
Z U i p W E S T R U S T
N I E U W - G U 1 N E A
|Sä£': j.ooo.ooo.
jSumengeaftld naar do lnatsto gegoren*.
Berghoogten in rocten wMf0.| M.')— -Piepten in vademen van 1.8 Al. —
dieptelijn van 3 vaderMllaqgwater). — f e voll met laagwater droog. —
n. z. hurd zand, m. modder. | | FeiUngen rechtwijzend.
Hantelt, aUoaar Attronomgfiri/Plaatebepalingen zijn verricht, zijn met een • aan-
geduid.
De weg, door de UmdeMditie ran Kvroeroe (Etna-baai) int afgelegd, ie door
-—— aangegeven; eveneene mute, gevolgd door de Noord Nieuw-Guinea Exp.,
Juli 03, van de Geelvinch-tmi.naar het Jamoer-meer en vorder zuidwaarte.
J p l f termoedelyke looj, rivienn Ü aldus aangeduid. Van die nabü
138 0. L., zijn de eindpunten in Breedte en Lengle behend in op de haart
afgezet (ne. Vertlag BettuurthAfd Zuid N.-Q. April 1907).
De zwarte kuetlyn der ZMdweethuet met dieptecyfere, plante- en riviemamen,
en-., van de E tn a - b a a i ar toi aan den N. ingang van S t r a a t Ma rianne
ie het raultaat der n o ro ^ ffid dH R B a ^ ^ ^ -.
1*. de E tn a - b a a i, trigoimutrieeAe opname door H. M. „Flamingo", Deo. '04
en Febr. '05;
2?. de huetetrooh van de £ ( t t a - id a t tot aan Kaukenau, tcheteopname door
.. i-t ~'~ü4jrDftäkwa,e 3*. de huetetrooh t cheUopnanm^^^m
4*. de kuetstrook
het G o t o ^ ^ ä „ Volk", DecÄ'.Od cn Mei '06;
baai), echeteopnarne door H.
5*. de huetetrook
punt, echeteopnarne door het
6*. de huetetrooh 1
K&pikenäi
tSept. . ’03, »
Ptetäkwa tot en met de F lam in g o -b a a i (Ootl-
,,Flamingo”, Od. '04;
\zyde der F lam in g o -b a a i tot aan de Jo n g ’e
to. S. S. „Volk". Mei '06;
ng'e p un t tot aan den M ingang van S t r a a t
het Gouv. S. 'S. „van Doom", Sept. ’03.
De rqoile kuetlyn, en wat verder in rood ie aangegeven, hwam voor op de gehaarten
ran >Mr 1904 en dateert van de opname ran MODBKA in 1828. Zij ie
niet verder aangegeven dan even voorbij Vlakke hoek, wijl bewerten daarvan na 1828
nog latere opnamen zijn geeehitd;
Het Charlee Louie geborgte ie otergenomen rau Zeehaart No. 154. Ilet
Sneeuwgebergte eveneene, doch ie ingevolge peilingen van den hoogsten top van a f
anherplaateen by Bokämau, Ocläktca, Kaeteel-eil. en Flamingo-baai iete om de Noord
verlegd; het ie tevene verder dm de Ooet voortgezet, zijndc dit gerapporteerd door
G. S. S. „ Volk" in Dee. '04 (de Tijdechr. K. N. A. G., Dl. XXII, 1905,p. 371).
Het Jam o er-m e er en omgering, met reieroute van de Noord Nieuw-Gumea
Expeditie (1903), ie overgenomen van de eehetekaart, voorkomende in het Bulletin
No. 47 der Mij. ter Beo. r. h. Nat. Onderz. der Ned. Kol. De loop der
rioieren Wa-oedoe en Oerema •« de vorm ran het meer zijn gevolgd naar een onuit-
gegeven echetekaartje, vervaardigd door een lid dier Expeditie.
Met het oog op de minder goede aaneluiting ran bovenloop Oerema (Noord N.G.-
Exp.) en middenloop idem (Zuidweet N.G.-Exp.), moet waartchijnlijk het Jamoer-meer
en omgering — en teer ipil mogelijk ook de Geelvinch-baai zelve — meer om de Wett liggen.
Juni 1907. B. Poatuuiios Mkyjks.
*) De berghoogten rondom de Aroe-ririer (orergenomen van Kaart IV) zijn nitgedruht in meten.