op de Eilanden Bintang , Lingga (be«
zuiden Malakka) o f op Sumatra gelegen
, ook wel Maleyers, maar altvd
met byvoeging van den naam van ’tland,
daar zy t’huys bchoorden, als Malajoe
Djoehor, Malajoe Patani, en Zoo voorts,
gerioemd wieraen.
Vanveel Dit is dat vermaard en wyd-beroemd
Ouden, land, das veelen van de Ouden, en nog
voor Sa- vden hedens-daags, voor ’taloudeOfir,
Ofir° ge-en voor dat land hiélden, daar Koning
houden. Salomo het goud en andre Indiaanze
zeldzaamhcden , in de H. Schrift ge-
meld, van daan gevoerd heeft, en ’t
.geen de Ouden daarorn Regio Aurífera,
dat is , degoud-kuft, het goud-geweft,
genoemd hebben.
Het is zeker, dat men van Ezion Geber
het roode Meir door, en zoo längs
de wal van Arabien en Perfien, enaldus
ook längs de kuftcn van Malabar, Cho-
romandel, en Bengale, van de eene wal
tot de andre afzakken, en zoo eindelyk
längs de Ryken van Arracan , Pegu ,
Siam, en TanalTery, tot aan de Maleytfe
kuft zonder compás komen kon 5 dog
dat niet deze k u ft , maar ’t Eiland Ceylon,
waarfchy nely kft dit Ofir geweeft z y ,
hebben wy uytvocrig in ons eerftc déel,
en elders, aangewezen.
Zy bou- Na dat zy nu eenigen tyd hier verblewen
de vcn waren , hebben zy daar hun eerfte
S do!™ ftadgebouwd, en Singapoera genoemd,
gapoera. 00k een kleene ftraat bezmden
dat hy de nieuw-gebouvvde ftad wat verder
de zelve nog den naam draagd.
' In dezen tyd was de Koning van
Madjapahit, een Ryk opjava, een van
de mägtigfte Vorften daar om ftreeks,
die zig niet alleen op ’t Eiland Java,
door zyne wapeneri, alomme ohtzaglyk
gemaakt, maar ook vcrfcheide plaatzen
op Java Minor , en Sumatra , ingeno-
men, cn zyn Ryk nog verder uitgebreid
had.
Werden Gelyk Madjapahit toen een van de
van den eerfte en meeft beroemde fteden zoo van
v°nnmS Java, .als van de andre omieggende Ei-
Madja- landen, was, alzoo dreef de roem-zucht
pahit ¿eg zeifs Vorft, om ook dit nieuw v o lk ,
ontruft. .de jyjaieyers} hier van daan te dryven, en
daar door een nieuwe peerl aan zyn kroon
te hechten.
. Hy tafte hen met groóte magt op
verfcheide tyden aan, en dwong hen,
om zieh van tyd tot tyd daar fterker te
Ife. j«rtjihakeri.
d¿ ee?s-" Nadat iiu Siri Toeri Bowana 48 jaa-
tenKo- ren als een dapper Vorft over hen gere-
nings geerd had, ftierf h y , en wierd van den
.I2o8’_entweeden V o rft, Padoeka Pikaram Wira
vangen 1208. verVarigen 5 maar deze heeft
door Pa--niet lang over hen geregeerd, alzoo hy
doeka jn j ~ jaaren, dat hy hun Koning was,
Wira!” niets van géwigt uytvoerde, dan alleen
uytgebreid, enmeerverfterkt heeft,
om tegen de aanflagen van den magtigen
Vorft van Madjapahit, die hen niet on-
jemoeid liet, te beter gedekt te zyn.
Hy ftierf A. C . 122.$, .en wierd toen Die
door den derdenKoqjng,Siri RamaWika- Iz||"
ram vervangen. • door Siri
Dit was een jong en moedig Vorft
die hen met veel zagtheid 13 jaaren lang ram ge_
beftierde, en die zig alomme gevreeft-volgd
begon te makenj maar hy ftierf A. C . werd.
1236. zeer haaftig, tot droefheid van
alle de zynen, waar van hy zeer teeder door Siri
bemind wierd.. Moha-
Zyn vervanger was Siri Maha Ra-y*djva ^
dja, de vierde Koning, die mede eengeni5.’
zeer goede intrede maakte, en de ftad
merkelyk uytgebreid heeft.
