kerk te G rijp sk e rk e . De eerste, die in deze gem. het leeraär-
ambt heeft waargenomen , is geweest J ohannes Boreel , die in het jaar
1678 herwaarts twain , en in het jaar 1878 naar Middelburg vertrok.
Het heroep geschiedt door den kerkeraad, met medestemming van
den Ambachtsheer.
GRIJPSKERKE-EN-POPPENDAMME, heerl. op het eil. Walcheren,
prov. Zeeland, dist., arr. en kant. Middelburg, gem. Grijpskerke-
Poppendamme-Buttinge-Zantvoort-en-Hoogelande ; palende N. aan de
beerl. Oostkapelle, 0. aan St. Laurens en Serooskerke, Z. aan But-
tinge-en-Zantvoort en Hoogelande.
Deze beerl. bevat de voorpi. afzonderlijke heerl. Grijpskerke en
Poppendamme; beslaat eene oppervlakte van 736 bund. 12 v. r.
78 v. ell.; telt 60 h., bewoond door 90 huisgez., uitmakende eene
bevolking van 480 inw., die meest bun bestaan vinden in den landbouw.
De inw., die allen Herv. zijn, behooren tot de gem. Grijpskerke c. a.
Omtrent den tegenwoordigen eigenaar en bet wapen zie men het
voorgaande art.
GRIJPSKERKE -POPPENDAMME-BUTTINGE-ZANTVOORT -EN-
HOOGELANDE , gem. op het eil. Walcheren, prov. Zeeland, distr.,
arr. en kant. Middelburg (1 k. d., 3 m. k., 1 s. d ); palende N aan
de gem. Oostkapelle, 0. aan Serooskerke-Rijnsburg-en-Hondegens-Am-
bacht St. Laurens-en-Brigdamme , Z. aan Middelburg en Koudekerke,
W. aan Melis-en-Marienkerke, Aagtekerke en Biggekerke.
Deze gem. bevat de heerl. G rijp sk e r k e -e n -P o p p e n d am m e ,
B u t t in g e - e n -Z a n tv o o r t en H o o g e la n d e .
Zij beslaat, volgens het kadaster, eene oppervlakte van 1310 bund.;
waaronder 1292 bund. 47 v. ,r. 20 v. ell. belastbaar land, telt 96 h.,
bewoond door 129 huisgez., uitmakende eene bevolking van ongeveer
700 inw., die meest hun bestaan vinden in den landbouw.
De inw., die hier, op 1 n a , allen Herv. zijn, maken de gem.
van Grijpskerke c. a. nit. — De enkele R. K., die hier woont, behoort
tot de stat. van Middelburg. — Men heeft in deze gem. eene school.
Het wapen dezer gem. is het zelfde als dat van de heerl. Grijpskerke.
GRIJPSKERKERWAARDEN, landstreek in het Westerkwartier, prov,
Groningen, arr. Groningen, kant, Zuidhom, N. 0., N. en N. W.
van Grijpskerk.
Zij worden thans verdeeld in O o s te rw a a rd ,. M id d e lw a a rd ,
Wes t e r waa r d , Z u id e rw a a rd en • Noorderwaard, welke beide
laatsten men vroeger de W a a rd s te ru ite rd ijk e n of W a a rd ste r-
kw elders noemde, makende de drie eerstgenoemden eigenlijk do
W aarden uit. Deze gezamenlijke waarden bestaan uit zeer vruchtbare
kleilanden, met schoone bloeijende boerderijen; grenzende N. aan het
Ruigezand, 0. aan de Kommerzijlster-Rijt, Z. aan Grijpskerk en den
straatweg, W. aan de Lauwers en de Muntjezijlster-Rijt.
GRIJSCHELOO, oude naam van het geh. Grijsloot, in Hunsingo,
prov. Groningen. Zie het volgende art.
GRIJSLOOT of Grijssloot , eertijds Grijscheloo , geh. in Hunsingo,
prov. Groningen, arr. Appingedam , kant. Onderdendam, gem. en \ u.
N. 0. van Leens; bestaande uit 7 boerderijen en 2 daglooners woningen,
strekkende zieh in eene streek van het westen naar het oosten u it,
en teilende 60 inw.
