
„boe s v e r v a a r d i g d ” . Hier had men dus de stadia süb 1, 3
en 4 straks vermeld, naast elkaar in 1828.
M Ü L L E R is, als ethnograaf van aanleg, veel nauwkeuriger. Hij
g af de eerste werkelijk goede beschrijving van den penis-koker,
aldus: „Het bedekken der geslachtsdeelen schijnt bij deze men-
„schen [van Oetanata] meer eene voorzorg tegen insekten en
„diergelijke gevaren te zijn, dan wel een gevoel van schaamte,
¿naardien niet alleen eene menigte mannen die deelen geheel
„öntbloot laten, maar de meesten, gelijk wij ondervonden, de tot
„dekking gebezigde voorwerpen, bij de minste aanleiding om die
„te kunnen verhanselen, zonder aarzelen afnamen en ze ter ruiling
„aanboden. De meesten verdienden 00k ter naauwernood den
„naam, dien wij hen geven. Zij b e s t o n d e n v a a k e n k e l ui t
„ k l e ine k o k e r t j e s v an b amb o e s , o f v an he t b o v e n s t e
j h a l s v o rmi g g e d e e l t e de r k a l e b a s v r u c h t , w e l k e , t er
„ l eng t e v a n 1 2 t ot 1 5 Ned. duimen, a l l e e n he t . t e e l -
„l id, s omt i j d s s l e c h t s het v o o r s t e g e d e e l t e , en dik-
„ w e r f ni e t a n d e r s dan de min of me e r u i t g e r e k t e
„ v o o r h u i d k o n d e n omv a t t e n . De kokertjes van bamboes
„waren gemeenlijk aan den buitenkant met allerlei gesnedene
„en ingegriffelde figuren versierd. Sommige mannen bedekten hunne
i,geslachtsdeelen met eene strook lenig geslagen boombast, die
„om de lenden gebonden en tusschen de beenen doorgehääld,
i,van achteren was vastgeknoopt; o f wel met kleine schortjes,
^nu eens uit een stuk behaarde kanguro- of gevederde casuaris-
„huid, dan weder uit soortgelijke lapjes mat of uit breedmondige
„horens, gelijk de vrouwen droegen, te zamengesteld” '). Boven-
dien beeldt hij in de folio-uitgave van zijn werk (Leiden, 1839^—44),
en wel in kleuren, op Plaat X I , fig. ißa^b en fig. 14 twee van
zulke bamboezen penis-kokers af, en op fig. 15 zoo’n koker vän
een kalebas-uiteinde gemaakt; ' de allereerste af beeldingen van
deze voorwerpen!
■ V a n D e l d e n is, in het ons ten dienste staande handschriftelijk
Journaal van deze re is2), wel beknopter dan M Ü L L E R in dezen,
maar voegt toch eenige interessante bizonderheden toe. Hij schrijft
in dato 20 Juni 1828, na 10 dagen bij de Oetanata voor anker
te hebben gelegen: „Zij loopen geheel naakt, behalve dat enkele
1) In de eerste folio-uitgave van Mü l l e r ’s werk (zie p. 463 hiervöör, noot),
Leiden 1839— 44, fol. 48; o f in den lateren octavo-herdruk (zie ibid.), Amsterdam
1857, I, P- 73-
2) Dank zij de welwillendheid van den eigenaar van dit hs., den heer L. A. H. v a n
D e l d e n te ’s-Gravenhage; zie p. 470 hiervöör.
' , 1 - I l * |jl > . | M€ii£SYpi&, VhflL&öf'. AtTUsts^d^fh-
Penis-kokers; en Bezweerkoker (4681 .