
A. 1148. thienhonderd en zeven duizend Rysvel-
Dev*
Tiffa
Kaja. .
den heeft docn toebereiden. En dit is
hct voornaamfte geweefk , dat dcze
Vorftin 24 jaaren van zyne Regeering
• verricht heeft , houdcnde zieh enkelyk
met den Landbouw bezieh.
T e dier tyd waren ’er zedert de dood
van Budum 846 jaaren, 9 maanden, en
20 daagen verloopen.
Guiriiri- Toen quam de Keizer, Guitfirimena-
menaon on Raj a °P den Throon.
Raja. In zyn tyd verfcheen ’er een Prins,
cn een Princes, zyndc de broedcrs en
fiifters Soon van Mahaßra Raja , uyt
het Land van Calinga, en uyt de Stad
Dantapoere hier«
De Prins was Danta Gomara, cn de
Princes Raon Valli, genaamd.
Deze beiden veranderden hunne klee-
deren als Jogi’s en Bramine’s , en vcr-
trokken uyt hun Land met veel H. o-
verblyfzelen , en quameri met de zelve
na Ceylon vlugten, alwaar zy van den
Keizer vriendelyk ontfangen, en met
veel gefchenken overladen wierden.
Hy bouwde na die tyd veel Pagoden,
en Regeeerde 28 jaaren zecr Godvrug*
tig.N
a hem volgde zyn Broeder, Deva
Ttsfa Raja, die met eigene handen veel
Afgodifche Beeiden , en gelykeniflen
van Budum veranderde , makende die
zelf van Ivoir en Sandelhout zoo kon-
ftig en fraev , dat zy niet konden ver-
beterd werden.
Hy bragt zyn tyd in den dienft van
tyn Goden zeer gejukkig en voorfpoe-
dig in de p jaaren van zyne Regeering
door.
Zyn Soon Rajas Raja , verving hem
in dat beftier. Deze ontbood veel Prie-
fters, Stcrrekykers, Medicyn-mcefters,
cn meer andre , die hy oordeelde , dat
zyn Land eenige nuttigheid zouden
konneö tdebrengen. Hy onderhield in
Zyn tyd yoo Priefters , aan welke hy
zeer veel Aalmoeflen g a f , en Regeerde
31 jaaren zeer Godvrugtig.
Upatifla Na hem volgde zyn Soon, Vpatisfa
Manam Raja , in Wiens tyd een zeer
aja# groot Leeraar, Vatturas ‘Terunnanfe genaamd
, van de kuft van Chormandel
hier quam, die in het Sanfcrits 2ooo2fo
affchriften van zyn Leere onder het Voik
Uytgaf. Z y wierden door 361000 Leer-
lingen afgefchreven , en behclsden een
nieuwen Godsdienft , dien zy jegenwoor-
dig Attua Cattava noemen. Dit waren
als üytleggingen over zyn nieuwe Leere
, die in zig zelven niet anders was dan
die w y onder de Verhandeliiag van den
Heidenzen Godsdienft op Choromandel
beichreven hebben , en welke Leer
den Vedam vervat werd.
Rajas
Raja.
Deze Keizer had groote a g t in g vbör A. 129^.
dezen Lceraar, en zynen Godsdienft, en
fpande alle kragten in ,om in den tyd van
zyne Regeering , die 26 jaaren duurde,
zyn volk zoo verre te brengen , dat zy
zig daar aan mede mogten overgeeven y
dat echter zyn tyd moeft hebben. ■ '/
Zyn Soon, Senam Raja, verving hem , Senani
Regeerende 6 jaaren. Raja.
Na den, zelven volgde zyn ßrh'e-
der (of de Oom van Senam
Leminitisfa Raja genaamd , die dok 6 * aja’
jaaren dit Keizerryk beftierde.
Vtfenan Garalfoo Raja Verving hem öpvifenäri
den Throon, die na een Regeering van Caralfoo
6 jaaren omgebragt wierd. Raja.
Zeven Vorften vanMalabaar overvie- Seven
len hem met een groote magt * benamen Mala-
hem ’t leven, verdeelden het Keizerryk ba?rae ,
onder malkanderen, en Regeerden zaa-^1^ 2601
men 27 jaaren.
