
van ’t welke niet een gedeelte van de
T o i voor de Pagoden is.
Sandelhout, lange peper, enBenzoin,
geven, uyt Zee körnende, v y f Pagoden
(a ieder 6 gl:) van ieder Bahara van
480 pond, en aldus heeft ieder zyn net
deel (gelyk men dat al mede by Ro-
Uythun-gerius in het volgende 10. Hoofd-ftuk
ne gifren z jen kan) dat daar van aan de Pagoden
zea.C~ betaald moet werden.
By ’t muntenvan 't geld krygen de
Bramine’s 00k hun D e e l, dat aaar al
mede van ieder zoorte van munt aan-
gewezen werd.
Ook fchieten alle geflachten jaarlyks
een zekere zomme voor de Pagoden
u y t , dat men daar van ieder geflacht
al mede aangetekend vind.
Deze Pagoden werden, indien zy de
naam van een byzondre Heyligheyd
hebben, vanhen ook bezogt, en by die
gelegenheyd, voor al van hunne Feeften
ter eeren der zelve en van hunne Goden,
niet weynig begiftigd.
Daar zyn *èr , die wel z a 3
Feeften jaarlyks en door de groote
toelopp der menfehen dan derwaards wel
60, 70 o f 80000 Pagoden inkomen hebben.
Heeft dat zoo eene Pagode, men
kan dan ftaät maken , wat zoo
veel andre te zamen hebben. Men ziet
orider de ciepuden van de Afgods-beel-
den in de zelve, onderandren, kroonen
met heerlyke Robynen en Diamanten,
op ’t hoofd van zulken Afgod waar
by men hunnen Rykdom al mede
kan afmeten. Egter waren de Pagoden
in de vorige tyden ryker, dan nu, om
dat de Köningen toen veel Gods-dienfti-
ger waren, als zy nu zyn j behalven dat
zommige zig ook nietontzagendeichat-
ten dezer Tempelen in tyden van nood
aan te taften, wel onder belofte van die
wederom te geven , zoo ras zy können
i dog daar is nòit gevolg op ge-
zien.
Waar M 1° deze Pagoden ziet men geen
toe de volk , gelyk in onze kerken , om
Pagoden daar eenige dienft by te woonen 5
dienen. maar Qp ZOmmige gezette nachten
zyn zy wel gewoon Wiftnoe en Eswara
op de fchouderen te dragen, en door de
voornaamfteftraaten om te voeren, hoe
danig dit Efwara’s beeid alle maand
op de cerile dag der donkere Maan, en
Wiftnoe op de p dag der nieuwe Maan,
op een houte paard, dat fteygerd, en op
een houte ftellagie ftaat, over al omge-
dragen werd. Dit peerd maakt in ’ tgaan
al mede zyne Corbetten met fchuyns en
dwars te gaan, terwyl ’er veel flambeau-
wen en kaarflen voor uyt, en zonne-fcher-
men boven ’t hoofd van dit Peerd gedra-
gen werden. Ook ftaat ’er een, die dit
paard gedurig waeyd, op dat het, dog
van de vliegen niet zou gefteeken wer-,
den. ,
3. Nadat nu al deze eerc den Afgod P‘en/*
aangedaan, hy nu dus weer gekomen, ree^
en ’t beeid weer in den Tempel gebragttrent de
is , komen zekere hoeren j deze Pagode zelve, en
toegeeygend, en aan der zelvcr godenwaarom*
getrouwd, voor dat beeid danflen , en
dan werden ’er Liederen ter eere van
Wiftnoe o l Eswara, gezongen. Men
flaat dan daar op de Trommeis, en men
blaaftj om dög die Goden vermaak aan
te doen , dan niet weynig op de Ba-
zuynen, en in ’t geheel hebben zy wel
p f fpeel-tuygen, die zy in hunne Pagoden
gebruyken 5 deze zyn vierderley ,
eenige van Darmen, eenige van koper
o f mefling, eenige van hout, Ieder , en
metaal,dje geblazen werden enopeenige
werd geflagen, zynde trommeis van le-
der j volgens welker nette maat deze hoeren
moeten danflen.