Dit geh., hetwelk tüsschen de dorpen J.eens, Kloosterburen en
Wehe ligt, bestaat uit een zavelachtige ligte klei met zand, dat niet
vruchtbaar is. Men wil, dat de naam afkomstig zij van Grijze-Munniken
Schip-Sloot, anderen willen, dat de naam van een Grijs slot afkomstig
zij, welk laatste onaannemelijk is. fiij de eerstgemelde aflei-
ding Staat de naam in verband met de kleur der kleederen van de
Monniken, die hier eene kapel hadden, welke moet gestaan hebben
waar nu de boerderij van Sieger T aumens van Seooten Staat. | Nog in
het jaar 1787 vond men hier in de wöning cellen of nissen in zware
muren, welke echter later door vertimmering weggebroken zijn. De
weg, die van Grijsioot längs de Lange-Akker naar de Volge, ten 0 .
Leens, loopt, wordt de Schapenweg genaamd.
GRIJSOORD , heerl. in het eil. Overflakkee, prov. Zuid-Ilolland,
arr. Brielle, kant. Sommelsdijk; palende N. W. aan de heerl. Som-
melsdijk , N. aan de heerl. St. Michiel-in-Putten, 0 . aan de heerl.
St. Adolphusland , Z. aan de rivier het Krammer en de Bieningen of
Greveningen , W. aan de heerl. Melissant.
Deze heerl. bevat de gem. Oude-Tonge en N ie uw e -T o n g c ,
waaronder behooren de polders: B a tte n o o r d , D u iv e nw a a rd ,
H e e re n -p o l d e r,M a g d a le n a -p o l der,Molen- polder, het Noordland,
het Oudeland, den Suis-p o ld e r, het Z u id e rlan d , alsmede
de navolgende gemeene dijkaadjen, als: Lodewijks-polder, Oude-
T o n g sch e -g ro n d , gemeen met A n n a -W ilh e lm in a -p o ld e r, Bom-
mel sch e - gr o n d , de T h ill e- of St. Sebas tia a n -p o l der, Oudc-
-Ton gsc h e - gr o n d , gemeen met T h ille , Bommels che - g ro n d ,
K lin k e rla n d of den St. P ie te r -p o ld e r ; Ni e uwe-To ngsch e-
g r o n d , gemeen met de Herkingsche- en M e lissan tsch e -g ro n -
den , We 11 e st r ij pe , Nieu we-To n g s c h e -g ro n d , gemeen met
de 0 u d e -P la te , S ommelsdijksche- en M e lis s a n ts c h e -g ro n -
den. Zij beslaat eene oppervlakte van a468 bund. 8 6 v. r. 81 v. eil.,
telt 431 huizen , bewoond door 704 huisgezinnen, uitmakende eene
bevolking van 3300 inwoners, die meest hun bestaan vinden in den
landbouw. ,
Met de beverscbing der polders, in deze heerl. gelegen , is een aan-
vang gemaakt in het jaar 1420, als wanneer Hertog J an van Beije-
ren , Heer van Voome, voor zieh en zijne erven en nakomelingen
heeft verkocht aan P ieter van Steenhuis Bartelreeus etc., hunne erven
en nakomeliugen » tot eenen eygen , vryen , erffelyk ende eeuwelyk te
» hebben ente besilten alle sulke gorssen, landen en slikken , geheeten
» Grijsoort , H u iv e nw a a rd e , die T o n g e , H u y g e v l i e t , H e l-
» le b rem sg a t ende B a tte n o o r d , en alle hoe die genoemt mögen
» weesen, als gelegen zijn tusschen deze bepalingen en merken, te
» weeten : Hontslee, Noordoostwaard , of dat Heydiep van Boomen,
» Zuidwaard af, Wellevlyet ende die van Vieren Noordwaard, met anders
» allen haaren toebehooren al soo groot en al soo kleyne als die daar
» nu gelegen zijn of hier namaals worden moogen , om daar a f te
T> bedijken als *t hem geneugt of zoo veel als hem nutte en oorbaar zail
» dunken, tot eenen Coorenlande ende tot eenen Moerlande tot zijnen
» oorbaar en profyte , met regt van Ambacht, en Ambachts gevolg,
» Tienden , Moolen, Visseryen , Vogelreyen , giften van Kerken en de
» met anders alle syne toebehooren, hoe dat genoemt mag weesen , met
» alle boeten tot Zeven Schellingen toe, en van alle breuken en for-
i falten daarboven voor de helft aan P ieter voorschreve, onder voor—
» waarde van eenen jaarlijkschen erfpacht van honderd drie en zeven—
» tig Engelsche nobelen ä zes en dertig stukken in het mark , of vier
i gülden vijftig centen het stuk, bedragende alzoo zeven honderd ne—
» gen en twintig gülden vijf en tachtig centen.
D e e l IV . 85