
Kuft ver-den 8 a p Oktober opgehouden werden,
trekken alzoo men, na die tyd, hier zwäre llor-
raoeten. mcn Uyt ¿ en Ooften en N.
Ooften te wagten, en dan ook een lager
wal heeft, daar men ’ c anders in een
|VIaand van hier na Batavia zeylen kan.
Van de * Na den io. Oöfcober komen hier geen
jaar Say- fchepen meer, als by buytch-gemecne en
zoenen. onverwagte voorvallen, dat dan de Heer
Landvöogd alhier niet te verantwoorden
heeft, maar wcl die gene, die de zelve
zoo laat derwaards zenden, wannecr de
fchepen door de Noorde-winden niet
meer van de Zuyd op können komen, en
voor ’t fterk aanbranden der Zee op deze
ftranden bloot ilaan, waar door men dan
ook geen goederen loflen nog laden kan,
die droog oehoorden te blyven, waarom
haar Edelheden ook verbieden geen fchepen
hier na den 7 a 8 O£tober te houden.
Dus ziet men dan, dat in deze maand
’t werk te dezer Kuft voor z a 3 maan-
den volvoert is, naverloop van welke’er
weer een nieuwe aanbefteding in Januari
(wanneer ’t hier weer moy weder is) van
wegen de E. Maatfchappy gedaan werd.
Van Maart tot O&ober heeft men hier
het Zuyd-wcfter-of het drooge, en van
Oftober tot Maart het Noord-Oofter
MoefTon ofte Sayfoen, daar van men op
de Kuft van Malabar het recht tegendeel
z ie t , alzoo mcn daar van April tot September
o f Oftober het Regcn-MoefTon,
en van September a f Oftober tot April
o f Mey het drooge Sayzoen heeft.
Als ’t Sayzoen in Februari en Maart betind
aftenemen, heeft men tot Septem-
er o f Oftober het RegenmoefTon,en van
September o f Oftober tot April of. Mey
het drooge Sayfoen, en dan zyn de
Land-winden uyt den Zuyd-wcftcn in
’ t eerfle zeer flap, alzoo, dat ’s morgens
ten negen uuren de Zee-wind
al Ooft begina te waejen, die eyndelyk
van een Noord-Ooflen wind in eenOos-
tclyken Zee-wind veranderd, en zoo tot
half April aanhoud, terwyl die aan de
wa l, omde Landwinden,* die de wind
's avonds in *t Zuyd-Ooften, en ’t Zuy-
den, trekt, allenskens verflapt, zoo dat
de Oofte winden, zoo wcl in Ze e , als
ontrent de w a l, in ’t laatft van April gedaan
hebben, waar na dan de wind veel
ruymer en fterker van ’t weften by nacht,
en Zuyd Züyd-Ooft, en Zuyd-Ooft by
dag, begind door te waejen, waar door
*t dan onmogelyk is , om te können
opftoppen 3 dog in ’t laatft van Mey, o f
in *t begin van Juni, loopt de wind al
landelyk tot Weft-Zuyd-weft to e , daar
de Zee-wind danbydagZuyd-Zuyd-ooft
is , waar mede men, als de meefte kragt
van de ftroom in’t begin van dit MoefTon
wat aangeperft is , genoeg opftoppen
kan, alzoo men altyd met de Land-wind
dan van de wal kan loopen, en met de
Zee-wind ’ er na r.oe komen j dog men
moet zig niet te verre in Z e e , buytende
ankergrond , begeven , aizoo men , op
a 40 vadem gerakende, de ftroom ’t
fchip zoodanig vatcen en vervoeren zal,
dat men het in z a 3 dagen niet weer zal
können te boven komen 3 behalven dat
men, als de Landwinden in Juni en Juli
fterk doorwaejen, ook alle dag geen
Zee-wind krygt. OndertufTchen trekt de
wind gemeenely k ’s avonds 11a ’t Zuyden,
waar mede men (al deed men fchaae) de
wal moet zien te krygen. Dezeftcrkeen
aanhoudende land-winden komen zora-
tyds in ’t eerfte van Mey, Juni, en Juli
hier, daar na van tyd tot tyd verflap-
pende, waar na zig de Zee-wind weer
voelen doet;
T o t Mazulipatam waejen deze heete
winden Noord-weftelyk, waar medeie-
mand na Palleacattaopftoppen kan, hoe-