Niets fchynd ’er vreemder, dan dat,
daar deze Tempels, en ook de Beeiden
Heylig zyn, en de Soedra’s die niet mögen
aanraken, de Bramines egter zulke
ontugtige hoeren toegang tot den dienft
hunner Goden geven j dogzy zeggen, dat
dit gefchied, om dat ’er by zeker gevai
aan Dewendre (een der mindre Goden)
gebleken is, hoe trouw de hoeren zyn.
Dus ziet men dan, dat de Pagoden
maar dienen tot Palcyzen der beeiden,
en tot huyzeavan groote inkomften voor
de Bramines.
4. Het Beeid van Wiftnoe werd ge-Hoe xy
meenelyk met fraeje bloemen beftroyd ,de beel-
en rykelyk met allerley Juweelen vef“ opper-
cierd. Eswara’s beeid in tegendeel werd Goden
gedurig met Sandal-water , en welrie-oppron-
kende vogtigheden befprengd , en ge-ken*
waflchen. Ook mögen geen andre, aan
de Bramines , den dienft ontrent deze
Beeiden der Afgoden doen.
f . Dus fteken zy ook lampen voor degn wat
beeiden van Wiftnoe, Eswara, en voor eere xy
die van hunne vrouwen op, enkelyk om ^ie *er*
die te eeren, om welke reden zy hun
ook, tenminftentweemaal, eeten voor-
zetten, dat derwaards met een Bazuyn,
een Trommeltiej en van een dienaar gebragt
werd, die een fchelle in de hand
[heeft, waar mede hy beld, zoo ras hy
de plaats, daar de Afgod is , genaakt.
Nadat hy de fpyze nu vöor den Afgod
gezet heeft, gaat hy henen, laat
de zelve ontrent een uur daar bly ven, en
haaldze dan weer.
Zy brengenaan de zelve die fpyfe, al-
leen maar om te toonen, dat zy hen, als
de gevers der zelve, erkennen, om daar
over dankbaarheyd aan hen te bewyzen,
en om hunne fpyze te heyligen.6
. Behal-
'6. Behalven het nu en dan byzonder
t>mvoeren van Wiftnoes en Eswara’s
Beeiden, werden die ook jaarlyks zeer
plegtelyk op hunnen Eeeeft-dag op een
wagen, die als een toren is , door de
voornaamfte llraaten der ftad door de
Maccoa’s , o f zekere viflehers , en dier
gelyken zoort meer, voortgetrokken.
7. Voor deze beeiden nu, dus op die
wagen zittende, zyn zy ook gewoon
te Sombayen, o f hunne handen 'by een
eerbiedig na ornftoog te lichten.
8. Ook werd het beeid van Wiftnoe
jaarlyks den 10. Januari, na demid-
d a g , op een houte peerd zittende, op
de fchouderen na ’ t veld gedragen, en
door een man geftadig gewaeid, op dat
hem de hitte niet verveelen,’en geen
vliegen hem fteken mogten , behalven
dat r’er ook twee zonne-ichermen voor
de zon boven zyn hoofd gedragen werden
, by welke gelegenheyd men in dat
veld allerley. vermaak met het laten loo-
pen van een b o k , vos, en wat dies meer
is, aanrecht, en tegen ’t vallen van den
avond werd dit beeid weer met toorfen,
met Bazuynen j Trommeis , en eengroo-
ten ftoec in de Pagode gebragt , en dus
zelfs ook by veel Maan-licht met Flam-
beauwen voorgelicht, en, na dat de hoeren
weer voor hem gedanll hebben, op
zyn vorige plaats gezet.
En daags daar aan werd ook deze zelve
Het diend, .om een lang leven voor
hare mans te verwerven, en om te be*
werken , dat zy noit weduwen mögen
werden, eh het duurd negen dagen.
Hoe dit gevierd werd, toönd Koge-
rius in *t 1 z. Hoofd-ftuk.
