
m
l n
a. i í 7si.
H i l i
l # f I l i
EPlBiNi
I B w S i l||j lj f
H i
p r IH
m B Y Z O N b E R E Z A a J C E M
Ons Volk trouwloos aangetaß. A°. 16j'p. verving de Heer Pyl den Jongen Heer
van Goens, die A°. 1680. N . Mierop aan den Keifer zend. Twee Engelfen uyt
hunne Gevankenis te Candi ontviifgt. Hun Bepcht van daqf. Ranren Lamfweerdc
j A°. 1084. als Gefanten aan Raja Singa gejonden j körnen weer by ons.
Raja Singa’s Dood, A°. 1087., vervangendoor zyn Soon. A°. 1691. de Heer
Pyl doer den Heer van Rhee yervapgep. De Heer van Rhee A°. 1696. Boor
den Heer de Heere vervangen ^ die hier AP. 1702. Sticrf,en A°. 1703, door ded
Heer Simons vervangen is, Conßderatien over de Deftavery van Golotobo , aan
haar Edelheden gefpnden. İ. 1707, is zyn Ed. Rytwrdimtis Rand van India
geworden $ en loen door den Heer Bekker * Rxiraordinaris Raad van Indja vergangen.
Verfrek van den Heer Sim.onS als Zeevpogd der Retoifrylool A®. 1707.
'S Keifers Dood , die door zyn Soo'n vervangen is. De Heer Bekker A?, 171 o.
Qrdiparis Raad yan Lidia * A°. 1714. door den Heer Rumph 3 Ex-
traordinaris Raad van In.dia, vervangen. Die A°- 1720. Ordinaris Raad van
India wierd. Dopd der Keiferinne A°. 1721. Optogf van den Caffier Täkel als
Gcfant na Candi A°- 172.1- Do,o,d van den Heer Rumph A?, 1723. Welkein
dat zelve Jaar vervangen werd door den Heer Hertenberg. Landyoogden van
Ceylon^ Coinmandeurs van Jaffanapatnam. De Commandeurs van Punto
Galc.
A. 167$• A O i 6 j f . tyierd de Oude Heer
vemngd Z l van Goens, by *t vertrek van
Hcervan # ^en Heer Nicolaas Verburgna’t
Gocns Vaderland, in zyn plaats als Diredteur
zynen
Vadjr
hieiàls
Landyoogd;
Generaal, na Batavia geroepen , en na
een beftier van 12 jaaren , door zynen
Soon, de Heer Rykiof Van Goens , de
Jongc j hier ajs Landvoogd ycrvangen.
Om nu nog betcr kennis van Ceylon
te ikrygen, zoo is dit volgende Extract
van de Befchryving v a n ’t zelvc dooy
,dcn Ouden Heer van Goens j in dit zelve
jaar aan haar Hoog-Edelhcden op ^Batavia
(by ons hier en daar $ wat vcrkort)
Van vecl opmerking , alzo men daar in
yeel Zaaken ontmoet, die ons tot nog
toe nict voorgekomen zyn.
E X T R A C T uyt de
Befchryving vap den Staat
efi Gelegenheid Van het Eyland
.Ceylon, de Landen van
Madure, Ziiyder-Choroman-
del, Malabar, en Canara, op-
gefteld door Rykiof van Goens,
Ordinaris Raad van Indien,
otn te dienen tot Rapport en
Ontlaffing vyner jongfte Su-
perintendentie over de ge-
ftielde Quartieren , ep oyer-
geleverd aan den Ed. Heer
Joan Maatfuyker, Gouverneur
Generaal, en de Ed Ed. Heeren
Raaden van India ( met
zyn A dvys, hoe deze Landen
tot groat Voordeei ¿er
E. Maatic happy zpudep können
beflierd vsrerden.
fcdeU Hooggetfedende I I E t. R , tr.
tioog-Agtbare H e e r e n :
IK ial geen ciprlyken §tyl jiqg Wel- Conftiii
forekenheid, gplyk we l’t beflag v a n ratien
dit Wetk.verejfchtjgebrpikenialzR m y g “/ “
dif kpnni.s dptbretkt j piaar na W^ar- Heer van
heid en uyt den grond rpyns Hcpen j'G o en s
dat f l Ed. Ed. bpit behaagen a j l. alles ..
