En ik zou zeer vecl daar van wcten te
zeggen} dag moet ’e r , ora gewigtige
redenen affcheidens hoewel ’er zeerveel
zaaken van de Heer Maccare, en zyne ge-
vangenis op Batavia in de Compagnies
boejen, hekend. zyn.
W y hehben tot opheldering dezer
bcfchryving onder No. p. A. hier een
nieuwe kaart van Perfien bygevoegt, waar
in de reizen door de Heeren van Leenen en
Hoog-kamer na. Spahan,zoo naaukeurig,
als eenigzins mogelyk was, zyn afgeftipt.
Samen- Men kreeg hier den io . September
fweering 1721. bericht, dat dien van den 6. Maart
van den van Spahan tyding had, dat de zamen-
^ e" fweering van den Athemat Daulet in
Dauiet January 1720. regen den Koning gelegen
fmccd ,. en waar by hy den Koning had
den Ko- zocken van kant, en zieh zelven op den
™iSo. Throon te helpen, ontdekt, en geheel
very- verydeld w a s , door dien deze Vorft
deld. hem gevangen gekregen , de oogen uyt
doen fteken, en zyn geheelen aanhang had
doen vatten; waar op een nieuwe Ryks-
beftierder aangefteld was.
Schat Men had een ongeloofelyken fchat by
by hem, den vorigen , en in een kift 400000 Pcr-
dcn°D' ^aanze ducaaten o f goude Mooren, be-
halveo veel andre vreemde munten , en
op een andre plaats zeer veel Juweelen,
goud, zilver, en niet minder vandit alles
by zynen aanhang, ontdekt.
Van meer gevolg was het ongeval,
dat dezen Vor ft 171z . overquam.
A. 1711. Men kreeg den 23. Mei dezes jaars
Spahan 0ver Conftantiriopcl h ierberigt, dat, na
dat Candahar (de Grens-ftad tuflehen den
ingeno- grootcn Mogol en den Periiaan) 17ZI.
men, en door den arvalligen Perfiaanzen Land-
den Ko- y 00gd ingenomen was, zynzoon, Mi-
de” vlugt riweis, nu .Prins van Candahar, hier
gedre-3 mede niet vergenoegd, eerft de ftad Kir-
vcn’ man veroverd had, en daar na, na Spahan
getrokken is, welke ftadt hy ingenomen,
alle de Perfiaanen geplanderd,
en als Kettprs zeer heeft mishar.deld,
doch de Engelze, Hollandze, Franfchc,
Armenifche, o f de andre Volkeren, niet in
het minfte gemoeid, fchoon men z e g t,
dat hy egter geld van cenigc vreemde
kooplieden, met belofte van dat weerte
geven, gelicht heeft.
Verdre . Den Koning heeft hy zo ichielyk over-
ziaken vallen, dat die maar pas tyd gehad heeft,
h-Cr ted om g-vo g . mgete e1f0t0 v omora,nd attc h oyn ntvie^tu z8otecknt* zieh tot
Koning opte wer pen, maar alleen,om den
Koning te dwingen tot den waren Moh-
hammedaanzenGods- dienftover te komen,
cn dat hy hem, zoo ras hy de fe£te van Aali
verlaten heeft, ’t Ryk weer overgeven zal.
' Hier by quam riog een andre fwarigheid,
dat de Imam, o f Prins van Maskate in dit
trocbel water viflehende, enzich van eenige
Zuider Land-Voogdyenmeefter gcmaakt
hebbende,na Gararon trok,om 00k
dat tc veroveren,zoo dathet met dit ganich
Ryk in ’t körte wel kon gedaan zyn.
De Porte had door den Bafla’s van Erfe-
rom en Bagdad hier af bericht gekregen,
die meindc, dat men by dezeongelegen-
heid des Konings nu 09k wel een brok
o f twee na zieh nemen konj vanhoeda-
nigen gevoölen 00k vecle in den Divan,
van Conftantinopel waren i dog de Sul-
than, dit anders begrypende, zeidatmen
een V o r ft, die in ongelegenheid door
zyne wcderfpannelingen geraakt was (dat
hem zelf mede overkomen kon) door *t
verbreiten van zyn woord niet nog meer
drukken 5 maar dat men hem edelmoedig
hulpe, en zyn land tot zyn lyf-berging
aanbieden moeft, om daar door cerc by
alle Volkeren in te leggen, daar het te-
gcndeel by alle andre zou misprezen werden,
enom daar door voor alnethert van
dien Vorft te winnen, en hem zooverrc
tebrengen, doorzulke kragtige bewyzen
van vriendfchap,om die landen aan dePorte
weder te geven, die zy zoo dikwils door
de wapenen had zoeken weer te krygen.
