V.
A fdeel.
XLIII.
Hoofds
t u k ,
ccxx.
Holandriatux„
e c x x i .
Solandriét-
(22c) Bladrollertje , dat de bovenfte Wieken
bleek Tegelrood beeft, met Roejl/deurige
Streepen , van onderen voorwaards gekeerd.,
(221) Bladrollertje, dat de bovenfte Wieken
bleek en met een gemeene Roejl/deurige Vlak
op de Rug heeft.
Op de Berkenboomen, waar van het de
Bladen rolt, is de Rups door den Heer de
G e e r waargenomen.
ccxxn, (222) Bladrollertje, dat de bovenfte Wieken
bruin heeft, met een fcbuins voorwaards
hopende witte Band.
Een Finlander, genaamd R e in h . Ha s t ,
uitmuntend Leerling van L in NjE üs en als
gebooren tot de Infekten-kunde, heeft deeze
Soort op de Wilgen waargenomen. Zyn ge-
dagtenis wordt vereeuwigd door den byDaam,
dien het van deezen te vroeg, en in de bloey
zyns
(210,) PhaUna Tortrix, Alis fuperioribus palljde teftaceis,
ftrigis Ferrugineis, inferne amrorfum verfis, syf‘ . Nat. X.
Tam. Snee. Ed. IIVI326.
(221) Pbalana Tor truc , Alis fuperioribus pallidis , maqulS
• communi dorfali Fenugined. De Geek. Inf. i, T. 28.1,29,
go. Tam, S»tc. Ed. II. 1327.
(222) phalana Tortrix, Alis fuperioribiis fufeis, FafciJ an-
trorfum obligua albd, S}ft* Kat. X, Tam. Snee. Ed. II. 1328, %
zyns Leeftyds, helaas! geftorven Liefhebber V.
heeft; gelyk die van andere Sweeden, in de Jx l i i i~
kennis der Infekten en door het vangen van Hoofd-
veele nieuwe Soorten beroemd, door de agt STÜK*
voorgaande bynaamen niet minder is verheer-
lykt.
(223) Bladrollertje , dat de bovenfte Wieken ccxxm.
Afchgramm heeft, met twee bruin ge-Wmt°m"
wolkte Banden; van agteren eenflaauwe
i Schrap; de Baardjes [lomp,
(224) Bladrollertje, dat de Wieken bruin heeft, ccxxiv,
vtet twee roode verzilverde Banden,denag- Leiim*'
terften met een ingedrongen Stip.
Dit is een zeer klein, ongemeen fraay getekend
Beestje, waar van de Rups aast op een
Soort van wilde Rosmaryn, welke, in deNoor-
delyke deelen van Europa, in de Moerasfen
groeit, Ledum genaamd by onzen Autheur(*).
{225} Bladrollertje, dat ongetongd is en met de ccxxv.
Heraclim
Sprie- ana.
C223) PhaUna Tortrix, Alis fuperioribus cinereis, Fafëiis
duabus fufcó-nebulofis, liturd poftieft obfoletaj Palpis obta-
fis. Syft. Kat. X. Tam, Snee. Ed. II. 1329.
(224) PhaUna Tortrix , Alis fufeis, Fafciis duabus rubro Ar-
genteis, pofteriore Punfto intmfo. Syft. Kat. x . Tan». Snee
Ed. II. 1330.
( * ; Ledum paUftrc. spet. plant. Ed. II. Tom. I. Coftus
Ledon foliis Rosmarini ferrugineis* C* B. Pin. 467,
(225) PhaUna Tortrix elinguis recurvicornis, Alis grifei,
I. Deel, xi. stuk. punao
//