vöordraagen. ' ' '
Het Eyland Ceylon ttaät j in ’t Gcne-tembeii
raal aangemerkt, zoo wel j als wy h etIlS'S'
na. de gelegenheid der tyden zouderi
können wentchen j maar ook bezwaard
met een byzonder grefote Zorge, Om ’t
in .dien itaat te houden, en ¿ülkeVrüg-
ten,waar op het beftaan kanj te ver-
beteren.
i l c t is dp zyn langte Van ’t Z. ha ’tneszelfi
N; y y . , en op zyn breedte 36 duyt-sroote; -
fche mylen, en binnen zynen dmkring
i)iet mepr dan i4öduytfelie mylen, tc
rekenen j van de Noördelykite Punt
aan de W . kant des EylandSj 7 mylen
beneorden Man-Aar $ Calmoncgeiiaamd,'
makcn.de ^le Noordelykfte en Weftclyk-
ftß hock der Wannize Landen,en yer-
volgens na ’t Z. j längs den zoom der
Zee binnen ’t Eyland Calpcötyn , tot
Colombo, Galc, en vervolgcns weet
voorby Baticalo, Tricoenmale ^ en Pas-
ieco, tot weer op den höek van Cal-
mone toe 5 alzo dit Land op zyn
breedfte niet meer als 30 mylen dwars
over (of van ’t Ooft , na ’t W . , van
Aroekgamme, anders Apfetotte, in de
Provintie van Panoa, tot Colombo toe)
en van Cotjaar tot tegen over het N.
eyndc van Calpcntyn van ’t O. ha *c
W . , niet meer dan 18 mylen, eyndi-
gende N . waard na ’t Landcken van
Jaifa-
V' ä k C fe
A. 167j.Jaffanapatnam , o f ’t binnen Lak (dat
Jaffanapatnam tot een byzonder Eyland
maakt) daar dit Lahdffehap naeuwelyks
van de Ö. tot de W . kant des Eyländs
toe 7 mylen wya is; zülks; op ’tnaeu-
ile genomen, Ceylon (als men Jaffana-
patnam voor een byzonder Eyland reitend)
niet meer dan 1218 vi'erkante
duytfche mylen begrypt.
Het hoog Gebergte vslh Balane; bf
Adams Piek, Noordwaards; züllen wy
hier op z i mylen in de lengte nemen ,
ilrykende längs de zeven Coiles tot Ma-
tale toe 3 en in de breedte väri Adams
P-iek längs de Cäduwatti Corle Ooft-
waard tot aaii de Grenfen der läge Länden
väh Panoa 3 insgelykb 13 mylen in
de Breedte, en vari daat weer N . wäard
längs de Grenfen der riooge Landen
van Kandücarre, Paffere ; Bintene ; en
Panfioüpätoü , in de lengte 22 inyien,
en van daar weer Weit- waard töt ’t
Land van Matale irikluis nog i 3 mylen ;
zynde dus een ftreek Land van 22 mylen
iii de lengte, en 13 in de breedte
(daar in alle de hooge Landen van ’t
feheel Eyland rykelyk bepaald Zyn)
rengendc üyt i j 6 vierkantc duytfche
mylen; ’t welk alle läge en meeft vlak-
ke Landen zyn 5 welke hier bndet Hader
befchreven werden.
i5e ¿0- ^ an Boven - Lahdbii hebbeii Wy
ven- geen ändrb kennis ; dan die ik uyt de
Landen; Rapporten van apdre , en diverze j zo
väh ons eygen vblk ; als van de Gelabt-
weerdigfli? In^bon^ers der Baven-Landen
; en wel byzond?Don Joan r van ödvibdrnbile.^ de Cofta, Modliar van Nlgoiii-
b o , Louis de Andrado; en andren, met
zorgväldighbid heb kbnrien verneihen,
alle te zahlen van ’s Compagnies ge-
trouwfle en ervareh(le Hoofden over de
IGnölfatänders; onder welke Don Jodh, dq itteeft uytmunt , alzb die ,’t heel
jEyland zo dbbrkroopen heeft, dät ’er
bybä geen Dorp tc vindefi zy ^ däar hy
niet geweeft is; en göede reden vah wecu
tegeven; behalvetl dat hy. ook b.y.de.Inländers
Zelfs voor de Crvarenfte Hekend
ftaat 3 en ; zelf by- die hem benyden j
Voor een man 3 die de waarheid (200 ’c
zyn Beurs niet raakt) bemind; weshal-
vert wy hifet in meeft op zyne Getliy-
geniS ons züllen grönden.
