
4 1 4 Z A A K E N v a n d e
Schriften -milchen de Heeren Maatfuy-
ker, en Kittenfteyn, en tuffchen die van
de Kerken «Raad , op Gale verbrand,
fioedanig 00k met alle de Papieren, van
AP i 6 f i . tot A°. 165*4. fchynd geham
deld te zyn , na welken tyd ’er 00k we
der eenige ftilftand van dözenbnruft ge-
weeft is.
in dit zelv'e jaar plagt ’er 00k , als
een Predikant op een buiten-vifite der
Kerken gaan zoude, altyd eerft geloot
te werden, gelyk den iz . January, in
dit jaar in *t ßeiluyt-Boek aangetckend
ftaat j dog o f dit vervolgd z y -, blykt
niet.
A°. i$fp.
Liet de Heer R y k l o f van G oens
dit naVolgend Heylzaam Plac-
kaat tot Colombo afkoii-
digen, en aanpläkkeri.
DE Edele Heer: Ryklof van Goens ,
I GODSDIENS lr
nige Slaaven, die deDuitfcheTaal kündig
ä io Raad van i^ederlands India,.&c.
over t en zyncn Raad, doen‘te weten', Saluit,
inroeren en inaken bekend,hoe dat haar E. E . zieh,
van de van alle tyden a f, zeer hebben laaten ter
Tas?e kercer? g aan ? de Roem, L o f, en de Eere,
L * van onze Nederlandfche Natie, en hoe
zy 00k zeer ernftig getragt hebben na
alle middelen , om die heerlyk. te doen
uytmunten , zo is ’t dat de zelve een
van de voorriaamfte Zaaken ,. daar toe
könnende dienen } geoordeeld hebben,:
de voortzetting en vaft-ftelling der Ne-
derduitze T a a l, en daarentegen de ver-
nieling , en Abolitie van de Portugeefe ■
Spraak, op dat met dezeuytroejing,en
invefting der onze , de naarn en gedag-
renis van onze Vyanden mögt vergeeten,
fen de onze ingegrift werden; Om daar
toe nu te geräken, is goed geoordeeld ,
van de Lyf-Eygenen een aanvang te,
maaken, waar door zeer licht geheele,
Familien, en by zo nder jonge hinderen,
de Taal hunner Vaderen zuiver zullen
komen te leeren; Dierhalven werd
aan iderlnwooridfcrdezesEylands belaft,
en bevolen, hun Slaaven (wel verftaan-1
de , de jpngens, o f mannen) alle die de
Duitze Taal niet fpreken können , het
hair hunner Höpfden kortte doen affny-
den, en hen dat zodanig, zonder hoe?
den, te laten dragen, tot dat zy Duitfch
zullen können , met waarfehouwing,
dat de geene , die hier in nalatig be-
vönden werd, en binnen fes weken na
dato dezes zülks niet uy tvoerlyfc zal
gedaan hebben , drie Reaalen van agten
verbeuren z a l, exeluderende alle zoda-
zyn : want die , en anders geene,
zullen lang hair , en hoeden, mögen
dragen ; ’t welk wy alzo, ter reputatie
en Eere der Nederlandfche Nätie^
hebben bevonden te bchooren.
Aldus geefoin en Gearrefteerdin 't ’Cafteel
Colpmbo , den 14. Novejnber, A. 1659.
Geaffigeerd, en Äangeüaagen den ax.dito.
W a s g e ie e k e n d ,
R y k l o f v a n G o e NS.
Lager, Ter Ordonndntn
v a n z y n Ed. .
L ü c a s v a h W e e r b e »',
Secretaris.
Dit was een zeer goed Plackaat inAanmer-
zich zelvön , en het wäre te wenfehen kl’ug»
geweeft, dat zulkeen befluit in alle de1“" 07“ *
Landvoogdyen,onder de E. Maatfchap-
py in Indien ftaande,genomen was, om
alomme de. Ncderdüitfche Täal in te
voeren, en ’t is zeker , dat ’er dan* na
verloöp van zo jaaren , wel thienmaal
meer voordeel , als nu , door de Predikanten
alomme gedaan, en zo veel Geichillen
över de Taalen 00k afgefneden
zouden geweeft zyn ; daar men hu een
menigte van Predikanten tot het aan-
leeren der Taalen o f onbequaara, o f
hen jaaren bezig z ie t , cer zy deze o f
geene Taal meciter können werden, eii
als zy die dan met veelmoeitealMeefter
geworden zyn, dan werden zy zomtyds
door haar Edelheden op Plaatfen gelegt,
daar die Taal niet te pas komt, en on-
nut is.
Wanneer ’er nu ceri algemeene L all
ganfeh Indien door geweeft was , om
de Duitfche Taal in te voeren , en om
n ie t, dan in die Ta al, te Prediken, zo
waren alle de Predikanten van eerften
af aan in ftaat geweeft , om over al,
waar zy 00k na toe zouden mögen ge-
zonden'Werden, dienft te doen.
Ja! ik ze g g e , dat het Van nu a f aan
nog te wenfchen was, dat geen andre,
dan de Nederduitfche T a a l, in Indien
gebruikt , en met alle kragt ingevoerd
wierd, en men zou, na weynig jaaren,
bevinden, dat de vrugten ter bekeering
der Heydenen , alomme veel gewenich-
te r , en dat 00k de onkoften der Ed.
