l6g, dat zy quamen een mylvoorby de.plaats,
daar zy twee dagen tevoren gelegen had-
den , daar zy zieh nederfloegen. Hun
gegifte cours en verh,eyd Z. 8 grad. en
O . j i mylen, de gegifte van z8— 74 min.,
lengte van 37-*'-8 min.
Maandag den 10 dito.
Met miftig weder ’s morgens ten 4
uuren vertrokken zy van hunne rüftplaats,
en marcheerden längs de ftrand , tot dat
zy op de naarmiddag , ¿Ts bevorens ver-
h;aala is, weer by 9ns quamen , 'nog by
zieh hebbende den meergemelden Sonqua.
Water nog gras hadden zy tuflehen deze
onze rüftplaats, en gedachte rivier, niet
gevonden. Ondertuflchen was ’er niets
voorgevallen, als alleen, dat wy hier by-
obzervatie bevonden (gelyk wy 00k aan
de Koperbergen ondervbnden hebben)
allemiddag precies, en tegen denavond,
de wind meeft uyjf den Z. W., de welke
finden, op den 7deu dito vooriz , voor de eerfte
^ier. reize uit den Noorden begon te waayen,
'vaajen c met welke wind ’s anderendaags de zee
wel een musquet-fchoot verre. tot aan
ftrand zieh geheel rood vertoonde, waar
van ons de oorzaak onbekend was.
Dynsdag den 11 dito.
Bleven wy dezen dag hier nog leggen,
om ’t volk , dat uitgeweeft was, te laten
ruften , en wierd’er 00k met eenen
preparatie gemaakt, om ’s anderendaags
weer te rüg te keeren naKaap der Goede
Hoop , om de bevorens verhaalde reden j
ten welken eynde geordonneerd wierd,
dat de beeilen , die tot dus lang aan de
voornoemde rivier geweeft waren , den
aanftaanden morgen zouden opkomen.
Middelerwyl iondeerde de Ed. Heer Com-
mandeur den gedagten Sonqua , die toen
zeyde, dat hy geen Sonqua was , maar
Zyn Ed.6611 van de Natie, Kamezon genaamd , en
neemt na met hem een langen tyd geiproken
den te hebben, rezolveerde de Ed. Heer Com?
mede^na mandeur hem mede na de Kaap te nemen,
’t Kalkei. om naderhand by tyd en wyle dienll van
hem te können hebben , nademaal het
land hem over al hier ontrent bekent
was.
fpoensdag den iz dito.
- Vertrokken wy van deze rüftplaats,
en Helden onzen cours na de rievier,
van waar wy den zdcn dezer vertrokken
waaren , voor by marcherende de ruft-
plaats, daar wy den zelven, dito, ons ter
neder hadden geilagen, en quamen alzoo
ojp den middag in de rivier | myl hooger,
als wy te voren gelegen hadden, en floefen
ons hier neder. De kuylen met water,
ie wy vondeh , waren zeer brak 5 met
hout en gras was het als voren. De gegifte
cours en verheid Z. O. een graad
Zuydelyker 31 mylen, de gegifte breedt^
van 2p— 28 min., de leegte van 37— 221
min.
’s Morgens ten y\ uuren vertrokken wy
hier vandaan, Helden onze cours veor-
eerft Z. Z. O. tot öp ons oud pad, marcheerde
’t zelve längs, tot dat wy quamen
aan een hoogte , alwaar wy ’t zelve
verlieten, en Haken door een vlakte, de
cours O. ten Z . , körnende alzoo in de
rivier een myl van onze fuftplaats, daar
wy den eerften dezer van daan vertrokken
Waren. Hout, gras, en water, was
hier zober , en brak. De gegifte cours
en verheid Z. O. 3 graaden , Zuydelyker
Jl mylen. De gegifte breedte 29—47
min., lengij van . 37— 324 bevonden
breedte van 29— 42 min. de verbeterde
cours en verheid Z. O. 4; mylen, lengte
volgcns de gebeterde cours 37— 37*. min.
Vrydag den 14 dito.
’s Morgens vertrokken wy van onze
rüftplaats, en Helden onzen cours Z. O.
myl, latende aan de linker hand van
ons leggen de rüftplaats, daar wy den
23ften pafîàto van daan vertrokken waren,
körnende alzoo by dé Kloof, die wy den
21flen paflàto vooriz doorgetrokken zyn.
