
i o 4 B Y Z O N D E R E
A iöez. ^ Deze gefneedene Beeiden waren in
Silvere vergulde Kleederen uytgedoft,
en hadden aag en nagt brandende Lampen
en Wafch-keersîen by zieh, ftaande
op Alraaren, waar op groote Kandelaàvs
waren , die van naakte gefnedene Kin-
deren gehouden wierden. Ider uur quamen
die Monniken in die Kapellen hun
ebeden , en Getyden lcezcn. Ook'
zag hy hen daar hunne Feeften vieren,
en Ommegangen längs de Straat doen,
daar de Opperpriefter op een Olifant
z a t , met Zilver en Goud bekleed ,
een Goude Staf mec beide handen bo-
ven zyn hoofd vafthoudende. Voor hem
gingen veel andre Monniken in ordre,
met veel gefpeel van Hoorns, Trom-
petten , Cimbalen, en ’t geklank van
Bellen , en Bekkens , die aile een zeer
goed ackoord gaven. Veel Lampen en
\ i ° ï t: . w,er^en daar gedragen, ook
volgden hem veel Mànnen, Vrouwen,
en Dochters.
De fraeifte Dogters zyn gewoon,eer
die van den Ommegang uyt- o f in-gaan,
veel wonderlyke en künftige Danslln te
maken , zynde met haare halve boven-
lyvennaakt, en haare armen, handen,
r en ooreq, half met Goud en Gefteenten.
en aan t onderlyfmet fraeje Gcborduur-
de Kleederen verfierd.
v Deze Lieden zag men dagelyks in de
Kapellen der Pagoden Sombayen, en
met gevouwe handen boven ’t Hoofd
zieh ter aarde nederweVpen.
Zvnont- • ^*ntana vertrekkende, quam hy
haalon- in c Dorp van’s KeizersZoon, dat nog
derweeg,660 dag reizens van Candi was.
cn in Hier zond de Keizer zyn eigen Palan-
Candi. kyn (die zeer koftelyk en met Vergulr\
r^^eeC^eren toeSeruft was) met eenige
'Olifanten, waar na Spilbergen de andere
Palankyns, volk, &c. na Vintana weder
zond.
Alle uur zond de Vorft hem Volk
met levens-middelen, Vrugten, en Wyn,
van een Druif, die hy zelf in Candi had
doen planten , en die in zieh zelre zoo
goed was , als eenige Wyn in Portugal
gewasfchen.
Ontrent de Stad Candi by een Rivier
körnende , moeft Spilbergen ondertus-
ichen, van verfcheide Modeiiaars verzeld,
een uur vertoeven. Daar na zond de
Keizer hem den Opperften Modeliaar ,
f-mamel Dias, van welken wy bevorens
Ä gtdprooken hebben , benevens
c ortügcefen, die alle de ooren op-
getneden waren,en den Vorft dienden
fana/nW1 Van hcn zecr Statelyk ont-
ftngen , en met i 00o gewapende Sol-
daaten, met 8 vliegende Vaandels, den
Portugees ontnomen, na Candi gdeid
terwyl inen een groot geluid van veler-
Z A A K E N
bromnKn U'®Cn ’ a*01nme k°°rde uyt-A.
Zo Voerde men Spilbergen, voor by ’s
Keizers Paleis, tot aan' zyn verblyf-plaats,
en daar wierden veele Salvo’s , om hem
te verwelkomen , gefchoten. Hy had
Capitein jongcrheld van Vliffingcn by
z ig , en het drie Trompetters voor uyt
gaan van welke ’er een de Bande-rolle
of Pnnszen-Vlägdroeg, waar na
nem 4 andre Dienaars met een Zyde
opaanfche o f Portugeefche Viag al fiepende
yolgden , welke Viag hy aan
den Keizer fchonk, waar tegen hem de
Vorft een andre Viag , die l y ook van
ne Portugeezcn genomen had, vereer-
Na dat hy in zyne verblyf-plaats ge-'
komen was, vond hy alles zecr heerlyk,
niet op zyn Cingaiees } maar op zyn
Portugees gereed gemaakt. Ook bleef
Kmanuel Dias, met de verdre Portuee-
zen by hem , tot dat de Keizer hem ’s
namiddags 3 Peerden zond , met haare
oadels zeer wel toegeriift , op dat hy
u a.r mede z^u komen bezoeken.
daar op na dien Vorft met
eenige fraeje Gefdienken , 1 en wierd
zeer wel ontfangen , terwyl die zyne
Gefchenken op een Tapyt leggen lie t,
cn de zelve aan zynen Erf-Prins , en
rrmszes, vertoonde.
