een veslingwerk, dat in de nabijheid lag, en waarvan
de voorstanders van Graaf J an v an B e i j e r e n zieh, omtrent het jaar
1420, terhunner verdediging, tegen de aanvallen der Eriezen bedien-
den; zijnde vrij waarschijnlijk nog heden in de overgebleven hoogten
daaromtrent eenige puinhoopen dier sterkte voorhanden.
Ten jare 1671 werd deze sluis vernieuwd en geheel van steen opge-
trokken, op kosten der ingezetenen, en onder het bestuur der Heeren
G e o r g W il k o t h o e S c hw a r t z e n b e r g e n H o h e n l a n sb e eg , Heer van Visch-
huizen en IFiarden, Grietman over Oost-Dongeradeel, en P h il ip p u s van
H umalda , Raad-Ordinarts in den hove van Friesland.
( In het begin der zestiende eeuw, en zoo lang Oostrumerzijl nog
nruikbaar was, kwam het onderhoud van deze sluis ten laste van de
dorpen Anjum, Engwierum, Ee, Nijkerk , Peazens, Lioessens, Morra
en de kloosters Zion en Weerd, benevens de adellijke staten Tjebbema
cn Aldterp, met het dorp Nyawier; terwijl de dorpen Jouswier,
Oostrum , Aalsum , Wetsens, Metslawier en eenige landen bewesten
de Peazens, schatpligtig aan de zijl bij Oostrum bleven. Doch na-
dat men , voor omtrent twee eeuwen, besloten had de Oostrumerzijl
toe te dämmen, aangezien de E z um a z i jl genoegzaam in Staat was,
om, zoo niet geheel Oost-Dongeradeel, dan toch het grootste gedeelte,
op een behoorlijk peil van water te houden, zijn sommige landen ,
die voorheen hunne uitwatering door de Oostrumerzijl hadden, onder de
verpligting gebragt, om hunne zijlschatting aan de E z um a z i jl te betalen.
Deze schatling was echter zeer matig, bedragende niet meer dan twee
en een halve cent van ieder pondemate lands (36 v. r. 7 4 v. ell.), hoc
hoog oflaag ook anders de gemeene schatting in Oost-Dongeradeel moge
loopen. De reden hiervan is ongetwijfeld deze, dat die landen, geen
andere dienst van de E z u m a z i jl hebben , dan dat daardoor het water
entlast wordt, hetwelk zij uit de Peazens door het Jaarlagat ontvangen
hebben , terwijl de overige het hunne door Dockum of om de stad ,
naar de Nieuwe Zijlen lozen.
F.
FAAL of W a a l , voorm. water, prov. Zeeland, dat ten N. en O .
van Noord-Beveland stroomde, en het Worige-zand cn de Last van
dat eiland scheidde. Nadat echter , in het jaar 1638, het Worige-
zand geheel doorgebroken, en het westeinde later aan Noord-Beveland
vast gemaakt is , is de F a al verdwenen , lioewcl men cr thans nog eeu
overblijfsel van vindt in de Geersdijksche Vliet.
FAAL (KLEINE-) of K l e in e - W a a l , voorm. water, prov. Zeeland.
ten N. van Noord-Beveland, tusschen dat eiland en Colijnsplaat, heen-
vlietende.
FAAN, voormaals een d., thans eene b. in Oosterdeellangewold in
het IFesterkwartier, prov. Groningen, arr. en 2£- u. W. van Groningen,
kant. en £ u. W. ten Z. van Zuidhorn, gem. en J u. 0. N. O', van
Oldekerk.
Men telt er 17 h. en 120 inw., die meest hun hestaan vinden in
eenen geringen landbouw en een weinig veeteelt.
De inw. die, op een na, allen Herv. zijn , behooren tot de gem. Niekerk-
Oldekerk-en-Faan. Vöör het jaar 1827 stond hier nog een kerkje, in het
bosch van bet huis Bijma, hetwelk echter, sedert jaren, niet tot gods-
dienstig gebruik, maar tot bergplaats of schuur diende en in het
gezegde jaar tot afbraak verkocht is. In den oostelijken kerkmuur
was een zerkje gemetseld,, met het volgende. opschrift: » In ’t jaar
» 1613 heeft Joncker E r n s t van M il in g h a t h o e F a en dese Kercke van niews
» weer laelen herbouwen. Vroeger stond ook bij deze kerk eene zware ,
uit eenen bruinen zerksteen gehouwen, lijkkist. Deze is overgebragt in
den keukentuin van het huis Bijma, terwijl heb deksel aldaar voor
de achterdeur van het schathuis ligt. Op dit deksel ziet men noch
letters, noch getalmerken , maar aan het hoofdeinde deze figuren:
9 + p , denkelijk opgeheven hostien ter wederzijde van het kruis ver-
beeldende. Aan het voeteneinde alleen dit p, alles door eene zeer ruwe
hand bewerkt en eenen zeer hoogen ouderdom aanduidende. Het kerk-
hofis thans, sedert het jaar 1827, een eigendom van het huis Bijma,
en aangekocht onder. voorwaarde , om in geen vijftig jaren, na de aan-
vaarding, daarin te mögen graven, ploegen of bouwen. De regtstoel
van Oosterdeellangewold viel om het vijfde jaar op Faan. De bezilter
van het huis Bijma heeft in de collatie dc overstemming en had de
meeste ommegangen tot het waarnemen van den regtstoel.
De enkele R. K., die hier woont, wordt tot de stat. van Groningen
gerekend.
Er is te F aan geen school, maar de kinderen genieten onderwijs
deels te N ie k e rk , dcels te E n um a til
In deze b. staat het huis Bijma, voorheen bewoond door den Heer
de M e p so h e te F aan , die in de geheele provincie Groningen , en vooral
in het Westerkwartier, eenen zeer berucbten naam heeft nagelaten. Zie
het aangeteekende op het woord B i jm a . Vroeger stond ook aan de
Noordzijde het huis Milin g h a .
FAANSTERZIJL, voorm. sluis in het Westerkwartier, prov. Groningen,
hebbende waarscbijulyk £ u. N. van Niekerk, in Katershals, gelegen.
Men lieeft nog heden een handschrift, waarin een berigt voorkomt van
het toeslijken of slafworden van de Okswerder- of Slo le rsij I en
van de Niekerkslcr-, Oldekerkster- en F a a n s t e r z i jl van het jaar 1334.