De Hobge en Zeer Bergagtige Lahnen
Väh Ceylon Zyn %&ei’ vrügthaäi; van
Menfchen 3 Vee 3 en allerley Vrügten.;
tot vbcdzel noodig , doorwatetd m,et
een oneindig getaT väri Ri vieren 3 die
zeer beider van Water zyn;en over een
Öriftalyne grond vlietcn ; onder/ welke
veel Bronnen zyn 3 däar zuÜ£ Eil-
koiid water uytborreld, dat cenige ,z ig
daar in wälende wasfehen, van de K.ou-
L O N: ioy
de geftorven zyn ; eer zy ’er konden^* tàì*
uytkomcrt.
Öp z byzondre plaatzen' Zyn ook
warme Baden, en nog 2 andre 3 die zuür
en Swavelägtig zyn.
Ook Zyn deze Bergen yol Yzer-my-Yzeren
neh ; eri ih grooten overvloed , als me--KoPer*.
de Rbpermynen (zo Ambambile zegt) inmynèd;
’t Làndfehap beva en Bintene; dögdoor
Rajds voorvaderen gedempt ; en waar
op ook die Dempers äanftonds door zyn
läft vermobrd zyn ; gelyk nu niemand;
op ftraffe des doods, in de Boven-Landen
gräyen mag-; een Wet 3 die wy in de
laageLanden ihede tot ons voordeei nemen;
in welke nii ook niemand Graven
dürft 3 en d^t nergens gefchieden kan 3
zbnder äanftonds openbäar te werden.
Meri heeft hier goede Robyncn, en Geflè^ì-
Saffieren, Zo witte als blaeuwe, Catten- ten hier'
oogbn en meer andere Gefteenten., die val^n^
meri zeeker weet 3 dät in dit Gebergte;
en in de Rivieren, door de Landen van
Bintene looperide; gevbnden werden,
alzo de grond in die Rivieren op veel
plaatzen doör den overvloed van ltlaar
blinkend Gefteente (waar onder Roby-
nen gevondeh werden) rood is. Èn inag
zig obk niemand oit in die Riveren Baden,
o f van de grond iets ophaalen , al
mede op ftrafife des doods , al ’t welkö
door de Cingäleefeh zeer fuperfticieus
opgevölgd werd. ,
Van de yerdre Minbraalen , ih dizGe- £n
bergte vällende 3 vah weinig te zeggen, Minern-
dfoor gebrek van önderzoek,j dbg w y len-
zelfs hebbea ’er obk Potlbod eri gemeen
Lbodgevondeh, waar liyt Bergkundigesi
vaftftellen ; dat ’èr öök Quikzilver moec
Zyn 3 waar äf het Pbtlböd het bpwerp-
zel is 3 of de adòrèh daär van üytriiaakt.
Obk oordeeld inen ; dät in die Jaäge •
Landen , daar ’t Potlood gevondeh is;
zich grbotet Meinen Züllen opdoen, zo
dat het noodig. fchynd dit j orix’t Quik-
zilvèr ; nader tc ondèrzoeken; alzò dät
als het Blbed dfer Mineralen., èri éecl
voorbode vän ryker Mineraal is.
De Verdeeling dézèr Hobge Landeri
is velerley 5 dog wy zullen, die beginnen
in ’t Ooit Vän (Colomboyèn vari dè
Eortrés Nigüinbo 3 üyt hèt Gebergte
van Baläne 3 zynde de gèreèdfee W e g ;
otri uyt de 4 , -3 , en 7 Corles nä bandi;
eri vän däar weer te rüg tè reyzen;
om, dät alle de wegen üyt de voorfz.
Corles in deze Klliyzen van Balane , of
in dit voörgebergte; als in een Piinä tè
zarrien k omeri.
jyièn ziet hier op deze Pas nog ’t o-
vetblyfzel väa eèn oüd- vierkänt Portü-
gèes Fort 3 waar friedè zy aari de W .
kant, des Eylands allò dè läge Landen
van ’t Hoog gebergte van. Gaüdi afflo-
C c 3 tau,