Vervolgden zoo voorts ons oud pad, tot
dat wy quamen aan de plaats , die wy
den 2iften vooriz verlaaten hadden. Sloe-
gen ons hier weder ter neder. Hout,
gras, en water, was hier noch al, als
bevoorens verhaald is. De gegifte cours
en verheid Z. Z. Q. 3Î graaden, Zuide-
lyker 3* mylen. De gegifte breedte
2-9— f4 min., lengte van 37— 411 min.*
bevonden breedte van 29— 76 mini, gebeterde
cours en verheid Z. Z. O. 3! gr.,
Zuidelyker 3f mylen, lengte volgens de
zelve 37— 41 mm.
Saterdag den 17 dito.
Befloot de Ed. Heer Commandeur hier
teblyven leggen, om de beeilen, die af-
gemat waren, ach te katen veiquikken.
Sondag den 16 dito.
’s Moigcns, met het aanbreken van den
däg,zontdeEd. Heer Commandeur eenige
manichap uit om de Zuid, ten einde te
Zien of daar eenige gelegenheid was,
ombequaam na ftrand te können komen,
die , in den avont wederom körnende,
berigtteh , dat na de zeekant water nog
gras te vinden was , weshalven wy ge-
noodzaaltt geweeft waren , om de ruil-
plaats, van waar wy den 2oftcn voorleden
vertrokken waren-, op te zoeken, en te
zien, hoe het daar geftelt was, en hadden
’t zelve in dien ftaat , gelyk wy ’t ge-
laaten hadden, gevonden.
â î Maandag den 17 dito.
's Naarmiddags ten z uuren verlieten wy
deze rüftplaats, marcherende ons otfd pad
längs, tot dat wy quamen aan de ¡plaats,
daar zy daags te vboren geweeft waren,
en iloegen ons i myl hooger , als wy te
vooren gelegen hadden, neder, om dat
* ' men
1685.
J(jg men ’t water aldaar oordeelde een weinig
beter te zyn. De gegifte cours en verheid
Z. Z. W. 3{ mylen. De vertrouwde
breedte van 30— 4 min. 5 lengte van
37— 3 3 min. De gebeterde cours en verheid
Z. Z. W. 1 graad, Weftelyker 25
mylen} de beneden breedte 29— 48 min«
De behouden lengte van 37— 33 min.
Dynsdag den 18 dito.
Bleven wy hier leggen , en middelerwyl
zont de Ed. Heer Commandeur een
Sergeant met eenige manfehap u it , om
de Doornboich - rivier op te zoeken, en
met eenen tezien, hoe het aldaar geftelt
was. Op den middag quamen alhier
ontrent ons kampement 2 Sonquas, die,
volgens hqnne eygen bekentenis, van
meining waren, 1 of 2 mannen, indien
zy die hadden können bezetten, ter ne- ;
der te maaken, endan eenig vee weg te
dryven, waar op de Ed. Heer Commandeur
eenig volk der waarts zont, om, zoo
’t mogelyk was, de zelve met gemak ge-
vangen te nemen, en, by tegen weer, met
hen te handelen, gelyk men met vyanden
gewoon is te doen. ’t Volk ontrent hen
körnende, zagen zy ’er 8, en begaven
zieh 7 van de gemelde Sonquas op de vlugt,
.p . welke’t ontquamen 5 doch dé 3 , ziende,
Sonquas ' dat zy bezet waren , gaven zieh 2 der
gevangen zelve vrywillig gé^angen. De derde
genomen. zich ter weer fteTlende , wiert ’er vuur
op hem gegeven , en hy in de beenen
gequetft, wordende aldus by den E. Heer
Commandeur gebragt, die, na een lange
tyd ondervraagt te zyn, bekenden, dat
zy , benevens alle de Sonquas van de A-
macquas herwaarts gezonden waren, om
ons zoo veel afbreuk te doen , als hen
mogelyk zou wezen. Deze wierden dan,
nevens den voorgemelden Kamejon , in
hegtenis genomen, enbewaart. ’s*\vonts
ontrent 9 uuren quam de Sergeant te
rüg, en bragt berigt, dat hy de bevoorens
gemelde rivier had gevonden , wel
voorzien met kuilen , inhebbende goed
water, als mede övervloedig gras en hout,
’twelk het doorngeboomte is , dat in
deze rivier gevonden wort. Zy bragten
00k 2 wy ven der Sonquas mede, die benevens
de andere gevangenen mede be-
waart, wierden.
