V.
AFDE8L.III.
XL Hoofdstuk.
Naam.
* Zie
hl. iK,
474 B e s c h r t v i n g v a n
X L III. H O O F D S T U K .
Befcbryving van 't Geflagt der N k o t - K a p e l*
l e n , by fommigen Uilen genaamd, die ver.
deeld voorden naar dat de Sprieten gepluimd zyn
of ongepluimd, en waar by komen de Land-
meeters of Spanrupjen; de Bladrollers, de
Motten en Veer-Uilrjes, als byzmdere'Benden
uitmaakendè van dit Geflagt, tot bet welke zy,
wegens de gelykbeid van Gejtalte, betrokken
zyn.
T k heb reeds meermaalen gezegd, wat men
door N a g t -K ape l l en verftaat, en
fchoon ik erken, dat zy allen, ten naauwfle
genomen, niet juift by Nagt alleen vliegen,
is het doch zeker, dat de meeften niet by Dag,
dan by toeval en gedwongen, of ftil zittende
en onder eenig bedekzel zig verfchuilende, gevonden
worden. Eenige Liefhebbers geeven
’e r , als aangemerkt is, den naam van Uilen of
Uiltjes aan , in onderfdleiding van de Dag-
Kapellen, welken zy Vlinders noemen*; doch
ik weet niet, waarom de benaamïng van Kapellen
, niet, zo wel op deeze als op de anderen,
toepafielyk zou zyn. De benaamingen zyn,
van ouds tot heden, willekeurig, en men behoeft
geenzins een ander, wanneer hy flegts
de verwarring mydt , en buiten noodzaake
geen nieuwe Naarncn fmeedc, over zyne verkic
I)E N A G T - K A P E L L F. N. 475
kieziog te berifpen. W i l k e s noemt, in ’t
Engelfch , de Nagt-Kapellen in ’t algemeen,
zeer oneigen, Moihs, dat is Motten, en de
Pylftaarten ofOnruften, Hawk Motbs, dacis.
Havik- of Sperwer-Motten. L in n ^eü s heeft
den Geflagtnaam gébruikt van Pbalma, welke
zuiver Griekfch i s , en in overoude tyden de
Vliegen, die by nagt licht geeven, of Infekten 9
welke des avonds, of by nagt., naar een brandende
Kaars of Fakkel toefchieten, betekende.
Men zegt, dat de Nagt-Kapellen of Uilen dit
ook doen , en dus gemakkelyk te vangen zyn,
wanneer men met een brandende Toorts door
de BolTchen gaat. Sommigen volgen het in ’c
Franfch, met den naam van Pbciltne , doch de
kundige Heer R e a u M u u hadt allé de Dons-
vleugelige Infekten maar in Papillens diurnes Qj
nocturnes, dat is Dag* en Nagt-Kapellen, cn-
derfcheiden *. De Duitfchers , gelyk R oe-
s e l , geeven den naam van Nacht - Vogel aan
die van dit Geflagt.
De Nagt-Kapellen hebben verfcheide aan-
merkelyke by zonderheden. Haare Rupfen ver-
fchillen ongelyk meer in geftalte dan die der
Dag Kapellen. Men vindt’er veeien onder met
minder dan zeflien Pooten, het welk het algemeen
getal is in die der twee voorgaande Gefügten
, of in de volmaakte Rupfen, zogenaamd
, hoedanigen de grootften en menigvul-
digften ook onder die van dit Geflagt zyn.
Van die met veertien Pooten, welke de twee,
de,
V. Afdrkl.
XLIII.
Hoofdstuk,
b*i. z1i6e9.
Verfehl! der
Rupfen.
I, D e e l , Xl. St u k *