
¿ 0 B E S C H R Y V I N C E v a n
in Nangafacki gekomen zynde, endoor | Landfchap Ochio geweeft wares, endie
een Tolk vernomen hebbende, dat ’er j den grooten inbogt Zattogamma (die N .
t o e n H o l l ä n d e r s o p D e c im ä z i c h o n t h i e l -
d e n , d i e i n n i e u w N e d e r h n d g e h ö r e n
w a r e n , h e e f t y e r f e h e i d e m a a l e n m e t d e z e
ö p z e b e d i p n d e h a l d a a r o v e r d i t l a n d , d a t
o p 4 0 g r a a d e n N . b r e e d t e m e d e l e g t , g e -
f p r o k e n , e n r ia d e g e d a a n t e , a a r d , e n z .
v a n d e z e A m e r i c a a n l e V o l k e r e n b y h e n
v e r n o m e n , o m t e z i e n , o f d i t b e r i c h t
r o e t z y n e b e v i n d i q g t e d i e r t y d o v e r
e e n q u a m , e n h o e w e l z y in a l k a n d
e r e n in a l l e n d e e l e n n i e t t e w e l v e r f t a a n
k o n d e n , q u a m e g t e r a l l e s h e t n a a f t e d a a r
o p u i t * d a t b y in e e n l a n d i n ’ t N . W .
t ü f l p h e n d e 4 0 e n y o g r a a d e n N . b r e e d t e
g e l e g e n * e n d e r h a l v e n z e e r w a a r f c h y n e -
l y k i n d a t v o o m o e m d e d e e l v a n A m e r i c
a , g e w e i f t W a s .
Qok ftelde hy vaft, $at, alzoo het
land van daar nog al N . weftwaards
fcbeen te ftrekken, en vermits het land
van Jeffo benoorden Japan (voorzoo verre
bekend is) doorgaans meeftN.ooftwaatd
henen loopt, gemelde twee küften om
deNoord of zeer na by den anderen leggen,
of wel geheel aan malkanderen vaft
zyn , welk laatfte zeer waarfchynelyk,
en wel zoo aannemelyk is, dan dat het
land van Jeffo aan Tartaryen grenfen
zou.
Vermitsnu die Schipper al in ’tjaar 1686
overledenwas, en zedert niemand buitens
lands vaaren mögt, heeft men na dien
tyd 00k geennader bericht daar over können
krygen.
N u is dan de vrage, of het groot land
van Japan een vafte wal , aan ’t land
van Jeflb vaft-gehecht , dan of het een
Eiland is.
De mcefte Schryvers ft eilen vaft, zig
t GröotöP ^ zeggeii van de Heer Frahfois Ca-
Land vanfo», als een man van groote ervatenjieid
Japan is in. de Japanfche zaaken, verlatende, dat
Japan aan ’tlaqd van Jeflb vaft is 5 maar
hy een naauwkeuriger en later onderzoek,
200, by de Japgnders, als by die vanonze
Natie aldaar, heeft men van de zelve,
zoo iiit *t bericht der Japanders* als uit
zeer klare blykcn, aan de onzen üit de
Kaarten der Japanders vertoond, eenpa-
rig vernomen, en jniddag-klaar orider-
vonden, dat het groot land van Japan
een, Eiland , en dat het aan ’t land van
Jeflb geenzins vaft is, het geen hedens-
Ehnict daags by alle Jspanders voot een onbe-
aa'n jeflo twiftelyke zaak, die geen onderzoek of
vaft. bewys meer vannooden heeft jgehoüdcn,
eli tegen alle, die dit willen wederfpre-
ken, önverzettelyk % en eenparigftaande
gehouden werd.
Dit is aan de onze niet' alleen menig-
maal door de Japanders verzeekerd 3 maar
pok door zulkc lieden onder hen gie-
ftaafd, die zelf als oog-getuigen in het
een Ei*
1 land.
Weftwaard na Tfungaar* •©£ N. Ooft-
waard na Thayafacki, de üiterfte grenzen
aan weerzyden van dezen inbogt,
loopt) zelf befchou-wd, ■ en toen opder»
vonden hadden, dat men van Tfungaar.
40 mylen N. aan, tot het land van Jeflb
vaart, zonder dat men daar eenige za-
men-hegting van de eene wal met de andre,
maar wel een ftraat, die 10 a 11
mylen breed is, ontmoet.
Van Tfungaar, of Thayafacki nu (na >tQee^
dat de winden en ftroomen loopen, die bnS(j00j.
naauwkeurig, ieder öp zyn tyd* waar-de J^an-
genomen mocten werden) na ’t lünd vanderseen-
Jeflo oyergeftoken zynde *. hadden zy 00k Parig ’ cn
een betetting, of een wacht van den Kei- getuige^j
Zer op Matzumay (’t ländfehap j daar men venekerd
op Jeflb eerft aankbmt) gevonden,diezyts.
