4 U
V. ten , én niet meer dan zes in de Zevende
Atdf-.ül, Bende.
XLIII.
Hoofd. P L ü 'P M S P R I E T E N ,
STUK*
Ongetongde , met de Wieken uitgebreid.
CO Nagt- Kapel, met gepluimde Sprieten,tfce
geen Zuiger beeft; de Wieken uitgebreid en
Zeisjensvjyzei geelhout, met een gevenjler*
de Plak > anderhalve op de voorfien.
Deeze ongemeen fchoone cn groote Kapel
valt zo wel in de Wed- als in de OoRindiën*
Men heeftze al voor eenigejaaren gekend. Juf.
frouw M EK i a n » die omtrent het begin deezer
Eeuw te Suriname was, merkt aan,dat de Rups
aast op de Sinaas- Appelen Loomen , zynde
groen met geele Bandjes aan de famenvoeging
der Ringen, en hebbende op ieder Ring vier
ronde Oranje-geele Knobbeltjes of Knopjes als
Kraaien met Haairtjes bezet: zo dat dezelve
veel zweemt naar de Rupfen der Paaaw-Oogen.
VolgeDS de Afbeelding was die Rups ruim vier
Duim lang en drie vierden Duims dik, aan ’c
end een weinig geel. Den 12 February maakt®
zy een Okerverwig Spinzel o f T on , Eyrond
van figuur, waar uit den 1 1 Maart de Kapellen
kwa®
5- (1) Pbahtna Eombyx eUngüis, Alis patentïbus falcatis lutco®
yatÜ6, maculi feneftrata, (liperioribus fesquialtera. Pe t , Gas,
T. *. f. 7. Aêt. E. N, C, Pee. a. Ann. II. app, Mek. Sar,
ja. T. j i . Va l e n .t. Kaf, II. p. iS g ,T ,“s+. KKOKJU
t.
A tlas* fïrooce Spie-
geliraagci.
kwamen , die foei in *t vliegen waren en daarna
tien witte Eijeren leiden. De Draad van haar
Spinzel was goed en fyn, enzy verbeeldt zsg,
dat men,indien daar werk van gemaakt werd, even
zo «oede Zyde van deeze Rupfea zou kunnen j
bekomen als van de Zyde-Wormen in Europa,
De Heer O s b e c i c , in China zynde , vondt
aldaar de Rups, den 13 September des Jaars 175,1,
pp den Smeerboom., cn de Kapel kwam den s February
van ’t volgende Jaar te voorfchyn. Ver-
fcheide zodanige Kapellen hadt hyineen Koop.
ma,ns Winkel aangecroffen , zittende geheel Ril
óp een Oleander-Tak, waar mede zy zig naar
de Faktory lieten draagen , en daar uit blykt,
dat het Nagt • Kapellen zyn. Hy hadtze met
Spelden opgeRoken; doch, ter-wyl in de vol.
gende Nagt het VenRer epen Rondt, kwam een
Vledermuis in h.et Vertrek, welke de Kapellen ,
op de Wieken naa , geheel opvrat. Naderhand
kreeg hy ’er eeüigen in zulke Laadjcs, als men
de Chineefche Kapellen hier thans ziet overbrengen,
en voor welken van.de Chineezen maar
«en halve Ryksdaalder gevraagd werdt.
De grootte van den Wefiindilchen Spiegel-
draager, dien Juffrouw M er.ian af beeldt, is
agt Duimen met uitgefpreide- Vlerken breed
en derdhalf Duim hoog. Deeze WeRindifehe
vallen veel bleeker en zyn ook aan ’t end der.
der Wieken zo haakig niet, als de Cmneefcha
of OoRipdifche, welke dikwils Kaneel-of Vuur-
kleurig , ja bykans rood zyn. Twee zodunigen
, ï, d&el. xi. stuk. H b s zyn
V.
A FUKStt*
XLIII.
li.orosruK.
ypiegeldraap