van gras, als mede van kleine doornboo-
mep , tamelyk voorzien. Wy lagen
alhier rondom befloten in zeer hooge
Twee- ^eene ^>ergen V die op veel plaatzen be-
derley waflen zyn mec tweederlei foort van Aloe-
Aloe- boomen. Eenige hebben dikke en redeboomen.
lyke hooge ftammen , boven met een
kroon van veel takken. De anderen zyn
van de grond af tot bovert toe met bladen
bewaflen, van lengte 7 of 8 voeten zon-
der takken. Onze gegifte cours en verheid
N. N. O. 4 graaden Ooftelyker 2£
mylen. De gegifte breedte 2p—10 min.,
en lengte van 57— 76 min. 5 bevonden
breedte van 29—12 min. 5 gebeterde cours
en verheid N. N. O. 6 graaden Ooftelyker
24 mvlen 5 de ecbeterde cours en
verheid zeacrt den 1 i^en dito N. ten O.
3 graaden Ooftelyker mylen 5 behou-
dende de lengte van 37— y6 min.
Donderdag den 1% dito.
’s Morgens met mooi weder vertrokken
wy van deze ruftplaats, en ftelden onzen
cours om de Ooft, te weten, O. N. O.
t! mylj van daar jegens een kloof op N.
ten O. tS myl. Toen marcheerden wy
een bogt om, en ftelden onzen cours N.
ten W . j i myl. In ’t afgaan van deze
kloof was onze cours nog N. ten W. {
myl } van daar N. £ myl, alwaar wy
quamen aan een hoek van het gebergte
met groote lofle klippen bezet. Toen
namen wy onzen cours N. N. O. £ myl
tot beneden aan een rivier , alwaar wy
genoodzaakt waren ons ter neder te flaan ,
om dat wy vericheide van onze • karren
en wagens, die op den voorgaanden dag
krakken hadden gekregen, en alhier op
deze klippen in ftukkenbraken, moeften
herftellen , waar toe wy hier goede ge-
legenheid hadden , om dat deze rivier
Doom- aan weerzyden met tweederhande foorten
enCypres van boomen bezet was, te weten, doorn-
bo°men ^ cypresboomen , en wel 20 roeden
er' breed 5 doch zeer ondiep , en *t water
eenigzins brak. Deze plaats Was van gras
redeTyk voorzien. Onze gegifte cours
en verheid N. ten O. 4 myl* de gegifte
breedte van 29— p min., en lengte van
37— f7 min., bevonden breedte van
2p— 10. min.
Frydag den ip dito.
’s Morgens ten ¿¿uuren met mooi weder
vertrokken wy van deze ruftplaats,
en ftelden onzen cours längs de boven-
gedagte rivier W. ten N. i myl, daar
wy de zelve döortrokken , tegen een
hoogte op, die zieh ftrekte N. ten W.
I myl 5 van daar veranderden onzen cours ,
en gingen tuflehen het gebergte door
N. W. O. j myl. Van daar om een bogt
gegaan zynde, ftelden onzen cours regt
K.aan j myl* van daarN. ten O. f myl
tot in een laagte. Van daar marcheerden
wy door een kloof van tamelyke hoogte,
alwaar wy onze karren en wagens, zonder,„
belchadigt tc worden, opkregen. Deze
hoogte itrekte zieh N. ten W. J myl.
Van daar in ’t afgaan namen wy onzen
cours regt N. } myl tot in een laagte,
die geheel vlak was, en ftrekte zieh om
de Ooft. Alhier waren wy genoodzaakt
te blyven, dewyl ons onderregt wiert,
dat wy dezen dag geen water konden
bereizen. De wegen, byonsgepafleert,
waren niet anders als zand en keyagtige
fronden, doorfneden met verfcheide
leine rivierkens, de welke tegen woor-
dig al t’eenemaal droog waren. ;Deze
onze ruftplaats was van gras, water, en
hout, fober voorzien. De gegifte cours
en verheid N. ten W. 2i mylen 5 de gegifte
breedte zp— o min., en lengte van
57— yd min.
Saterdag den 20 dito.
’s Morgens ten <Si uuren vertrokken wy
van deze ruftplaats, en ftelden onzen cours
regt N. f myl. -Van daar N. ten O. .ö
mylj toen om een hoogte heenen N.O.
tS myl, en van daar om het hoog gebergte
te myden ftelden wy onzen cours
O. • myl tot regt voor een kloof, die
wy meenden door te marcheeren j doch
bevonden zulks onmogelyk , vermits de
menigvuldige klippen, die los tegen het
fteil gebergte aanlagcn , en dierhalven
waren wy genoodzaakt te rüg te keeren,
en namen onzen cours W. 5l.myl totdigt
onder een hoogen berg , die wy längs
gingen W. N. W. ts mylj aldaar von-
den wy een fbntein , die , zoo ons de Sehoone
Amacquas ondenigteden, hetganfeh jaarfonKin
door water geeft. Van daar behielden
wy nog den zelven cours T! myl, tot voor
een vlakte die wy overtrokken N. tenO.
} myl. Van daar regt N. i myl tot aan
eenige khpagtige heuvelen, die wy genoodzaakt
waren te myden , en ftelden
onzen cours N. ten W. * mylj van daar
regt N. 1 myl, tot aan een riviertie,
daar wy ons nederfloegen. De weg, by
ons gemarcheert, was van grond als de
voonge. Hout en gras was hier fober j
maar water jjgenwoordig redelyk genoeg
te vinden. Gegifte cours en verheid N.
4 graaden, Ooftelyker 2 mylen j de gegifte
breedte 28— y2 min., en lengte van
37— J7 min.
Sondag den 21 dito.
