%QÓ B E S C 0 R Y V I N G V A ■ &
V. maaken van haar Tonnetje, niet verfchaft, ei\
XLB ** dezelve dus ten deele door Honger had doen
H oofd- fterven. Zulk eene verklaaring bezwagtelt dit
stok. met nog grooter duifterheid. Volgens het
Faauvj-Otg.
denkbeeld van S e pp , zou het fchynen daar
aan te moeten toegefchreeven worden, dat hy.
ze geen gelegenheid had gegeven , om ergens
hy op te klauteren en zig vaft te zetten tot uitbreiding
der Vleugelen: maar, dewyl zulks de
ïneefte Kapellen kreupel maakt oF met gekreukelde
Wieken doet te voorfchyn komen , zo is
het zeer ongelooflyk, dat G o e d a a r t dit in
deeze Kapellen in’ t byzonder, en in geencan.
deren , zou waargenomen hebben. Zie hier
wat den Heer 1'A d m i r a a l de waarfehynlyk-
fte reden dunkt te zyu van dit 'Verféhynzel.
In de èerfte plaats is zyn denkbeeld, dat de
ongelyke aanryping der Poppen zelf, wegens
de Koude van ’t Saizoen, hier toe gelegenheid
geeve. „ Ik ondervond, zegt h y , dat, fchoon
„ dezelven van agteren ryp wierden, én de
„ Huid op de Rug tot aan het Hoofd' open
„ borft , egter de Huid valt bleef ter plaat-
z e , alwaar de ourypheid was. In eenigeh*
„ die door den Üerken-aandrang der agterfte
„ deelen het Lighaam korter en naar vooren
, , dikker maakten * borfi de Huid, met veel
„ moeite, aan den Kop wél open, maar dan
,• haperde het aan de voorfte Pootjes. Deeze
„ Poppen, hoe mismaakt zy ook waren, blee-
ven nog een langen tyd in 't leven ; anderefi
»
E)K P ï L S T A A R Ï I N ,
ren die, in ’t affeheuren der Huid, zig aan V.
den Kop zodanig kwetsten, dat ze de vloei- XU I.
baare Voeten verlooren , ftierven fchielyk. Hoofd-
„ Id deeze wanfehapen Popjes merkte ik nog Pmuw.0
„ aan, dat de allerdikfte deelen, daar de vier
„ paaren middel-Pooten aan vaft gezeten had-
„ den, een volkomen harde donker bruine Schil
,, kreegen, die aan de dunnere deelen naar ag-
„ teren zwakker, en voorwaards, daar ’t ge-
„ haperd hadc, meelt week en groen was: een
„ klaar bewys, dat de onrypheid alleen oor-
„ zaak is van dit gebrek, EeDige Poppen, met
„ veel moeite, en Da veel fukkelens, de Huid
„ geheel kwyt geraakt zynde, waren egter zeer
„ wanftaltig: zy hadden de Hoorentjes (gelyk
„ zyn Ed. de Sprieten noemc,) krom , en te
,, kort langs den Buik uitgeftrekt, gelyk ook
„ de Pootjes, en als dan miffen gemeenlyk
j, de Vleugelfcheeden in de Pop haare behoor-
, , lyke uitgeftrektheid, 5c welk veroorzaaken
„ moet, dat het Uiltje ( dus noemt hy de Ka.
,, pel,) met mismaakte Vlerken te voorfchyn
„ komt” .
Dit laatfte kan egter, (zo hy aanmerkt,) ook
gebeuren, fchoon de Rups in een welgemaakte
Pop is veranderd: want de deelen , waaf
van de Vleugelkokers gevormd zyn, blyven
fomtyds langer groen en week; vooral in guu-
re Dagen , gelyk zyn Ed. in November des
jaars 17.40 ondervondt. Toen zag h y , dat de .
Vleugelfcheeden van eenige Poppen, zelfs na
1. De el . Xl. Stuk, C C ver*