Dit befluit van den Grootcn Heer wierd
alomme zeer geroemd, en al kort daar
aanlaft gegeven aan devoornoemde twee
Bafla’s , om dien Vorft zeer minnelyk
als des Sulthans gaft, envriend, te ont-
fangen, en hem alle hulpe te bewyzen.
Ondertuflchen mengdeeen derde Vorft,
re weten, de KeizervanMofcovienzig
mede in deze zaak, dewyl al bevorenszerlykc‘
eenige kooplieden yan zyne Natie totMajt.
Sjamachi in Perfien (o f cigentlyk in hier me-
Medien) enontrent deCafpize Z e e , een^k^_"
groot gezclfchap uitgemaaken, en de men js,
gedachten hadden, om een grootcn han-
del van daar by Caffila’s op Petersburg
te doen} maar deze kooplieden zyn door
eenige Tartaaren, de Laigis genaamd,
die een inval opSjamachi deaen,tot wraak,
dat den Koning voorledenjaar den Äthe-
m%d Daulet, hären Landsmans, de oogen
uitgefteken had, nevensdcLand-Voogd
van die ftad, ter nedergezabeld,waarby
de kooplieden van Petersburg, die reeds
een.groote beurs daar gemaakt hadden,
wel 400000 Roebels, en zoo veel zielen ,
verloren hebben, ’t geen de Czaar met
reden op henzoekt te wreeken, temeer,
alzoo (indiendeberigten,daar af overge-
komen, waar zyn) men een Officier van
zyn Keiferlyke Majefteit van groot Rus-
land aan den Koning van Pernen gezon-
den, om vergoeding van die ichade cn
van deze buitenfporige daad te eiflehen,
zou gevild hebben.
Ondertuflchen vernam men den 7. en Ia 14.
z8. Juli over Conftantinopel, en Mos-dagen
couw , dat, binnen 14. dagen na dezenhjm ^
oproer in Spahan 3 Köningen op den Kcrnia*
Throon van Perfien gezet waren , engen.
dat,
Detoe-
leg van
den
Czaar
op de
rievier
van
Daria.
dat, na dat men den jongften zoon van
den gevlugten Vorft op den Throon
gezet had, de zaaken nu, tot eenige ruft
ichcenen te komen} alzoo men 00k zei,
dat de vorige Koning reeds dood was.
Die van de lydende party hadden den
Czaar 00k om hulpe verzogt, en hy dit
aangenomen, in hope, dat dit zynen toe-
leg, om een Vefting en ftad aan de rievier
Daria te maken , en van daar een nieu
00k aan den Czaar groote beloften we-
gens zyn ontwerp ontrent de rievier van
Daria gedaan had.
Maar Zoo de berichten, die men oversjah
Conftantinopel van Tauris den 7. JuliThamas.
des jaars 1723. bekomen heeft, waar zyn,
was Sjah Hoflein reeds overlcden ,
en.Sjah Thamas, zynzoon j aldaarfterk
bezig om volk te werven, en om zig tegen
u 5 Vitu UAAl tcl1 1UCU" ^Mminw weeiiss iinn ppooi itluuuurr tteei fttccllileenn}} mmaaaarr vvaann
wen handel op Tsjina te Veftigen, zeer een bedroefder inhoudwas’cbericht,dat
voortzetten zoude, alzoo hem daar on- daar nevens overgewaeid was, te weten,
trent zeer groote zaaken beloofd waren} j dat door een Jood, en een Indiaan, van
hoewel de Keizer van Tsjma van geen ! Spahan te Tauris gekomen , aldaar de
vaart längs denevier van Daria na Tsjina; tyding gebragt was, dat Mahmud den
hooren , en aan den Keizer van Rufland | Heer Schozer, Opper-hoofd van de E.
met anders, dan de gemeene Carravaan i Nederlandfc Maatfchappy (dien ik niet
vvaann PPeetteerrssbbuurrge nnaa CChhiinnaa ddoooorr SSiibheerriiesnn . . .a u " ,
(volgens de tyding van den 24. February
*7^3•) wilde toeftaanj waar by nu nog
een nieuwe fwarigheid quam, dat de
groote Heer, merkende, dat de Czaar
van daar in Georgien zoekt in tedringen,
aan zyn Czaarfe Majefteit had laten be-
kend maken, dat hy niet zou dulden, dat
hy aan die rievier eenige vaftigheden
maakte , gelyk 00k de groote Heer al
volk derwaards gezonden had, om dit
te beletten.