Woensdag den 19 dito.
’s Morgens met het aanbreken van den
dag vertrokken wy van hier, en ftelden
onzen cours tegen een hoogte op Z . O,
~ myl. Van daar .Z. < myl. Toen Z. Z.
O. i myl, als mede Z. Z. W. J myl 5
en Z. W. ten Z. l myl 5 mitsgaders Z.
Z. O. $ myl. Toen \veder Z. Z, W. i
myl. En Z. ten W. Imyl. Ook W.
i myl. Van daar Z. £ my*j a^s mede Z.
Z. W. | myl. Toen Z. £myl. Tot dus
verre waren wy gemarcheert over ver-
' fcheide heuvelen j doch eeji bequamen
weg j en quamen hier aan een groote. l6g
vlakte, die zich tot aan de gedagte doorn-
bofeh -rivier ftrekte} en riaraen toen wederom
onzen cours Z. Z. O. i f myl.
Van daar Z. tenO. 7 myl. Toen Z. ten
W. i-J myl, körnende toen in de vooriz
rivier , en floegen ons in de zelve ter
neder , bevindende het hier, gelyk het
dpor den Sergeant berigt was. De weg,
by ons gemarcheert, was rood keyagtig
zand, bewaflen met laage kreupel-
boichjens. Onze gegifte cours en verheid
Z. 6 graaden, Weftelyker y± mylen.
Gegifte breedte 30— 27 min. 5 length
van f j— 33 min., bevonden breedte van
30— 27 mm.
Donderdag den 20 dito. *
Op den naärmiddag ten 2 uuren vertrokken
wy van hier na de zeekant, en ftelden
voor eerft onzen cours längs de rivier
W. ten N. f myl. Van daar marcheerden.
wy weder in de rivier , en namen
onzen cours in de zelve N. W. ten W.
1 myl, tot dat wy aan een bocht quamen
, die wy omtrokken W. N. W. {
myl. Van daar W. 's myl, en van daar
wederom volgens den loop van de rivier
een bocht in, die zig Z. W. f myl ftrekte,
daar wy campeerden, om dat alhier nog
goed water en gras was , ’twelk wy ha-
der aan de zee oordeelden niet te zullen
vinden. De rivier was hier mede’teene-
maal zonder geboomte , gelyk ook alle
de rivieren , die wy aan de zeekant ge-
pafleerd zyn, gevonden hebben, daar de
zelve in tegendeel, gelyk meermalen ver—
haald is, na boven toe dicht met doorn- «
geboomte bewaftchen zyn. De gegifte
cours en verheid W. ten Z. een graad,
Zuydelyker 1 {i myl, gegifte breedte
30— 28 I min.} lengte van 3 7— 27. min.
Vrydag den 21 dito.
Bleven wy alhier leggen , en wiert
ondertuflchen een Sergeant, een Stuur-
: man, en vier man, als mede een Corpo-
! raal, met vier man , benevens den
Stuurmansmaat, belaft, de eene party
om de Zuid, en de andere omdeNoord,
de ftrand te vifiteeren*, en gingen voor
eerft eezamentlyk Z. W. aan * myl.
Van daar Z. i myl. Toen Z. W. ten
W. \ myl, en Z. 7 myl. Van daar tot
aan den hoek van de rivier Z. Z. W. \
myl} voor de zelve was een baaitje, doch
onbequaam, ’twelk zieh ftrekte N. ten
W. en Z. ten O. myl. Alhier Ichei-
den zy van malkanderen , de Sergeant
marcheerde om de Z . , en de Corporäal
om de N. Tegen den avont quam de
Sergeant te rüg, endeed berigt, dat zy
voor eerft hun oours längs ’t ftrand genomen
hadden , Z. ten O, f myl, tot
aan eenen inhoek met groote lo'fle klip-
pen, vervolgende de zelve cours ij myl,
tot aan een groote zandbaki, die wel &
L z ,myl