
in Juni d.a.v. werden de 1,70 Meter lange films bij den photograaf
K u r k d j i a n te Soerabaja ontwikkeld; aan boord was daartoe
geen gelegenheid. De opnamen bleken echter niet geslaagd; met
de, op aanraden van deskundigen, fii Nederland speciaal aange-
brachte Goerz-lens, werden de films bij de snelste momentsluiting
en het kleinste diaphragma toch overbelicht. Er werd toen ge-
tracht een nog kleiner diaphragma aan te brengen; maar, be-,
halve dat dit niet geheel gelukte, bleek 00k de veer-beweging
voor het ronddraaien niet in orde. Er is dan 00k geen enkele
panorama-opname van de geheele expeditie aanwezig.
De Stereoscopische camera hield zieh wat betreft constructie
van toestel en chassis zeer goed. De lenzen van het toestel
leverden echter veel bezwaren; zie daarvoor het slot, waar meer
bepaald over lenzen gesproken wordt.
Dr. K o c h heeft in het begin in het strandbivak verschillende
opnamen met zijn toestel genomen, die evenwel niet uitgewerkt
zijn. Daarna bleek dit — een „Minimum-Palmos Metall-klapp-
kamera” van Zeiss, die wegens de aluminium-bekleeding bizonder
was aanbevolen voor de tropen—. • toch tegen het vochtig-warme
klimaat van Kiroeroe niet bestand, en werd door trekken tijdelijk
volkomen onbruikbaar.
Op den landtocht-zelf werden meegenomen de Stereoscopische
camera, en mijn Roja-camera. Hiermee werden eenige dozijnen
opnamen genomen, bij het overtrekken van rivieren, bivaks, land-
schappen enz. Na twee maanden was 00k de Roja-camera niet
meer te gebruiken. De chassis waren uitgezet en niet meer lichte
dicht, de sluiter werkte niet meer voldoende. Daarop werd om
het reserve-toestel met platen gevraagd. Ver heeft dit het niet gebracht
! In het Omba-bivak werd het bij den terugtocht gevonden.
Luitnt. O n v l e e had zes blikjes met platen in twee sigarenkistjes
verpakt en dichtgebonden. Reeds dadelijk gebeurde hiermee iets
zeer onaangenaams.- Toen dit werd uitgepakt, bleek het, dat een
der blikjes voorzichtig : was opengemaakt, het doosje openge-
sneden en een der pakjes met platen er uit genomen was.
Na de ontdekking dat het slechts glasplaten waren en niets
anders, had de nieuwsgierige, die blijkbaar chocolade-tabletten
verwachtte, alles weer even netjes dichtgemaakt alsof er niets
gebeurd ware.
Teruggekomen te Soerabaja werden, weer bij den photograaf
K u r k d j i a n , mijne opnamen ontwikkeld, zonder dat eenig resul-
taat werd verkregen. Dit verwonderde natuurlijk ten zeerste. Dat er
bedorven platen onder. zouden zijn, werd verwacht; maar dat de
platen bij ontwikkelen alleen zwart zouden worden, konden wij niet
begrijpen. De teleurstelling, 00k hier dus, was niet gering. Ter
proefneming zouden nu nog eenige opnamen gedaan worden
met de meegenomen platen. Er was namelijk een blikje gedu-
rende den tocht opengemaakt en hieruit was een pakje van zes
platen genomen; daarna was het doosje met de zes overige on-
belichte platen en Zes belichte weer in het blikje gedaan, en dit
met kleefpleister dichtgemaakt. Toen de photograaf met zijn
portret-camera met twee van die platen, welke niet uit het doosje
geweest waren, opnamen nam en deze daarna ontwikkelde, kwam
er absoluut niets op. De platen hadden hun lichtgevoeligheid
geheel en al verloren! In ändere, niet-opengemaakte blikjes,
waren de platen nog goed.
Ter controle van belichting, toestand der camera en chassis,
werden gedurende den landtocht proefplaten ontwikkeld, zoowel
van de Roja- als van de Stereoscopische camera. Daarvoor werden
duplicaatopnamen genomen en ’s avonds een dezer platen ontwikkeld.
Schitterende resultaten heeft dit niet opgeleverd, maar
dat kon grootendeels worden toegeschreven aan den gebruikten
ontwikkeläar. Hiervoor was, wegens zijn gering gewicht en volume,
pyro in comprimees met de noodige accelerator en restrainer
ifteegenomen. Dat er echter niets opkwam, was niet vertoond.
In de overtuiging, dat de bewaarde niet-ontwikkelde duplicaat-
platen een goed beeid zouden geven, werden de ontwikkelde
proefplaten niet bewaard; hetgeen nu zeer jammer is, daar ze,
verder behandeld in een atelier, nog zeer bruikbare negatieven
gegeven zouden hebben.
Het mislukken moet aan den overmatigen vochtigheids-toestand
worden toegeschreven. Dat was zoo erg, dat alles wat maar
eenigszins beschimmelen kon 00k werkelijk beschimmeld was; zelfs
sommige platen waren dat.
Bij z o o n v o c h t i g h e i d s t o e s t a n d , als daar heersehte,
zou het aanbeveling verdienen om de platen direct te ontwikkelen;
dat kost evenwel veel moeite en is lang niet gemakke-
lijk- Want wanneer men den geheelen dag gemarcheerd heeft,
en de koeli S moe zijn, dan valt het niet mee, eerst nog weer
eens buiten het bivak en buiten de lichten een plaats schoon
te kappen, om daar alles klaar te maken voor ontwikkelen.
Daarenboven drogen de platen niet, zoodat absolute alcohol of
harden met formol noodzakelijk is. Maar dan bereikt men waar-
schijnlijk toch wat.