Don Jan, o f Fimala Darma Soeria, was
m het Wit gekleed , vertoonende uyt-
wendig met zyri gelaat alles, dat men
in een Grootmoedig Prins wenfehen kon.
Hy wandelde eenige reizen met Spil-
bergen in een groote Zaal henen en weder,
en gaf hem, na dat Zy over eenige
Zaken van Oewicht gefproken hadden,
verlofom weer nä zyne ruft-plaats te
vertrekken, om' daar, alzo hy vaftftcl-
den, dat hy zeer vermoeid was , eerft
wat uyt te ruften , en dan morgen na-
der met hem te ipreeken.
Voor Spilbergens vertrek dede hy z y ne
Speel-Lieden eens wakker.opfpeelen,
dat den Vorft groot genoegen gaf.
Daags er aan zond de Vorft hemHvbied
weder zyne Peerden, om by hem te ko -den Keimen.
Hy reed ’er na toe , en wierd,2erde
gelyk bevorens, zeer minnelyk ontfan-7iiend"
gen, en yorftelyk onthaald. S e n
De Keizer fprak met hem over den Pfins van
Handel van de Kanee!, en Peepcr; dog0ra"ic
eifchte daar zo veel voor , dat SpiibeP- w^rop
gen beit oordeelde , het liever op eenig die hem
ander gefprek met dien Vorft te d ra ei-^'S'-
jen. -’•■A ■ r“ d
Wanneer Spilbergen nu zyn afleheidPeper,
nemen wilde, vraagde de keizer,wat hy gn i-i-
daar voor geven wilde, waar op deZce-? ?1’ .
voogd antwoorde ,dat hy daar niet om
Peper o f Caneel, maar alleen gekomen
V A N C E Y
l6oa;was, om zyn Hoogheid desPrinszen van
Orangie’s beveelen uyt te voeren , en
deszelfs Vriendfchap en hulp , waar in
zyne Majefteit die ook tegen zyne Vy-
anden, de Portugeefen, van nooden mögt
hebben, aan te bieden.
Waarom De Keizer, dit hoorende, verhaalde
’er niet het aan alle zyne Grooten en Hovelin-
™aSer gen i die het met veel. genoegen aanna-
men. Ook nam de Vorft den Zeevoogd
in zyn armen, hief hem uyt genegenheid
van de grond op, en zeide: äl de Peper
en Caneel, die ik veerdig heb, is u gc-
fchonken j dog daar was in alles niet
boven de weerde van 3000 ponden
Vlaams. Hy veröntfchuldigde zig egter
hier over, zeggende dat zyne komft al-
daar zoo ichielyk , en dat hy. bevorens
noit op eenigen handel in Caneel o f Peper
gezet ¡ maar in tegcndeel gewoon
geweeft was alle de Caneel te laten ver-
woeften,en ’t íchillen daar van uytdruk-
kelyk te vcrbieden, om de Portugeefen,
zyne vyanden, alle aibreuk té doen y waar
uit men zeer ligt de reden waarom hy nu
niet beter voorzien was, begryypen kon.
Daar nu langer te blyven , was Spilbergen
mede niet gcraaden, vermits het
Pofter-Moeifon haaft zou beginnen door
te taften,en zy ter plaatze, daar zy ge-
ankérd laagen, een laager Wal hadden.
Candi Ondertuflchen toonde de Keizer, terbefchre
w yl daagelyks met den Zee- voogd
▼enten , over allerlei Zaaken fprak, hem Harnas-
fen, Morlions, en andere W apenen, die
Pagoo- ky den Portugees ontnomen had. Öok
den. wees hy hem zyne koftelyke Pagoden,
met mecr dan 4 o f yooo heerlyke ge-
fneede Beeiden, zommige zo hoog als
Mafien,.en waar toe fraeye Toiens van
zeer koftelyke Steen,konftig gewrogt,
met heerlyke vergulde Gewelven, gemaakt
waren, zodanig , dat de Cieraa-
den van deze Pagoden, in fraeibeid van
de Gebouwen , die der Roomfch-gezin-
de Kerken by na te boven gingen.