Hy regeerde 12I jaar met zeer veel
yoorzichtigheid, by zyn ganich volk
bemind ; en alomme by zyn vyanden
gevreeft 5 en quam 1249. te fterven.
In dat zelve jaar wierd in zyn plaats
Siri Iskender Sjah to t. de kroon als
laatfte Koning van Singapoera verhe-
ven.D
eze hield het in de drie eerfte jaa- Die
ren tegen den magtigen Koning van 1151.
Madjapahit nog gaande j dog wierd in gedwon-
het einde 12^2, zoodanig door hem ge-
per ft, dathy Singapoera verlaten,cn zieh Singa-
hooger op na ’c Noorden, en van daarpoera te
na’t Weilen van dit land,na dat y Ko- verlaten.
ningen p i jaaren in deze ftad geregeerd
hadden, begeven moeft, alwaar hy
I2f3. een nieuwe ftad aanleide, en de
zelve van tyd tot tyd zoo heerlyk op-
bouwde, dat zy naderhand onder de
dry groote vermaarde fteden aan die
kant van het Ooften, de derde in rang,
o f naaft Pafi , op Sumatra , dat weder
naaft Madjapahit gefteld wierd.
Hy gal aan deze nieuwe ftad de naam
van Malakka, na zekeren boom , Ka-
joe Malakka , o f de Malakfe, anders de
Mirabolaan ofte vyf-hoek - boom genaamd
5 ter gelegenheid , dat hy daar
ontrent jaagde, en onder zulken boom ,
terwyl de honden het wild van boven
dreven, wat ftond te ruften, gelyk hy
die ftad daar toen begonnen heeft, alle
welke zaaken wy breeder in *t boek
Hantoewa uytgedrukt vinden. .
Gelyk men van ouds ook Köningen p e
van Andragiri had , alzoo hebben de Madja-
oude Köningen van Madjapahit, na datpahitfe
zy zieh meefter van Singapoera gemaakt
hadden, zieh daar mede niet vergenoegd, oPper-
maar zyn na de over wal van ’t Eiland Vorften
Sumatra overgeftoken, alwaar zy ’ t Ko- ^ An"
ninkr yk van Andragiri vero verd, en zedèrt raß
daar dezen ofgenen lavaanzën Vorft , aan
hen vermaägfchapt hebbe,waar onder hier
Koning IÄ74*
ria ook een Koning vàn Malakka voor-
kotnen zal, als Koning uyt hun naam
voorgefteld.
OndertufTchen nam döze ftad, en dit
beroemd volk, onder dezen Vorft niet
Weinig in aanzien en vermögen toe, en
ley deze Koning van dien tyd af zeer goede
gronden tot een vafte regeering.
Hy leefde tot A. C. 1274, en ftierf,
na dit volk zy jaaren beheerfcht, en na
3 jaaren in Singapoera, en 22 in Malakka,
gevreeft van zyne nabuuren, en
bemind van zyne onderzaaten, als eerftc
Koning van Malakka, den Ryks-ftaf
gefwaeyd te hebben.
¡Sulthan Sulthan Magat, quam op dit zelve
Magat 6. jaar als tweede Maleytfe en Malakfe Ko-
e n S f ñíñg in zyn plaats,
lakze Deze Vorn regeerde met lang 5 en
ftierf na 2 jaaren regeerens, befluitende
by zyn dood 11 y jaaren en 6 maanden
van de Maleytfe Köningen, zoo lang zy
nog Heidenen geweeft zyn.
Hy wierd in het jaar 1275. door
Moh-11 ^u^han Mohhammed Sjah , de 7. Ma-
hamraed%r^e> Çn 3. Malakfe Koning, vervan-
Sjah de gen , die de eerfte Mohhammedaanze
7. Ma- Vorft in Malakka, en ook die gene ge-
? yMa- wce^ ls » J*7 jaaren, welke hy dit
lakfeeñ R yk heftierd heeft * zig door ’t fterk
del. voortzetten van dezen nieuwen Gods-
Moh- dienft, en door ’t uytbreiden van zyn
daaufche R 7k > zeer beröemd geffiaakt heeft.
