V. de Europifche. De langte, egter, van die
Apöeel. £)0odshoofd Kapel , welke H a s s e l q ü i s T
Hoofd- befchryft, was, van den Bek tot aan het end
stuk. der Wieken, maar twee, en die der genen,
'asmr- weiken R o e s e l afbeeldt, wel drie Duimen.
Ziehier wat de Heer Os b e c k van eene zegt»
die door hem, by ’t eiland Java indeOoftin*
diën leggende, den 15 july des jaars 1751 , onder
eenige andere Nagt-Kapellen, die mede op
*c Schip kwamen vliegen * gevangen werdt.
"De voorfle Wieken zyn vanboven zwart,
f met witte puntjes daar op verfpreid, de kerf*
j, jes aan den rand Oranjegeel: van onderen *
3, gelykerwys de beide zyden dèragterfte Wie*
& ken, zwart geftreept. De Sprieten zyn drie-
,, kantig, van Kleur zwartagcig en hebben aan
„ de punt een bruine Vlak. De Oogen zyn
j, groot en zwart. De Rug is zwartagtigbruin *
„ met de figuur van een Bekkeneel getekend.
33 Het Lighaam , van onderen zwart met Oran-
it jegeele Ringen, heeft de bovenfte helft by
j , verwifieling blaauw en zwart geringd. De
3, Pooten zyn zwaft en bruin gefchaduwd, en
4, derzelver Stekels, die als Brandenetels prik-
j, kelen, hebben die zelfde Kleur. Gevangen
„ zynde, fchreeuwt deeze Kapel byna als een
„ Vogel (*).
De
(* ) Dit laatfle is buiten twyfel Gröatfpfaakig; dewyl anderen
het Geluid of Piepen van de Doodshoofd-Kapel flegts
by het knarfen der Krekelen, Bokken en dergelyke In fek •
ten vergelyken. Het is opmerkelyk dat R o e s e l , die zodanige
Rupfen van vyf Duim laag gehad heeft,' zegt, dat
hüé
De fchoonheid van deeze Infekten firaalt V.
üiet alleen door in de Rups en Kapel, maar
de Pop zelve, hoewel in Geftalte niets byzon- Hoofd*
ders hebbende, i s , zo wel wegens haare Groot- STÜK*
te, welke aan die van deÜitheemfche , oponze Dc Pop*
Plaat L X X X V , in Fig. 4 , afgebeeld, naby
komt; als wegens dc Kleur, aanrnerkelyk. In
\ eerft' was zy hoog geel, doch wierdt van
Uur tot Uur rooder, en eindelyk geheel bruinrood
met zwarte Lugtftippen, volgens de Waar*
neemiDg van R o e s e l , die ’er, na verloop
van zes Weeken, in *t laatfle van Auguflus
naamelyk, de Kapel uïtkreeg : zynde de Rups
reeds den 20 July by hem veranderd. Uit deeze
Waarneeming, met die van Doktor S co*
f o L i vergeleeken, blykt, dat in de Verandering
van dit Infekt een dergelyk verfchil plaats
heeft als in de anderen van dit Gefiagt.
De Kleur van de Rups, niet alleen, is byna De Keutels,
onbefchryflyk; door de heerlykfte mengeling
van geel, groeu en blaauw; maar tot de Keutels
zelve van den Afgang ftrekt zig haar Schoonheid
uit; die men ligt voor iets raars in de Kabinetten
bewaaren zou, indien men van haar hoe*
danigheid niet bewufl was. Dezelve gelyken
naar
het Gelukt vart de Kapel niet veel fteiker is, dan dat van de
gemarmerde July-Kever, die in onze Duinen gevangen en
van lbmmigen Duin-Moleriaar genoemd wordt: doch men
móet wel in agt neemen, dat hy maar écnc Kapel van deeze
5 oort gehad heeft, welke hy niet veel durfde plaagen, op dac
Uy haar niet mogt befchadigen of om den hals helpen«
I. De l l . XI. Stuk,