Ondertuflchen was de Keizer van
Rufland met de Keizerin (een groote ja
weergadclooze onderneming van beide
die Majcfteiten) met een groote Vlo o t,
o f wel met 270 lichte Fregatten en Ga-
lcyen, van Aftracan, en met 20000 man,
behalven een groot Leger,dat te land volg-
de , over de Cafpifche Zee na Terki t’Zeil
gegaan} dog hare Keizerlyke Majefteiten.
verftaan hebbende, dat Miriweis te Der-
bent en te Sjamachi alles, dat maar de
wapenen voerde, nedcrgefabeld, die fteden
uitgeplunderd, en zeer veel volk na de rievier
van Daria gezonden had, hadden niet
können goedvinden daar te Landen.
Indien de Koning van Perfien anders
00k in ftaat gebleven was , zoo had de
Groote Czaar van Mofcovien 00k een
groote verwagting van de gevolgen van
zyn Gezantfchap, in ’t voorjaar 171p. aan
dien Koning met zeer groote gefchenken
gezonden, welke Gezant toen voorna-
melyk in laft had, om een voordeelig
Verdrag van handel en koopmanfehap
tuflehen zynen Vorft,en die vanPerfien,op
te richten, vermits men in Mofcovien
nu al een nieuwe vaart van Ladoga in den
Onega,en zoo verder in de Wolga, aan-
geVangen, en die zoo verrc al gebragt
had, dat men in twee jaaren ( hoewel
tegen alle verwagting der bouw kundigen)
daar mede hoopte klaar te zyn. By
welke vaart dan zyn Keizerlyke Majefteit
van groot Rufland groote voordeelen
genieten zou y behalven dat die Koning
V . D e e l .
---------------- — ^ IO. UlVk
kenne) had doen vaft houden} en dat die
z ig , om wreeder dood teontgaan, door
’t innemen van te veel ^Amfioemomge-
bragt had, dewyl de Franfche en Hol-
landfe Confulds reeds door dezen Mahmud
onthoofd , en alle de goederen der
E. Maatichappy weggenomen waren.
Ondertuflchen waren ’er 00k andre
tydingen, dat alle de Europiäanen daar in
Spahan reeds omgebragt. zouden zyn ,
uitgenomen die gene, die zig na Gamron,
o f ßendar Abafi, door de vlugt gered
hadden.
Ook was ’er in O&ober dezes jaars
tyding, dat Miri weis door de Georgiers ,
die een Armenier tot hun hoofd hadden,
reeds verflagen was} op al welke lofle
tydingen (hoewel al eenige reizen ver-
nieuwd) niet veel ftaat te maken is, en
waar van men de naderc beveftiging zal
moetenafwagten, dit ’er alleen byvoe-
gende, dat wy den ftrooper Miriweis
(ichoon met gcweld zoo in Spahan voor-
gefteld) gcenzins als Koning van Perfien,
en daar voor geen ander voor eerft, dan
Sjah Thamas, erkennen.
A°. 1724. den 2. Mcy verftond men
hier, dat over de zaaken dezes Konings
van Perfien tuflehen den Grooten Heer
en den Keizer van Rufland dezePrelimi-
naria, volgens een bericht, den 3. April
van Mofcou gezonden, beraamd, en vaft
gefteld waren.
I. Men zal den Sofi verplichten den v rccjes
Sulthaan door een plegrige Ambafladete Voor-
verzoeken, zieh met des zelfs conqueften waarden
te vrede te houden, en toe te ftaan, dat _Juirchen
de Keifer van Rufland hettradaat, dat S a r en
hy nu laatft met hem geflotcn heeft, zal den
onderhouden, mits uytfonderende dearti- grQOte“
kelen, die tegen den roem en ’t belang der ¡ ¡ 0
Ottomannen mogten aanloopen.
II. Men zal den Keiler van groot Rus-
land toellaan te behouden, *t geen gelegen
is tuflehen de bergen Caucafus, en
de kuften der Cafpifche Zee, met Derbent,
Baku, de Provintien Gilan, Mafanderan,
Q^q Aftara