
A. ASTRONOMISCHE P LA A T SB E P A L IN G EN .
I . O V ER DE MEDEGENOMENE INSTRUM ENTEN.
Door het Departement van Marine werd in bruikleen afgestäan:
i° een universaal-instrument van R e p s o l d ;
2° zes chronometers; waaronder een 130-tikker, voor het ver-
gemakkelijken van het nemen van vergelijken tusschen de
uurwerken onderling;
3° een drievoet, met losse vloerplank rondom de pooten.
Het univ.-instrument, kort te voren door den fabrikant R e p so ld
te Hamburg nagezien en in ehkele onderdeelen hernieuwd, was
hetzelfde hetwelk voor het eerst omstreeks i860 door den toen-
maligen Hoofd-Ingenieur van den Geographischen Dienst in N. I.
Dr. J. A . C. Ou d em an s ') voor het verrichten van astronomische
plaatsbepalingen was gebruikt, en na hem, door de zee-officieren
die deze werkzaamheden ten behoeve der Hydrographie hadden
te verrichten.
In het „Natuurkundig Tijdschrift voor Ned. Indie” Deel 24(1862),
§ II en v.v. is het instrument door genoemden geleerde nauw-
keurig beschreven; hier slechts de mededeeling dat het, niet-
tegenstaande het langdurig gebruik, nog niets van zijn oude
voortreffelijkheid had verloren. Hoewel de grootte van elk trommel-
deel der mikroskopen van den vertikalen en horizontalen cirkel
Io" bedraagt, en dus bij de aflezing de secunden slechts door
schatting op het oög zijn te bepalen, zoo geven 00k de thans
genomen waarnemingen met dit betrekkelijk kleine instrument
(diam. cirkels 17 c.M., vergrooting kijker 30 maal) weder schoone
resultaten.
Van doorbuiging van den kijker was 00k nu niets te bespeuren,
hetgeen o. a. blijkt uit de hierachter opgegeven breedte-bepa-
lingen. Bestond deze doorbuiging, dan zoude bijv. bij de waar-
1) Later Directeur der Sterrewacht te. Utrecht ; alwaar de zee-officieren die zijn
werk in Indië zouden voortzetten, hiertoe door hem werden opgeleid.