Daar is ook een Liannah, o f Opper-
fchryver, van ’t Landfchap , die alle de
Brieven leeft , bewaard , aanteekening
van alles houd, dat na’t Hof gezonden
werd, en alle Brieven fchryft, zoo d,at
men hem als Opper-Geheimfchryver
des Keizers moet aanmerken.
Den Undia zameld ’s Keizers Geld in,
en brengt het als eenen klomp by een,
waar na hy in’t Cingalees ook de Klomp
genaamd werd.
Den Mognannah is Meter van al het
Koorn, op des Keizers Landen gewas-
fchen.
. Alle Vlekken o f Dorpen ftaan niet
onder den Deflave: want daar van zyn
bevryd alle Vlekken en Dorpen, die de
Tempelen der Afgoden , of der zelver
Priefters toekomen, alzoo hen dat regt
van de vooiige Vorflen al gefchonken
is 5 en ook Heilig nagekomen werd.
Ook zyn daar alle Dorpen en Vlekken
vry af , die de Keizer zyne Edcllicden
en fiedienden zelfs aanwyft, en ichenkt.
Över deze Landeryen fteld ider man zyn
eygen Bedienden.
Deze nu, en meer andre, zyn wel de
hoogße Bedienden van het R yk 5 maar
zy zyn in dien hoogen Staat de Elen-
digile, die men zig verbeelden kan, alzoo
hun levens maar van een enkelen
gril dezer Keizeren a f hangen, en die ’t
hoogft verheven,en ’t naaft by hem ge»
plaatft werden , f zyn ook gemeenelyk
de naafte aan hunnen val.
Magtdes 1 De grootfleMagt des Keizers, wan-
Keizers oeer hy zou willen Oorlogen, beltaat
omte daar in , dat hy zieh in ontoegankelyke
Oorlo- Boflehen ophoud, en dat zyn Land door
^cn* die menigvuldige Boflehen fterker is ,
dan men het met Vellingen zou können
maaken j en daarom heeft: hy by na ncr-
gens eenige Vellingen van belang*
Hy heeft ook hier en daar in de Engten
der Gebergte zwareDoornePoorten,
waar aan Doornen van 3 a4duimen lang
zyn,en zeer vee] uytgezette wagten op
aue Pollen, daar eenig Vyand hem zou
können naderen. Niemand mag zonder
Pas daar voorby , ’t welk in een
ftuk Kley , waar op ’s Keizers Zegel,
na iders Rang en Staat in gedrukt is,
beilaat.
Hy heeft ook wel een groot getal
Soldaaten, die by beurten ontrent zyn
Hof waken , en dan weer na ’t ftuk
Lands gaan, dat hen van d eVo rft, in
plaats van Bezolding, als een Erfgoed
gegeven is, en dat ook op der Zolda-
ten Kinderen overerft; alzo die mede
Soldaaten werden , gelyk doorgaans
alle Kinderen der Cingaleezen hun Va-
ders , ider in zyn Ambagt , vervan-
gen.
A l deze Soldaten moeten zieh zelven
bedropen , en van al het noodige op
dezen o f genen togt voorzien, zo dat
de Keizer geen laft ter Wercld van hen
heeft.
Het getal van zyne Zoldaaten, is on-
mogelyk te raadenj maar dat deze Keizers
met magtige Legers te Velde ge-
komen zyn, zal ons klaar genoeg bly-
k en , als wy van hunne Oorlogen met
de Portugcezen hier na zullen fprec-
ken.
Dat Zommige Hoofden van hunne
Legers menigmaal dappere Daden uyt-
gericht hebben , is niet te verwonde-
ren , dewyl zy , laft hebbendc, om
eene zaak uyt te voeren , en die niet
volbrengende, niet anders, als zy by den
K eizer quamen, dan een Elendige dood
te verwagten hadden.
Hier mede nu meinen wy wel het
voornaamfte , dat dit Eyland Ceylon in
’t algemein , zoo van buiten als van
binnen betreft , uytvoerig genoeg
voorgeftelt te hebben, zoo dat hetnu
tyd werden zal, om eens in ’t byzonder
van de Zaaken , van ouds af, tot onze
tyden daar in voorgevallen,te fpreken,
en te gelyk dan aan te wyzen , hoe, en
wanneer, eerft de Portugeezen, endaar
na wy , hier gekomen , en Meefters
van de Strand-Steden, Vlekken, en Vor-
pen, mitsgaders van de Befte Caneel-
Landan geworden zyn.
