
Jaren verliepen thans, vöör opnieuw de Z.W. kust bezocht en
andermaal in kaart gebracht werd. Het geschiedde in 1826 door
den luitenant ter zee K o l f f met Z.M. brik Dourga. Veel bracht
deze reis evenwel niet bij tot vermeerdering der kennis van
deze streken.
Een groote stap nader in deze richting werd in 1828 gedaan,
toen door Z. M. Triton en Iris onder bevel van den kapitein-
luitenant ter zee S t e e n b o o m een vrij uitgebreide opname op
verschillende deelen der Z. W. kust werd verricht. Meermalen
riog zal in den loop van dit Verslag het resultaat dezer reis
worden aangehaald.
Hetgeen in de daaropvolgende jaren nog omtrent deze kust-
streek bekend werd, was van weinig beteekenis, zoodat dan 00k
de tot 1905 gebruikte Zeekaart (n°. 154), uitgegeven in 1885 door
het Hydrographisch Bureau te Batavia, voornamelijk berustte
op de opname der beide laatstgenoemde schepen. In hoofdzaak
was destijds hiertoe het materiaal geleverd en verwerkt door
de zeeofficieren M o d e r a en B o e r s , respectievelijk dienende aan
boord van de Triton en de Iris.
. Hoe, sedert 1903, nieuwe gegevens werden verzameld en dank
zij deze, een nagenoeg volledige schetskaart van de Z. W. kust van
Nieuw-Guinea kon worden samengesteld en aan dit Verslag toege-
voegd (Ka a r t V I I ) , möge uit die kaart in bizonderheden blijken.
Om een vergelijkend overzicht te geven van de resultaten der
verschillende reizen-:Tr-,.waarvan het uiteenloopen 00k wellicht
ten deele moet worden toegeschreven aan vormverandering der
kust door aanslibbing of anderszins — zijn alle zoöeven bespro-
ken kaarten, zooveel mogelijk tot dezelfde schaal teruggebracht,
hierachter op een blad weergegeven (Ka a r t II).
Na rijpe overweging was daarop aan de hand van bovenge-
noemde gegevens besloten, wat de hoofdpunten: punt van uit-
gang en tijd van het jaar betreft, de expeditie te doen landen
in de omgeving der zoogenaamde Pisangbaai en wel tegen het
einde van den Z. O. moesson, d. i. in b<?gin September 1904.
Wat de plaats van uitgang aangaat, hierbij had als hoofd-
voorwaarde gegolden, dat zij i°, niet te ver verwijderd moest
zijn van dät kustgedeelte, waar het hooggebergte het dichtst
nabijgelegen was, en 2°. moest aanbieden een ligplaats voor
schepen, waar onder alle omstandigheden veilig te lossen en te
laden was. Aan beide voorwaarden voldeed de Pisangbaai, de
eenige baai in die streken voorkomende op de meest vertrouw