_ Den 8. Februari werd ’eis van de Seivia’s
eere aan I Eswara bewezen, met
hem. mede dus in *t veld te brengen ? dat
den twaalfden o o k , dog dan niet te
paard , en maar op de fchouderen gefchied.
p. Een van de voornaamfte zoorten
van eere, die de Bramines en ’t volk aan
deze opper-Goden bewyzen, is , dat zy
ter eere van hun zekere Feeften vieren,
de welke dienen om de naamen, en de
Heerlykheyd van hunne Goden te melden.
.Zulke Feeften nu werden ’er jaarlyks
niet alleen ter eere dezer twee Opper-
Goden , en hunne vrouwen, maar ook ter
eere van de zon, van Ganga, en van de
duyvel, door de Bramines gevierd, ge-
gelyk ’er dan ook nog eenige by de Ma-
labaren gevierd werden, die de Bramines
niet gewoon zyn te houden.
a. De Feeften, die men ter eere van
n' Wiftnoe en Eswara gewoon is te vieren,
noemen zy Trenala, en de andre,’ Pan-
duga} dog dit van Ganga, en van den
duyvel, werd Jataro genaamd.
Den 18. Januari vieren de vrouwen
der getrouwde Bramines een Feeft, ter
eere van Parvati,. de vrouw van Eswara.
Dit noemen zy Gauri Dewi j dog
de Seivia’s (die Eswara voor den Qpper-
ften God houden) noemen dit Maha Se£ti.
V. D e e l .
en Smaerta’s het Feeft Tfewcratre
gevierd, en de Soedra’s (alzoo men dan
een geheelen das en nacht vaften moet)
doen dien ganfenen nacht niet dan fpee- En, wahr
len , om zig uyt den flaap te houden. ”eer cn. .
De dwaasheden j die zy daar by ver-j°°re_
haalen, kan men al mede in ’t Voor-vierd
noemd hoofd-ftuk lezen; werdehi
Den 14. na de nieuwe Maan in Au-
guftus vieren de Weiftnoewa’s , zoo de
Bramines als de Soedra’s , mannen ,
en vrouwen, *t Feeft, Ananta Padmana
Uratam genaamd. Het diend om in dit
leven gezondheyd, en hier na den He^
mel te bekomen.
Men ziet dit Feeft, met het verdicht^
zel daar toe behoorende, daar a l ‘mede
omftandig befchreven, en hoe dit jaarlyks
eens gevierd werd} dog die dit
ectgs gedaan heeft , moet het 14
jaar na malkandren doen, en dan is hy
’er vry af* mits eenj maaltyd aän de
Bramines te geven} dat hen dan gele-'
genheyd tot al veel maaltyden ver-
Ichaft.
Op de volle Maan van deze zelve
maand hebben de Bramines *t Feeft
Tfrawanala Pondema, op ’t welke zy hun-
ne kinderen, o f de Brammafaris, ook
hun Diändhem , o f koordeken, aänbin-
den, gelyk ook de getroude Bramines
dan hun koordeken vernieüwcn.
Den 8 na de volle Maan ih Äu-
guftus vieren de Bramines, cn ook de
Soedra’s , het Feeft Gokoelafterni, tef
eere van W iftnoe, om dat hy op die
middernacht, zoo als de Maan opging*
onder de naam van Kriftna, geboren
wierd. Wat hier over verder te zeggert
valt, en wat tot dit Feeft aanleyding ga f,
leell men al mede in ’t voörnoemd Hoofd-
ftuk wydlpopig.
In September vieren de vrouwen def
Bramines, ter eere van Laetfemi, Wift-
noe’s vrouw, het Feeft Maharna Hoewi
negen dagen lang , van de nieuwe Maan
af. Het diend, om lang levön voor hare
mans te verwerven, en om rykdom te
erlangen. En den p dag vieren de Bramines
dit taede tot genoegen van hunne
vrouwen, dog gelyk de vrouwen mal-
kanderen dan met fpys ter eerö van Laetfemi
onthaalen, alzoo doen de Braminei
dat dan malkanderen ter eere van’Wiftnoe
; gelyk de Soedra’s , die mede dit
Feeft vieren, malkanderen dan ook wak-
ker onthaalen. Op dezen dag maken de
N Sol-
I I