wel ’t R i f o f de hoek van Mekka hier
ontrent 'c moejelykft is, daar mefl wel
7 a 8 dagen zukkelen kan, om dat de
ftroom uyt de bogt daar fterk op aan-
dringd, en ’t daar fchielyk dieper word ,
waar door men belet werdnazynefchyn-
bare gedagten met een Zuyden-gang
eenig voordeel te doen, om dat de ftroom
het fchip op dezydevat, enna’t Ooften
afdryven doet. Ook raakt men, zyn an-
ker-grond vcrliezende, ook in gevaar
van Mazulipatam weer te können bezey-
len, weshalven mcn zyn beft doen moet,
-om onder de wal op 6 vadem op te komen
, tpt dat men in de bogt is, waar
na men längs de Kuft opftappen kan 3
hoewel die gene, die voor de wind a f
van Palleacatta na Mazulipatam komen ,
hec gewoon zyn in de bogt van Petapoe*
li te houden, om door de Weftelyke
winden niet verdreven te werden, te
meer, alzoo zy zoo dicht op de 6 vadem
den hoek moeten omzeylen: want anders
laten de weile winden niet toe, om
deRheede van Mazulipatam tebereyken.
Maar die in Februari van Palleacatta
na die voornoemde Rbeede willen, zullen
beft doen met het Zcewaard over te
houden, om binnendien hoek niet te ver-
vallen, daar men met de Oofte-winden
(die dan doorwaejen) nietopkomenkan.
Even zoe> o ok , die in Februari van de
Noord na Palleacatta komt, moet het
mede ’t Zeewaard over met de Oofte-
winden houden, en in September, als
op den z6. dito ’t laatfte fchip na Mazulipatam
gezonden werd y kan men onder
wegen de N . Oofte winftenontmoeten,
hoewel dat ook wel ontfehieten kan , om
dat het Zuydwefter MoefTon-wcl tot den
8 a 10. O ftob er, en zpmtyds' nog wel
KE
heeit.
langer, doorwaeyd, hoewel ’t Noord-
Oolter Moeflon ook wel den z6 a 28.
September al begind.
Wanneer men nu befpeurd , dat de
wind na ’t Zuyd-weften draeyd ,
moet men de bogt zoeken te krygen.3
dog zoo men ziet, dat de wind na ’t N .
Ooften o f na ’t Ooften fchiet (dat men
gemeenelyk ’s morgens aan den gezigt-
eynder, daar zig dan eenige witte wolk-
jens vertoonen, zeer licht zien kan) dan
moet men het ’t Zeewaard over houden,
om niet in de bogt te geräken, alzoo
men anders zeer licht daar een langen tyd
zou können te vergeefs doorbrenge,en dan
nog wel genoodzaakt werde, om naPallea-
catta (of N agapatam nu) weder te keeren
dr^ten bier ook geruft en zeker te vaaren,
mcn hlie" ^loet men wel op de droogten en Klip-
temydenpen, hier längs de wal leggende, en die
men dicrhalven voorzigtig te myden
heeft, letten.
Die van Ceylon komen, na dat zy voor
by de Bafci’s geraakt zyn, moeten, wanneer
zy voorby ßaticalozeylen, wel toe-
zien , dat zy ontrent Rio Deferte tot
Mullewale, o f Pafla Selcka, de~wal my-
den,en die even buy ten het gezicht houde.
totdat men gift voorby die aroogte te zyn
Men zou,des noods, wel binnen door
können komen, maar men moet geen
gröotc fchepen daar aan wagen, en daarom
is ’t Zekerder, dat die Pun&o dasPedras
bezeylen 3 dog van pun£to das Pedrastot
Nagapatam mag het nog minder quaad,
als men maar op ’t R i f van Kaljemeer,
alwaar men een Pagode aan landontdekt,
verdagt is, hoewel de vlakte, die zieh
daar vertoond, al mede tot waarfchou-
wing dienen kan, waarom men dan dit
Land, om de gemelde weftelyke winden
, hoog aan boord zeyld, uyt vreeze,
dat mcn anders de wal van Nagapatam
niet zeker krygen zou 3 dog hier van daan
nu verder om de Noord körnende, ont-
moet men alleen hec R i f van Kolderon,
dat wel een halve Myl in Zee ftrekt.