00k zeiden van deti Keizer daar alleen gelegt
te zyn , om van die kant volkomen
zeker te wezen, en om altyd een net be-
rigt te hebben, wie van zyne onderdaa-
nen zieh na ’t land van Jeflb körnt te be-^
geven, of wie va» daar o p ’t groot Eiland
van Japan zou . mögen overko-
men.
Zy konden 00k niet befpeureri , dat
Zyn Majefteit eenig verder bezit van
die lapdeh tragtte te nemen, of genegen
was dit land verder onjdekt te hebben^'
älzoo hem alle buuren van die kant maar
nadeel en moeite konden toebrengen,
daar hy nu in een diepe ruft van diezyde
waSi
Zy Iiadden öp ieder plaats 00k, daar
zy aangekomen waren, een ordentelyk
Poft-huis ge vonden, van welke by- dag
en.by nacht lbopers, paarden, dragers^
en alles: Wa? ’er tot diergelyken togt ver-
erfcht werd, afgeZonden , gelyk diedaar
hy oök altyd gereed gevonden wierden,
om alle reizigers, van ’s Keizets wegen-
daar körnende (dat dagelyks daar voor-,
valt) aanftonds vooirt te helpen.
Alledeze Poft-loopbrs hebben 00k ken-
bare rokken aan* ieder met het wapett
van %yhen Landheer gemerkt * en niemand,
heeft magt, om de zelve, met
Keizerlyke brieven Voorzienzynde, maar ’
een OQgenblik op te houden.
Ik moet hier uit dan dit vaft beilhit
opmaken, dat, vermits de Japanders, die
dit met hunne oogeri meer dan eens be-
fchouwd hebben , hier aan in ’t aller-
minfte niet twyftelen, maar ons daar af
verzekeren, bok wy dan daar aan niet
meer.behooren te twyffelem
Dat dit zoo is, zien wy oök klaar uit Najer
een byzohdre Kaart, die ons van zekerrjgtvan
goed vriend bygezec, eiidoör ons in deze jeffo.
Kaart ingelaft is, waar- in zig de N-. hock '
van Japan op 41 a 4Zgraaden N . breedte,
en höt land van Jeffo, tuffchen de 4Z er^.
4 J>
; a #
4? 5 ¿Qt de^p graadentoebenQordenden
zelven, als een iand , van Japan , geheel
cn al afgefcheideq, veitoond.
.Men ziet in die Kaart Matzimay :aan
ide O. kant van Jeilb jjj een groote Baay
die wej j mylen Z; cn ö , geitrektkng is,
op 4 j graaden leggen, en aan des zelfs^
l«.nt ziet m?n Seracatti, alwaar zieh*
ben dikke, hoek, die. I -myl breed ,en - t
laD£> is,, .en.bezuiden de zelv,e weer
een Baay, dip voor aan na de "W. kant
hy na 4 en agtei.^an maar.? myl wydis„ 1
wehters Z. W. Iioek wel.z.mylen lang , !
cn.in ’t midden en agter vopr al i.groo- ‘
Xe .myl enjp ’t Z. W. voor.aanpas i myl
breed is,, alwaar inen vlak in ’t ''L. W .
cn.beweftph dien hoek Qef&eyra1
aan.de N.„kant van een grodte Baay^die \
wel z\ myl lang, meeftdooxgaansimyi, |
d-Qg^voqr aap in,.’tZ . W. weLz^mylen |
hreed iis, en tneeft Z. W. endSf,. Gi.'ge- i
‘itrekt legt, vernegmcL» .waar na iheh Z:
aan een dikkei? hoeky die .wel i i mylen
preed eil 2. .groote mylen lang .is, om-
gaat* daar mehevenbezuiden Eur.on lpg-
jgep ziet. Van dezen hoek af Jocipt de
Wal na lg D.. wel 4 mylen uit,, buigende
daar 06k allengskepsmet'een.flaauWebQgt
wel van i mylen N. aan, of pa hiimen,
alwaar men 1 groote myl van EuronPo-
j^pits , i myl ooitelyker ombyts, ennog
x | inyl verder den Z. O. hoek -van Jefio
of Eip, anders .<paap Ea:oen.genaamd,en
die wel i myl Ö. cn W. lang is, endan
de wal weer na ’t N. O. Indraajen en
kwaar gebergte benoordeh dien hoek^ eh
1 i myl ten N- 0 . van den zelve Erpen ,
gelyk men wat -verder na ’t N . O. een
Baayken met een .Rie.vier ’er beooften,
eh Wat verder noch een Ricvicr by een
hoek , Cabbeljaauwsrhoek gpnaaind ,
Zynde j myl breed, en dan wat lapd-
waard in den blaauwcn berg, en aan ftränd,
fcen-N. O. yan dien, hoek weer een Rie-
yier, en ten N. Qf van de zdve Tacap-
iy , en wat verder Sivarka leggen heeft',
by gen fpialle Baay, en een flnallen hoek,
die: weer ggn groote Baay (de Baay der
goede hope genaaihd) en nog eengroptg
binnen Baay N. O. aan maakt, en daar
men eenichoone ankerplaats. en 2 Rie-
vieren, een na *t W. na ’tO.ipZcelop-r j
pende, ep een vap ’t l}i. O. afkomendei j
gelyk men öok in die binnen-baay 3 a 4
Eilandckens leggen heeft.
