
Gróep IV . Fakfak. (132o 17 '/3' O. L., 2o 562/g' Z. Br.).
Hier kon ik 10 mannen meten.
Groep V. Dobo, op het eiland Wamar, tot de Aroe-groep be-
hoorend. (134o 13' O. L., S°452/5' Z. Br.).
Omvat 5 mannen en 1 vrouw.
Zooais blijkt, zijn de plaatsen waar ik gemeten heb längs de
Zuidkust resp. Zuidwestkust van Nederlandsch Nieuw-Guinea
gelegen, vermeerderd met één plaats der Aroe-eilanden, waar de
bevolking een sterk Papoea’sch karakter vertoont.
Bij de metingen heb ik de methode gevolgd door Prof. R U D O L F
M a r t i n in zijne handleiding: „Anthropometrische und Cranio-
metrische Technik, Zürich” medegedeeld, terwijl ik me bij de
samenstelling der tabellen meestal heb laten leiden door den
inhoud van het bekende werk (1905) van dezen Anthropoloog
over de bevolking van het Maleische Schiereiland.
Het spreekt van zelf, dat ik door verschillende oorzaken niet
altijd in staat was geregeld alle maten te nemen, die ik wilde,
zoodat 00k dikwijls daardoor hiaten voorkomen en ik lang niet
alle personen van iedere groep volledig kon meten. Uit den
aard' der zaak moest ik handelen pro re nata. Zoo kwam het voor,
dat ik soms gelegenheid had vele personen te meten als ik
alléén de voornaamste maten nam; en dit trachtte ik steeds te
doen, omdat het belangrijker is van 10 personen 10 der voornaamste
maten te nemen, dan van 1 persoon 100 maten. Alleen
bij veel tijd en goede hulp nam ik een grooter aantal bij één
persoon. In sommige gevallen, waar het voor het overzicht of
tot het combineeren van getallen voo'r enkele berekeningen,
wenschelijk voorkwam, heb ik wanneer aan reeksen enkele maten
ontbraken, deze met de gemiddelden ingevuld, echter alleen voor
die gevallen waar dit niet tot een onvertrouwbare uitkomst kon
leiden. De onjuistheid daardoor verkregen, kan wegens de klein-
heid over ’t hoofd gezien worden. In zoo’n geval heb ik altijd
de ingebrachte cijfers tusschen haakjes gezet, zoodat deze cijfers
dadelijk kenbaar zijn.
De maten zijn alie in centimeters.
A. Lichaamsmaten.
In de eerste plaats komen de cijfers betreffende de lichaams-
lengte en de spanwijdte of vadem.
M. = Mannen. V. — Vrouwen.
T a b e l I. L i c h a ams l e n g t e en s panwi j dt e .
G r o e p . Lichaamslengte.
Spanwijdte
of
vadem.
Verschil
tusschen
lichaamslengte
en
spanwijdte.
Betrelcking
tusschen spanwijdte
en f
lichaamslengte.
Aantal der
gemeten
personen.
I. MgraukS M. 167.2 178.0 10.8 106.5 46
• V. 156.7 164.2 7*5 104.8 16
II. Mímika. M. 164.0
00
14.2 108.6 14
V. 150.8 157-1 6.3 104.2 2
III. Etnabaai. M. 164.4 176.0 11.6 107.0 9
V. 152.0 166.2 14.2 109*3 1
IV. Fakfak. M. 1-55-7 16 7 .7 / 12.0 107.7 ?o
V . Dobo. M. 155-3 161.5 6.2 103.3 5
V. 148.7 152.4 3-7 102.4 1
• Hieronder laat ik dadelijk volgen als Tabel Ia de maten door
C h a l m e r s gevonden. Ze zijn afkomstig van het zuidelijk deel
van het eiland Kiwai, een eiland vöor den mond der Fly-rivier
in de Papoea-golf gelegen en van 3 kustdorpen aan die golf,
Maipua, Orokolo en Toaripi of Motumotu, resp. op i45 °io', I45°20/
en i46°io' O. L. gelegen. De cijfers zijn weder gemiddelden uit
het aantal nevens de lijst vermeld.
T a b e l I a. B r i t s c h Z. N i e u w - G u i n e a . ( C h a l m e r s ).
G r o e p . Lichaamslengte.
Spanwijdte
of
vadem.
Verschil
tusschen
lichaamslengte
en
spanwijdte.
Betrekking
tusschen spanwijdte
en
lichaamslengte.
Aantal der
gemeten
personen.
I. Kiwai. 165.6 176.1 10.5 106.3 19
II. Maipua. 163.6 — — 6
III. Orokolo. 167.7 174.1 6.4 103.8 17
IV. Toaripi
170.2 178.2 8.0 104.7 16
(Motumotu).