B Y Z O N -
B Y ZONDERE
Z A A K E N
V A N
C E Y L O N .
V IE R D E H O O FD S TU K .
BTzondere Zaaken van Ceylon. Alexander de Groot j als eerfteOntdekkct van
Ceylon epgegeeven. Bericht -der Cingaleefen wegens hun Eerfie Opkomft;
Vigea Raja , eerfie Ontdckker de) zelfs A. M. 1996. Nader Bericht van
den zelven. Gefchiedenis der Aloude Köningen van Ceylon. Vagöe Raja’$
Huwelyk. Zeldzame Voorzegging wegens zyn Dogter. Deze Princes van een
Leeuw Bezwangerd, brengt een Zöbn eh Dochter vaort, aan welken Zoon zy
zyne Afkomft bekend maakt. V*.rdre Gevallen van dien Prins.. Die tot een}/orft,
verheeveh werd. Bouwd een Koninklyke Stad. Trouwd zyn Zufter, eh werd
Gekropnd. Dat een Ryks-Wet op Ceylon wierd. Zyne Kinderen. Naamen
der twee Oudfte Zoonen , die uyt V Ryk veftrekken. En op Ceylon äanlanden.
Daar zy «r^Stad Bouwen. Vigeä Bahu Comara eerfie Ontdekker van Ceylon*.
Die met de Princes van Madüre Trouwd, en na ^»Regeering van 30Jaar ftierf.
Tiflanaon hrxiex\ Regeerd 1 Jaar. Simit Comara. Pandoe Vaflajoe. Prinszen:
fiter Gevlugt, Bouwen verfcheide Steden. Pandoe Vaflajoe wierd eerfie Keizef. Zyh
Kinderen. Abeia Comara Regeerd Zö Jaar. Sagdeganatifla. Digagairidcnoe.
Pandoe Cabaja, Bouwd de Stad Anoerajapoere. Moeta Singa Raja. Deveni
Petifle Maharaja. Soeratiflanam. Twee Malabaarze Prinszen. Aflalanam Raja.
Etalunam. Gelinitifla Raja. Goloeumbera. Ganatifla Rajde; Der Grddtert
Regecring op zyn Naam. Doetoe Gcinoenoe. Maha Raja; ;v Sedttißk Raja:
Tullenam Raja. Lemenetifla. Calocmän Raja. Walagam Bahu Raja. Vyf
jVlalabaarze Köningen Regeeren dOar na. Vallagamboe Raja. Chonangsi Raja.
Bemmiriitiflä. Mahadeliatiflä. Chorawa. Coeda Tiflä Rajöe. Änula^
ran Bifava Coelavaon. Torrio. Malöelantifla. Batia Raja. Madilitiianna
Raja. Adagüe Muwene Raja. Cada Ambera Raja., Nälabiflava. Elünnä
Raja. Sandamoehoenoe Raja. Afnapa Raja. Vacnelifinam Raja. Bapst
Raja»-
Byion- dreZaa-
Icenvafi
.Ceylon.I Ndieri wy töt de Öüdfte Tyden,' in
welke men wil dat dit Eyland eerft
zou ontdekt zyn j zouden willen
opftygen , ¿00 zou na de gedag-
ten van zotiimigen dnder de Qude Ge-
'Alexan- leerdfen, Alexander de Groofe de eerfte
der de aattleiding tot het Ontdekken des Zelfs
S ä gegee,en hebben> aangezien feygen e-
Ontdek- gen o’m te weten ^ o f ’er niet nog een
kervan andre Wereld was, die hy zou können
Ceylon, pytrwinnCn , Nearchus , een van zyne
vcnf*CC Zeevoogden ,• dit merkende, zieh, vry-
willig aangebooden heeft , om die te
gaan opzoeken.
Hy iiam Öneficritüi tiiet z ie h ; inet
laft van Alexander , dat idef van heri
een byzondre Dag-Lyft van zyne be-
vindirig höiiden Zöude^ dat zy wel ze-
kerlyk zullen gedaan Hebben 5 dbg deze
Dag-Lyften hebben wy nöit te zien be-
kömen.
Maar Diodoor de Siciliaan , is etn vaö
de Oudfte Gefchiedenis Schryvers,' die
ndg ietS wegens de Befchryving van dit
Eyland in zyn Werk ibhynt bewaard te
hebben, in opzigt van de uytftfekking
des zelfs , daar aan eenen omtrek vari
meer als 200 mylen gevendc. Om de
H i waar^