Heeren Bewindhebberen veel minder ?
dan jegenwoordig, zouden zy fl: wänt
daar zy (by voorbecld) nu op Batavia,
eenige
op C E Y L O N . 4if
eenige Predikanten voof de Portugee-
fche, en 00k eenige in ?t byzonder voof
de Mäleytfche Gemeynce moeten hebben
, -zo zouden zy die f Predikanten,
buiten allen tegenfpraak , dan können
roifien , alzo de f Duitze Predikanten,
dan zo wel voor beyde deze, als voor de
Nederduitfche gemeynte , zouden können
Prediken , zonder hunne Dienften,
cenigzins >meer te bezwaaren.
En gelyk dit zo op Batavia is, alzoo
is -het 00k an verfcheide Landvoogdyen
gelegen j daar dan 00k alle de 'Predikanten
, van eerften a f aan evenveel dienft
onder den Inlander zouden können doen,
dat nu maar van de helft , en dikmaals
maar van een (alzo de andre niet taal-
kundig zyn) gefchieden kan.
* Daar beneven hebben haar Edelheden
öok verfcheide verkeerde middelen gebruikt
, en verfcheide zeldzame Ordres
gegeven, dwingende mannen van hoo-
ge .jaaren , en die dat 00k noit Meefter
lconden werden, om vreemde Taalen te
leeren, even eens ö f dit aanleeren van
Taalen zoo in iders magt ftond, en als
o f men dat maar te gebieden had.
Vcrtoog D. Manteau wierd daarom uyt Banda,
van D. A°. 16 j f . opgezonden, en gaf toen een
Mantc- jeer breed , en net vertoog aan haar E-
taaniee- delheden tot Batavia over , waar in hy
ren van aanwecs.
een
Vreemde
(Taal.
als den andren, hier in behoorde
te verfchoonen, gelyk aan veelen
rceds gebleken was, die ’er niet
eens over aangefproken waren 4
en dat men niet maar deze ofge-
ne, die men dan voornemen wilde,
’er maar uyt pikken moeft.
o. D a t , fchoon die nu al ontrent allen
mögt in’t werk geftcld ^ en
aan allen gelyk opgelcgt werden,
zy alle daarom juift niet even be-
quaam zouden zyn, om vreemde
Taalen te leeren , alzo de erva-
rendheid genoeg leerde, dat van
de thien geen een dit ftuk Meefter
geworden was.
7 ; Dat het aanleeren van een vreemde
Taal aan veel Predikanten
veel meer werk , als j| ganfeh
werk van hunnen dienft , gege-
Ven had, en dat het daarom beft
was , zülke jonge mannen daar
toe te gebruikeh , die daar toe
Juft en bequaamheid hadden, en
niet mannen van jaaren j o f die
hog luft , nog de Gave van God
öntfangen hadden , om vreemde
Taalen te können leeren.
8. Behalven , dat men ondetvönden
had , hoe weynig vrugt.’er met
dat aanleeren der Taalen , door
die genen, die dit ftuk al te bo-
Ven gekomen zyn , gedaan is.
Dit vertoog j hoe wel gegrdrid öok
in zieh zelven , zou zyn Eerw. zeer
weynig geholpen hebben , zo de Heer
Hur dt 1 die als Veld-H per na Java ging,
hem niet als Veld-Prediker medegeno-
men had , want anders was ’er al vaft
gcfteld , om hem na ’t Vaderland buiten
dienft te zenden, alleen, om dat hjr
weygerde zo .een Taal te leerfen.
Indien deze Heer Wat ouder ter
dier tyd geweeft was , o f eenige jaaren
vooruyi had können zien , had hy
’er wel können en mögen , als een ne-
gende Artikel, byvoegen, dat, als ’er
al mannen waren , die luft en bequaamheid
hadden , niet alleen , om in eeni
vreemde Taal te Prediken , maar zelf*
00k om hunne ledige uuren tot hetver-
taalen van den ganfehen Bybel, zonder
iets voor hunne moeite te begeeren, te
befteeden (een we rk, immers vandeuy-
terfte noodzakely kheid, om de bekering
der Heydenen voort te zetten) men
autke neerftige mannen , dan nog met
hunne vertaalde Bybels heeft laten zit-
ten,Zonder de zelve te willenDrukken,
Waar ontrent de verkeerde zu g t, en nyd
■van deze «n gene (my zeer wel bekend)
uy tnemend Veel quaad gedaan heeft.
Mea
x. Dat het leeren van Taalen een
v-rywillig werk was , dat ider
een, na dat het hem lüfte, o f hy
zieh daar toe bequaam vond, doen
o f laten , en daar >men niemand,
(gelyk hem nu gefchiede) toe
dwingen kon , alzo dit een by-
zondre gave Gods was , die niet
aan ider een , die dat maar
ondernemen wilde , gegeven
wierd.
st. Oordeelde h y , dat men 00k een
byzonder opzicht in dezen ontrent
jonge Lieden, in -de kragt
van hun jeugd, en ontrent mannen
van hooger jaaren , nemen
moeft, alzo dit de eerften zeer
gemakkelyk, en de laatften zeer
moeyelyk viel te doen.
3. Dat het 00k nöit ’by die van de
Hervormde Kerle een gebruik
geweeft was, hunne Predikanten:
te dwingen j een Taal te leeren,
alzo -dit in deze dagen niet tot
zyn Ampt behoorde.
4. Zeyde ¡hy, dat de-Heeren Bewind-
hebberen noit eenig uytdriik-
fcelyk bevel daar toe gegeven
hadden.
f . Dat, zo men dit al invoeren wil-
de, -men -danden een niet meer.