Van Tegenepatam tot aan Sadranga-
patam is ’t zjiyver ; dog, van daar na Palleacatta
gaande, is men gewoon de zeven
komt, om met groote fchepen *t Zee-
R if dan buy ten om te loopen, hoewel
men, daar wel verkend zynde, ook wel
binnen door geräken kan, als men het
Land-Rif maar wel myd, dat zeer kort
opdroogd, en daar ’t gemeenelyk fterk
op aanbrand. Als mcn dat Zce-Rif op 6
a 7 vadem water heeft, houd men na
’t N . weften op Stek grond maar regt
op de Pagood van Karengala aan, alwaar
Pagoden, die z ig , als men van de Zuyd
komt, als een bezaan, die in ’t water
ftaat, vertoonen, te myden 3 houdende
een \ Myl op 6 vadem water van de wal.
Incjien men de Inlanders gelooven mag,
zou dit voor dezen aan ’t Land vaft
geweeft zyn.
Van daar loopt men, om de klippige
gronden , die daar eenige droogten ge-
ven, dicht längs de wal, en längs gemel-
de diepte, waar na de wal tot by Mcn-
sjoer, fchoon is , alwaar men een bofeh
z ie t ,.’t tafeltje van Mensjoer genaamd,
daar men maar tot op.p vadem waten
men binnen körnende weer dieper
water krygt, en verder op-längs de wal
heeft men op 7 a 8 vadem, tot aan de
Rhcede, niet dan Stek-grond3 dog die
buy ten om loopen, hebben nergensvoor
te vreezen, en können over het R i f op
de Rhecde komen, alzoo zy daar op zyn
minft 6 en y j vadem water zullen hebben
3 dog zy moeten maken, dat zy de
vlagge-ftok van de Vefting W e il, en
Weit ten Noorden, o f dat zy ’t groot
gebergte (daar *t Zuyd-eynde een groote
klovc heeft) W e il Noord W eil van hen
hebben, en dan kan men het zelf met
fchepen, die 20 voetdiep, en nog dieper
gaan, doen, te meer, alzoo’t R i f daar
efFen is, en hoe langer hoe dieper werd.
Egterkanmen, zekerheyds halven, wel
wat lager afloopen, en dan kan men,
buyten alle vrees, met een Zuyd-wefler
koers de Rheedc zeer gemaklcelyk op 8
vadem waters bezeylen 3 hoewel men dan,
om de voornoemde weftelyke winden,
zomtyds ook wcl wat langer zukkelen
kan.
Van Palleacatta tot Arriamagon, o f
Armagon, 14 mylen benoorden Palleacatta,
is ’t 10 Mylen verre meeft over al
fchoon, uytgenomen dat men onder de
wal by Sekrecoeri een kleen Rifje
heeft.
Het R i f van Arriamagon zelf ftrekt
zieh wel 8 Mylen verre uyt ,dogmenbe-
hoefd dat nergens, dan aandeZuyd-zyde
Myl voor Arriamagon, te myden, en
anders kan men dit met matig groote
fchepen over al op 7 a 6 vadem buyten
gevaar öp een goede grond bezeylen 3
maar Zoo men ruflchen het Land en ’t
R if van Sekrecoeri door w i l, moet
men de wal na by op 6 vadem houden^
daar men dan zeer wel over geräken,
doch het wat onefFcn van grond bevin-
den zal 3 doch,: zoo iemand niet noodza-
kelyk op Arriamagon wezen moet, moet
men op 8 vadem maar buyten omloopen,
om na de wal van Kiftnapatam (wel cer
Caliatoer genaamd) te Stevcnen.
In de bocht voor Gondegambo leggen
twee klippen boven water , en Ooll ten
N oorden, o f Ooft- N oord-Ooft van Car-
rera (zoo men in die bogt icts te doen
had) legt een groote Sandplaat, waar
op y a d vadem water is', waar voor men
geen