Koning. Hy fchynd denMaleitlc naam op de nabu-
Vcro- rigeEilanden van Lingga enBintamotBin-
verfchei- tan8 ’ bezuiden den hoek van de Maleytfe
de lan- kuft.al gebragt te hebben,en daar omftreeks
den. al verder onder die van Djoehor, Patani ,
K eidah, (andcrsQueda genaamd) Peirah,en
elders, zelf tot aan de overkuft van Sumatra
opGamparenHaroebekend, en daar zoo
gevreeft geweeft te zyn, dat alle deze landen
toen al aan hem fchecncn onder-
worpen.
Hier mede nog niet te vrede zynde,
heeft hy in de laatfte jaaren van zyne regeering
de Princes vàri Arracan, Erf
aogter van dien Koning, getroud, en zieh
aldus by erffenis ook dat Koninkryk onder
worpen , makende dien V o r ft, die
hy daar uyt de Maleyers aanftelde, tot
Mangkoboemi, o f Cancelier , van ’t
Koninkryk van Malakka.
Nadat hy nu tot hooge jaaren geko-
menwas, quamhyA. C. 1333* £efterven,
enliet zynen zoon, Sulthan Aboe
Sjahid, als 8. Maleytfen, 4 Malakfen
en 2 Mohhammedaanzen Koning, een
bevredigd Ryk na } maar deze Vorft
heeft het zelve niet langbezeten, alzoo
h y , na i jaar en y maanden geregeerd
te hebben , 13 34. door den Koning van
Arracan is doodgefteken, latende het
R yk verder in dien eygen ftaat, gelyk
zyn Vader hem dat öiltruymd had.
In zyn plaats volgde die zelve jaar
Sulthan Modafar Sjah ^ als p. Maleytfe ¿
4. Malakfe, en 3. Mohhammedaanze
Koning.
Deze Vorft heeft dit volk met zeer
veel wysheid en voorzigtigheid be-
ftierd.
Zyne wysheid heeft hy getoond, met
hen een boek voi heerlyke Inzettingcn,
de ftatuten van Malakka genaamd, na
te laten. Zyn däpperheia heeft hy ¿
gedurendè de 40 jaaren, zyner rege*
ring, allezins doen doorftraalen.
Ontrent 1340. regeerde in ’c K o -0orl t
ninkryk van Siam (toen Sjaharnouw met dea
ofSornau, genaamd) een zeer magtigKoning'
Vorft,die den naam vari Boebatnja voerde. van^am
Deze Koning, die alles rondom zieh1
inflokte, en ondertuflehen van de riiag-
tige koopftad Malakka hoorde fpreken 3
dede, jaloers over hareri opgang, de
zelve opeiflehen , en, als Koning Mo*
dafar zieh aan hem niet wilde onder*
wefpen ¿ de zelve door zynen Veld- Heer
Awi Tsjakar aantaften.
Daar viel een hevig gevegt tufTchen Die
deze twée Vorften, o f wel tufTchen bei-
der Veld-heeren, voor, maar Siri Nara7nfc¿rf
Deridjä, Maläks vçld-Heer, droeg zig
hier zoo dapper, dat Hy den Siammef*
dwong met groot Verlies, en fchande,
af te trekken.
De Koning van Siam quam kort daar
aan ook te fterven, en wierd door eenen
Tsjocpandan vervangen.
Deze liet het daar niet by beruften j
maar tafite den Koning van Malakka weder
aan, en belegerde de ftad ander-
maal} maar hy Was even ongelukkigj
als zyn voorzaat, en wierd nogmaals
door den vorigen Malakzen Veld-heer
opgeflageri, en zoo gevoelig van de ftad
gedreven, dat hy *t al mede kort daar
aan beflorvcn is.
In dezen tyd nu was het, dat de ftadMalakfci
Malakka, naaft de vermaarde fteden in nu zeer
het Ooften aan die l&nt, Madjapahit,geen
Pafi , de derde in rang gefteld roem(h
wierd.
Naderhand heeft deze Vorft nog
jaaren met veel roem dit R yk
en is 1374. komen te fter*
Hy liet tot zynen vervanger zynen
zöon na, die eerft in ’t geraeen Sulthan
Abdul, dog naderhand, by zyn optfe^
ding, Sulthan Mantfoer Sjah genaamd
werd.
Deze is geweeft de 10. Maleytfe ,
de f . in Malakka , en de 4. Mohhammedaanze
Koning, die daar regeer*
d e , in welkers tyd veel aanmerkens-
weerdige zaaken hier voorgevallen zyn y
bcK