Ten Ö. van de Baay der goede hopp
vertoond zieh een dikke hoek- , die . wel
I myl. breed, ep wel ruim zoo tyng is,
pa ’t ,W. Z. W.geftrekt, welkerszuide-
lykfte hoek Kaap Maatzuikgr genaamd
werd;, ten'N. Q, .vap welke meP Land?
waard in yeei zwäre fneeiüw-bergen ziet,
gelyk men z a 3 mylen ten N. yapKaap
Maatzuikpr; (yan waar het Land vap Jeflb
met een ftrpok lands, die wel z a j ,my-
A M . . M i
len , en ip ’t weilen noch- vry.breeder is,
. wel ter lengtc van 1 1 6 mylen O.M.Q;
üitftrekt) Bätavia’sbergook leggenheeft.
. Van Kaap Maatzuiker z.mylen.N.O.
aan, Jcomt menhy cen.fmallen Z.hoek
beooijten welke de groote drie Koningeq-
®aay met een Eiknd van dien naam in t
midden der zelve, die een groote myl
breed ph öok zoo lang is, heeft, daar de
' Wal. weer wat na ’t N . O. inkrimpt, en
beopftpn den O. hoek van die Baay weer
een kleen Baayken maakt, ten ¡L. vaii
welkers O. Aoiek i myl buiten de wal
Barbara?s Eilandie legt.
I'Tog verder O . aan heeft men eeh k\c&-
•ne.'ßaay met een Rieyierin ’tmiddaider
zelyp, en hy de zelve de PieÖc Tamary
^ ß en5 na welke zieh een dikke hoek
vertppnd.met een klecp rif ?er voor, be-
weflpn welke men ook ankergronden^
en ten Z. .0 . van de<ze),ve y gebrokene
Eiländeh heeft, en dan ontmoet men be-
ooftep difin.hoek'een groote Baay die Q«
en Mh 'wöl 1 »myl lang , en ontrent x
n^yl dtöp. is , in ’t midden van welkemert
een Eilapdeken, gelyk men wat Z. 00-
ftelyker ’£ Walviich-Eiland, inet noch
een kleen Eilapdeken ten N. Ö. van ’t
zelve leggen heeft. , ; . :.
Nadie.groQte Baay, tegen over welke
aan de N . kant van deze,. ftröok lands
(daar dit la'ftdje wat verfmald, gelyk hep
na de ,,N. Q. hoek weer merkelyk wej
ter leigte van z mylen aan weerzyden
wat uitloopepdej, verbreed) Matia’s berg,
en watoöftpjyker Äntohis;piekiegt,yol@:
een dikke Z. Ö. hoek die wel i myl breed
is.,: en in hi b l. O: wat inet een kprte
punt pitfleekt , daar men ^an ’t cipde van
dezeErook Lands van,Jeffo,, cp verder
N . aan een Kanaal de, Pi|:o^ een zwarc
berg längs dezen hoek (die daar meer als
z mylfen breed is) leggen, m ’t midden
van welke Straat of Kanaal een. rif, dat
zig N. O. wel myl yerre uitileekt, en
ten N* W.,-van -t zelve hqt voffen Eiland
, d^r. oök anker-grond ;is;, leggen
heeft. .
,Eer \yy nu verder N. Ö. aan het Staar
tenrLand helchryyen,- zullen wy dezen
•;N. Q ' hock van Jeflo pm deze wal W.
aan .noch eerft te vervplgen, die dän längs
diepfinallen ftrook lands hier weer W . aan
optrent f mylen henen , by na tegen
over Kaap MaatZuikcr in .’t Z .:loopende,
van vdaar een zeer groote -Baay van ’t
Z. na ’t. hJ. maakt, die in de mond van
daar tot Kaap Anima an ’t N. ruim f
mylen wyd is, dpg als men dan W. op
nog 1 groote myl gaat, werd zy,nadat
men een flaauwe bogt gepafleerd is, vari
hier pa ’t N. töe wel 8, a 10 mylen, (alzoo
ze na de 8 mylen, in ’t N. dan ver-
fmald) N . en Z. lang, gelyk zy wel 3?
mylen breed is, hebbende in de Noorder
C 3 hin»