Na dat Spilbergen dit alles gezien had,
en by den Vorft te lug gekeerd was,
yraagde de Keizer, wat hem van zyne
Pagoden dacht, waar op hy zeide, dat
hy meer van levende menfehen , als van
doode beeiden, hield.
Ook vraagde hem de Vorft , o f wy
onze Kerken niet mede met de Beeiden
van Maria, Paulus , Petrus, en alle andre
Heiligen , gelyk de Portugeefen,
verzierden , en o f wy ook in Chriftus
geloofden.
Beriht Spilbergen gaf tot antwoord , dat wy
¿er*en^ ware Chrillenen, dog geen Rooms-ge-
aan°den z*nde 9 nog zulke , als de Portugee-
Kcizer zen, waren. Dat wy wel Kerken, maar
van onr met blooti? muuren, zonder eenige Beel-
Gods. den, hadden, en dat wy God, den Schep-
dienlh , V . D e e l .
L O N . í o ^
per van Hemel en Aarde, in onze her-A*
ten dienden.
De Keizer vraagde weer , of1 onze
God niet ilerven kon, waar op hemge-
toond zynde y dat geen fterflyk menlch
vf ^ ^on zyn > om aldus den
Vorft aan te wyzen, dat alle zyne Beeiden
in zyne Pagoden te vergeefs waren,
alzo zy maar geftorvene menfehen ver-
beeldden , vermanende hem niet op de
zelve , maar op God , te vertrouwen,
hoedanig hy , over verfcheide Saaken
van Godsdienft, met den Keizer verder
gefproken hebbende , zyn affcheid van
dien Vorll genomen heeft.
Daags ’er aan onthaalde de Vorft hem
met een heerlyk Gaft-maal, brengende
hem in een groote Zaal , met Tapyten
belegt , en van Spaanfche Stoelen en
een Tafel voorzien, waar op zieh alles
volgens de wyze der Chriftenen vertoonde.
Ook vereerde hy hem met e£n
deftig Mufycq , na de wyze van zyn
Land geichikt.
Daar op fchonk Spilbergen aan den Dien hy
Keizer de Beeltenis van den Prins Vande®ed"
Orangie , in ’t volle Hamas te peerd, S V rS i
zoodanig als hy by de Slag in Vlaande-vanO-
ren , den z. Ju li,A ° . iöco. afgebecldrangie
was , waar in hy zeer groot genoegen
had, te meer, als hem de ornftandighe-s^tvan
den van dezen Slag , en de verdere ge- onze
vaile .van onze Oorlogen met den K o -Landen
ning van Spanjen , door den Zeevoogdverhaald;
verhaiald waren.
In de f dagen, die Spilbergen by den Eere;
Keizer was , kon die Oorlogs-zugtige, hem
en Dappere Vorft zieh niet verzadigendo?rcJe
met alles, wat onze Landen betrof, van
den Zeevoogd te verneinen. Hy dede daan,'
ook de Beeltenis van den Prins van O- endes
rangie in de kamer, daar hy zig daage- zP^s.aaIV*
lyks onthield , hangen , en bragt d a a r „^ | ’ 1
na Spilbergen in. ’t vertrek der Keizer in-Kaicel
n e , daar zy met haare Rinderen', dentcbou~
Prins, en de Prinszes , alle op deChri-wen- -
ften-wyze gekleed, zat, een eere , die,
na de wyze van dit Land , ongemeen
groot was.
Hy bood ook de Heeren Staaten,en
zyn Prinszelyke Hoogheid aan , dat zy
in zyn Land , daar ’t hen geliefde , een
Cafteel konden bouwen, deze zeerkrag-
tige uytdrokjting’er by voegende: Ziet,
ik , myn Keizerin, Prins, en Prinszes,
zullen de Sternen, Kalk, en andre Bouni-
ftoffen , zoo de Heeren algemeene Staaten,
en den Prins een Pefiing in myn Land be-
geeren te Bouwen, op onze fchouderen dra-
gen.
Hy gaf aan Spilbergen ook verfcheide
Brjeven voor de Heeren Staaten, en denSpilbrr-
Prins van Orangie, makende den Zee-?c;;üue-
voogd zynen Gezant , om uyt zynen” ” ““
Q