T e dier tyd was ’er een Vorft onder Dacem
de Cingaleezen, Dacem Goelia Raja ge-Goelia
naamd, die gewoön was in de Wilder-
nis als een Jogi te leven * dewelke hoo-
rende, dat die Malabaarfche Prinszen
ganfeh Ceylon opaten,een groot Leger
veriamelde, hen allen verfloeg, en het
R yk weder innam , zettende zieh zcl-
ven op den Throon. .
Dcze Vorft Regeerde dit Volk regt-
veerdig * leefde zeer Godsdienftig,
maakte veel Ryft-velden met de noodi-
ge Waterleidingen, liet 18 Pagoden
bouwen, hield 00k zoo veel Feeften,
te weten in ider jaar van zyne Regeering
een, en Regeerde 18 jaaren. -
N a hem volgdc zyn Soon Comara Comara
Dabai Raja , die 2p jaaren dit R yk bc- £ahai
ftierde. • . RaJa*
Zekere Hoer doodde in ' zyn tyd een
Groot Dichter , van welken de Keizer
zeer veel werk maakte , alzoo hy in die
konft boven alle andren uytftak, en om
dat de Vorft 00k zelf een Liefhebbcx
van de Dichtkonft was. Hy belaftte
niet allccn aanftonds die Hoer om te
brengen, maarfprong uyt liefde tot dien
Dichter , wanneer hy zou verbrand
werden , en uyt een onverzettelyke
droef heid, mede in ’t vuur, dat zyn Ly k
verteerde, verkiezende liever met zynen
Vriend Calidasfa te verbranden, als
zonder hem in geduurige hartzecr in
’t leven te blyven.
Na zyn dood quam Lemini Patts/a Lcmiid
- f - v . r . . . : - r
Raja.
aan do Kroon j dog regeerde 1
1 jaar, cn 10 maanden , alzoo hy toen
omgebragt wierd.
In zyn pläats quam Amlam Heranam Amlam
Raja , die 13 jaaren het R y k beftier-
den. f ^
■ Zyn Soon Dajoelfen Kaja Regeerdc Dajoej.
maar 6 maanden, en wierd verraadelykfenRaja.
door
^ oSi'doar zyn moeders zufters Soon omec-
Dalam
Ajali
Raja.
Cadda
Ginitfir-. 1
menam.
/Raja.
Mclifinganam
Salandana
R o o.
bragt.
Zyn naam was Dalam Ajali Raja, en
hy beftierde het Keizerryk 2 jaaren zeer
geruft.
Des zelfs Soon, Cadda Ginitfirmenatn
Raja beklom zyn Vaders Throon , en
wierd , na dat hy 31 jaaren zeer wel
Geregeerd had, omgebragt.
Senneni . Zyn Navolger Sennern Raja trof,na 3
Raja, jaaren Regeerens , dat zelve l o t , alzoo
hy door een van zyne Hof - Dienaars,
Melißnganam Salandana Roo genaamd ge-
dood wierd.
Deze drong zig met veel lift op den
Throon 5 dog regeerde maar p jaaren,,
en wierd door zyn moeders zufters Soon,
Acbora debora Raja , gedood.
Deze verving hem 00k in ’t R yk ,
maakte een Ryftveld , Corondoe Vevi
genaamd, en Regeerde 6 jaaren/
Hy wierd , na zyn dood vervangen
door zyn Soon, Acboraja, die zeer geruft:,
den tyd van y i jaaren op dezen
Throon zat.
Na zyn dood verving hem Dos Raja,
die in ’t 6dc jaar van zyne Regeering
door een groot Malabaars Heyr Gevan-
gen genomen, en na dat Land vervoerd
wierd.
In die tyd Regeerde in JafFanapatnam
de Koning, Ariacß Chaccaravarti Raja
, een Vorft van groot vermoogen,
en die veel grooter Heirleger,en meer
Geld als de Keizer van Candi had.
Deze, ziende, dat ’er geen Keizer in
de beneden Landen was, nam voor,om
’t Keizerryk van Ceylon in te nemen.
Hy trok daar op in *t Land der Cinga-1
leeien, gaf, om zyn voornemen te be-
dekken , voor , dat hy ’t Land maar
eens quam bezien , en nam het zoo te
gelyk in.
