
ten in de omstreken van Merauke en verderop, zoowel voor het
bovengenoemde doel als om land en volk te leeren kennen. Later
51. Gezicht op het jonge Merauke. Mei 1904.
belastte hij evenwel hiermede den hem toegevoegden controleur
S e y n e K o k , aangezien de regeling van Bestuurszdken meer en
meer zijn tegenwoordigheid op de hoofdplaats vereiscH'tqj
Verschillende tochten, soms van eenige weken achtereen, werden
daarop door den heer S e y n e K o k hetzij met militair geleide
hetzij met een detachement gewapende politie-oppassers onder-
nomen. Het hoofddoel was daarbij, zooals de zeeterm luidt: „de
vlag vertoonen” , en aanraking met de inboorlingen trachten te
krijgen, om hun duidelijk te maken dat het verbod om op hongi-
tocht uit te gaan aan ’t Gouvernement ernst was.
Bij de bevolking, vooral van de dichterbij gelegen negorijen
die meermalen doorgetrokken werden, was de controleur S e yn e
K o k op deze wijze langzamerhand een goede bekende geworden.
Wanneer dan de omwonenden te Merauke kwamen, werd hij
steeds door hen opgezocht; zoodat hij na eenigen tijd op zijn
erf een bijgebouwtje voor een soort passantenhuis inrichtte, om
hen dan daar den nacht te kunnen laten doorbrengen. Brachten
ze dan nieuwe kennissen uit de een of andere negorij mede, dan
werden dezen deftig aan hem voorgesteld, en had hij gasten ten
zijnen huize, dan kwamen weldra de Papoea’sche logd’s te voor-
52. Woning van den zelfst. Assistent-Resident te Merauke.
53. Landingshoofd te Merauke.