
B. B I Z O N D E R G E D E E L T E .
BESCHRIJVING V A N E EN IG E D ER M EE ST B ELAN G R IJK E V AN DE
YE R ZAM E LD E , EN OP P L A A T I -X I A FG E B E E LD E
E TH N O G R A F ISCH E VO O RW ER PEN . ')
I. Eetbak (N°. i). P l a a t I. (Züidwestkust).
Platte uit hout gesneden bak, die den vorm heeft van een pijlstaart-rog ( Trygon).
De bovenkant is uitgehold tot een platten schotel tnet rand. Aan beide kanten,
doch vooral aan den achterkant, zijn enkele onderdeelen van den visch afzonderlijk
voorgesteld door insnijdingen in het hout, zooals de kop en het einde van het
lichaam, waar dit in den staart overgaat. Het kop-gedeelte met de oogen en het
staart-gedeelte van dien achterkant zijn afzonderlijk nevens de hoofdfiguur afge-
beeld (fig. i , en i links, boven en onder).
Deze bak is voornamelijk bij het sago-eten in gebruik.
Lengte van den bak 0.53 M. Gröotste breedte, met den rand, 0.33 M. Lengte
van den staart 0.44 M. Verkleining der hoofdfiguur 1 op 74/s ; van de twee ge-
deelten der achterzijde desgelijks.
1) Het scheen me van belang om nevens de afmetingen der voorwerpen, van
enkele 00k het gewicht op te geven. Met het 00g op de kracht die moet worden
aangewend om bepaalde gereedschappen o f wapenen te hanteeren, is het nuttig
dit te weten; want in het gewicht vinden we tot op zekere hoogte een kracht-
meter voor de personen zelf.
Daarbij dient evenwel in het 00g te worden gehouden dat er waarschijnlijk
steeda een streven zal bestaan deze voorwerpen zoo licht mogelijk te doen zijn,
zoodat men niet zoo zeer uit een licht voorwerp tot een minder lcrachtig persoon,
maar wel uit een zwaar voorwerp tot een- krachtig persoon zal mögen besluiten.
Ik heb nu van de meeste bijlen, knotsen, Schilden, handtrommen, een enkelen
schepriem en enkele der zwaarste speren het gewicht opgegeven. Als resultaat
valt op, dat geen van deze voorwerpen zeer zwaar zyn te noemen. De zwaarste bijl
weegt 3 K.G., de zwaarste knots 3.75 K.G. Opmerkelijk is het geringe gewicht
der handtrommen. De vervaarlijk groote trom waarvan ik de maten sub X II mededeel
(doch die op de Platen niet werd afgebeeld) weegt slechts 7 K.G., wat voor zoo’n
gevaarte niet zwaar is ; zie p . 599 hierachter, noot I.
De nummers zijn die welke de diverse voorwerpen bezitten in de geheele col-
lectie, welke bvergedragen werd aan het Ethnographisch Museum van Natura Artis
Magistra te Amsterdam, en daar geinventariseerd als S e r i e 246. De verkleining
op de Platen wordt steeds bij elk nummer aan het einde vermeld.
I K f
eftekiijKleadin^sftfKken^i'fribanden (20,441); Haofdve WRISl, 52,54).