In dezen tyd was hier een groot Heer,
maarKo-dien de Cingaleeien zeer grooten eerbied
?'flfvan bewezen. (Zyn Naam was AlaguesVira
9 n9' Mandrim. Dit laatfte wöord beteekend
een Hertog) welke het ooginerk van dezen
Vorft gemerkt hebbende, zig met
eenig Volk na het Dorp Reygamme be-
gaf, en zig daar neder floeg om hem
te Beporlogen.
De Koning van JafFanapatnam vor-
derde ondertuffchen , dewyl ’er geen
andre Heerfchappy te dier tyd op Ceylon,
dan die van 7 Zee- havens , was ,
overal de Schatting van alle de Ingeze-
nen in.
Ondcrtuflchen liet de voornoemden
Hertog Alagues Vira by Reygamme een
bemuurde Stad , die hy rykelyk van
V o ll en Voorrad voorzag, en nog een
andere tuflehen de vy f Dorpcn , Cotta
fennamd, Bouwen, en een Gracht en
Va\ daar rondomtrekken, diehy me-,
Acboraja.
Dos
Raja.
Ariacfi
Chacea-
ravarti
Raja,
tracht
na de
Kroon.
Jaflanapatnam.
de van ’t noodige Volk , en Voorraad
van Krygstuigen voorzag , keerende
daar na weder na Reygamme.
Na dat Ariacß Chaccaravarti Raja,
dit alles vernomen had-, bereide hy zig
lwr" ,t^Senweer ? kreeg 100000 man ran
Malabar tot hulp , die hy den Vyand
r*5 en ^ani^ tegenzond , die te
Land gingen , namen hun Lcgerplaats
m t Land van Matóle , om tegen den
Keizer van Candi te ftryden.
Die ter Zee gingen , ontfeheepten in
de Baey van Colombo , en ten deelc in
die van P^nture, en namen hun Leger-
plaats in Gorkane.
T e dier tyd hecrfchte in de boven- Boewá^
Landen van Candi de Koning Boewa- £aCpRa*
naca Bahu Raja, die eigentlyk Koning Konmg*
in Degampala was. Deze was wel ryk in de
van Volk, maar had egter de magt niét, Gam-
om den Koning van Jaffanapatnam te p
weerftaan , weshalven hy met eenige
van zyn Volk na de Stad Reygam b y S ^
Alagus Vira Mandrim vluchte.
De Cingaleefen in die Landftreek ,
zieh nu geheel bloot en zonder Koning
ziende (gelyk ’er toen 00k geen Keizer
in ’t Ryk van Cotta was) en vreezende
Slaaven van. den Koning van JafFanapat-
nam te werden , namen , na dat de y
Landftreeken by een vergaderd waren ,
befluyt, om,vermitszy trouwloos van
hunnen bloohertigen Koning ten prooy
van ider gclaatcn werden , zieh zelven
te redden, en den Vyand te gaan aan-
taften*
Z y deeden het 00k ’s morgens met DeKo^
hethaanengekraay, vielen alswoedende^ng^
Leeuwen op den Vyand in ’t Land van£™JJ"
Matule aan,en floegen den Koning vanwierdin
JafFanapatnam Zoo gevoelig , dat hct roeten
meefte van zyn Volk op de plaits dood £eila£en-
blee£
De Hertog Alagus Vira Mandrim,
dit hoorende,klom op zyn Olifant, viel
op ’t volk dat nog in Mattagode lag ,
aan , verfloeg ’er mede zeer veel af,
vingze by duizenden, verbrak hunne
Vaartuigen in de Baey van Colotribo,
keerde loen na Panture en Gorkane,
verdurf daar mede alle hunne Vaartuigen,
en verfloeg nog veelen van hun o-
vergcblevenen, zo dat hy met een vol-
komene overwinning weer na Reygam
keerde.
De Koning Roewanaca Bahu R a ja ,DeCii£
Verftaande , dat zyn Landen nu wecrgaleefen
volkomen van alle V y anden ontflaagen
waren , keerde weder met een geruft®0^ “
hert na zyn R yk van Degampala. Dogmeerer-
de Cingaleeien fwoeren , dat zy zulkcnkennca*
bloodaard nooit voor hunnen Koning
zouden erkennen 5 maar daar was toen
een Prins, in de Pagode Vida Gamma
opgevoed, die wegens zyne Doorlugti-
g«