V. hebbeD, van behouden te blyven, en niet tot
XXXVIII, ^ oec^zel te ftrekken van Vledermuizen of an-
Hoofd- der Ongedierte, komen dan vroeg in ’t Voor*
s u * jaar te voorfchyn, dat egter zeldzaam is. Men
kan juilt geen byzondere Soorten hier toe betrekken.
Eenige weinige Rupfen zyn ’er ook,
die in de Tonnetjes of Spinzels verfcheide
Maanden overblyven, voor dat zy in Poppen
veranderen , gelykerwys de meede Badaard-
Rupfen doen.
watet- Gelyk men Viervoetige Waterdieren en Wa-
Rupen. ter. Vogelen heeft, zo zyn ’er ook Water-
Rupfen. Dit Element, hoe zeer ftrydig met
deu aart der meede Infekten van deezen Rang,
levert niettemin Kapellen uit, welke uit Rupfen
en Poppen, die zig onder Water onthouden
en aldaar geleefd hebben, worden voortge-
bragt. De Heer R ë a umu r vondt Tonnetjes
aan Steenen , die in een Beek onder Water
lagen, waar in leevende Rupfen en Poppen
vervat waren. Ook befchryft hy zeer om-
Handig een Rups die op het Fonteinkruid aad,
welks Bladen, eenigermaate naar die van de
Laurier - Kers gelykende, op het Water leggen.
Zy hadt haar Huisje gemaakt van een
ftukje van het Blad, dat aan de onderkant van
hetzelve vad geplakt of gelponnen was , en
onthieldt zig dus in ’t Water; doch haar Huisje
was van binnen droog; hoewel z y , den Kop
uitdeekende, zig zekerlyk in ’t Water bevondt;
hetgeen derhalve plaats moed hebben, .wanneer
zy
zy at. Behalve nog een andere Rups van het V.
zelfde Kruid , hadt N o l l e t aan gemel*xx*xvill
den Heer Trosjes gebragt van Water-Linfen, Hoofd*
dat kleine Kruidje, hetwelke onze Slooten zo STÜK*
algemeen bedekt, en gemeenlyk Eenden-Kroos
genoemd wordt. Het waren eigentlyk Tonnetjes
of Spinzels van witte Zyde, ieder een
Rupsje bevattende. Uk haar Popje komt een
klein Nagtkapelletje. De Water-Rupfen, zegt
h y , komen daar in overeen, dat zy de kond
yan Zwemmen weinig of niet verdaan.
Van de nadeelen, die de Rupfen ons in ’tRupfen-
algemeen toebrengen, heb jk , met een kort^aien'
woord, reeds melding gemaakt *. Ook fchynt*ix. stuk.
men oudtyds daar van geweten te hebben Je „zdz' 3 ,é o ’
zelfs in de Ooderfche Landen , alwaar zy
mede een Plaag zyn geweed (* ), Dit zelfde
heeft, by myn geheugen, zo hier als elders in
Europa, in fommige Jaaren plaatsgehad, die
men deswegen Rupfen - Jaaren noemt. Het
Jaar 1735 muntte, gelyk de Heer R e au-
md r verhaalt, ten dien opzigte in Vrankryk
uit; niet minder dan het Jaar 1752 in de Nederlanden
, toen door eeu Publicatie van de
Keizerinne Konkigin, te Bruffel,geordonneerd
werdt, deeze Infekten, door geheel Brabant ,
van de Boomen en Haagen af te doen en te
vernielen voor het einde van Maart: eensdeels
om
(+) Vergelyk de aanhaaling uit de Piofeetie van J o e l .
Kap. I. v. 4.. op bladz. j i , in ’t IX. St u k deezei Nai,
Hiftorit.
I, De e l . x i. Stuk. C 4
___ k l