’s Morgens ten f , uuren brakenwy op
van deze plaats, Heilende onzen couis
van daar om de O. tegen een hoogte O.
N. O. 5 myl. Van daar veranderden wy
onzen cours, en marcheerden O. Z. O.
Ti myl j van daar O. N. O. ii myl j toen
O. ten Z. myl. Van daar marcheerden
wy een vlakte over, onzen cours
Z. 3 myl j van daar O. ten N. f myl,
alwaar wy quamen aan een zeer hoogen Hooge
en grootenberg, zynde een enkele klip, berg-
en,
i<58j. en > zoo ons de Amacquas berigtten,
ontiprong boven op de zelve een fontein,
zynde zeer goed water. Dezen berg
lieten wy op de regter hand van ons af
leggen, en namen toen onzen cours O. ten
Z. j myl. Van daar quamen wy wederom
aan een zeer groote en wyde vlakte, die
wy voor een gedeelte doortrokken O.
ten N. 2J- mylen. Toen namen wy onzen
cours O. N. O. en O. ten N. ~ myl tot
in een kloof, die wy ingingen N. O. i
myl j alwaar wy quamen aan onze ge-
De Ko- deftineerde plaats, namentlyk de koperber-
perber- gen;, daarwyons ter nederfloegen, regt
gen’ voor een kloof van een der gedagte bergen
, tuflehen welke een fontein uitquam,
zynde zeer koel en aangenaam water om
te drinken. Deze fontein , zoo als wy
,cn Koele naderhand ondervonden, nam haaren oor-
Fontein fprong uit een klipagtigen heuyel, ontrent
ier* een fchoot weegs van deze bergen gelegen,
met geboomte, biczen, enriet bewaflen.
Deze plaats is een kei- en zand-
agtige grond, en op verfcheide plaatzen
©ntrent 2 voeten diep bevonden eenige
ipecievän klei, de welke zieh heel leenig
liet bewerben. De gegifte cours en verheid
O. ten N. 1 graaa., Ooftelyker 4$
mylen. De gegifte breedte 28— f 2 min.
en lengte.van 381—i8i min. 5 de gebeterde
lengte van 38— 21 min., bevonden-
breedte 2p— o min., verbeterde cours
en verheid O. ten Z. 4i mylen. ;
Maandag den 22 dito.
Begon de Ed. Heer Commandeur, en
de Berg-hopman de bergen te vifiteeren.
De Ed. Heer Commandeur nam zyn
cours na ’t Ooften, en de Berg-hopman
na ’t Weften , en lieten op vericheide
plaatzen werken, om te zien, wat ioort
van Mineraal die bergen mogten wezen.
De zelve waren van onderen tot boven,
en zelfs op de loflè klippen, met Spaans
groen uitgeflagen, ’t welk den Ed. Heer
Commandeur, enden Berg-hopman goede
ßevin- hoope gaf, van iets byzonders te zullen
I® ® vinden j maar de Berg hopman oordeel-
raai hier.de , na dat hy eenigen tyd had lasten
werken, dat men niets zou obtinceren,
en gaf den moed byna t’eenemaal verloo-
renj. daar de Ed. Heer Commandeur in
• tegendeel goeden moed had, en deê hem
aanwyzing, op wat plaatzen hy oordeelde
dat men behoorde te werken, aan ’t welke
men vaft ltelde ’s anderen daags te beginnen.
Dynsdag %n 23 dito.
Met het aanbreken van den dag begonnen
de Berglieden met alle vlyt het
werk op twee plaatzen voort te zetten,
en bevonden zieh op een meer als ge-
meen breeden gang te zyn, en hoe die-
per zy quamen , hoe zieh ’t Mineraal
•beter vertoonde. Ondertuflchen zont de
Ed. Commandeur verfcheide van ’t volk [
uit, om te zien Wat hout en rivieren hier xöSc«'
ontrent wären, alzoo op die plaats, daar
wy hier lagen, geen hout,' als dat van
Aloëboomen, en kreupelbofch, te vinden
is. De zelve, wederkomende, rapportecr-
den , dat zy op 2, 3 of 4 mylen hier ¿n
daar tuflehen het gebergte 'vericheide
drooge rivieren met doorngeboomtej en Doom-'
een ioort van hart hout, ons onbekent^ ßeboom'
bewaflen, bevonden hadden, Waar öp vèr- !^ efen
icheide wagens derwaarts gingen hout hard hout
kappen, om van ’tzelve koolen tè branden,
noodig tot defmeltery, en ’tmaa-
ken van proeven, te gebruiken, ’twelk
daar toe zeer bequaam geoordeelt wiert.
De behouden cours en verheid van ’tKa-
fteel der Goede Hoope is 3 graaden en 10
min. Beooften het N. 77 mylen en 16
min., en by opmerking van den Stuur-
magi lagen wy hier boven den waren Horizont
24 min., of 912 roeden.
Wlemdag den 24 dito.
Continueerden de Bergliedén nog in hun‘
werk.* Ondertuflchen belaftte de Ed."
Heer Commandeur den Berg-hopman, ne-
vens eenige anderen, op het hoogfte gebergte
te klimmen, ’t welk aan de Weft-
zyde van ons lag, omaldaar te zien, hoe
’t gebergte zieh vertoonde , en met een
te onderzoeken , of daar ontrent geen
Mineraal te vinden was. Boven komen- „
de , bevonden , dat het rondofti d e z e ^ S -
plaats , zoo verre men zien kon, niet doch ’
anders dan hooge en fwaare bergen wa- geen tee-'
ren, hebbende tuflehen de zelve hier en’^Ps va™
daar een vlakte , en wat het Mineraal
aangaat, daar waren aan dezen berg geen
teekens van te vinden. , Middelenvyl
openbaarden de Amacquas aan den E. Heer
Commandeur, dat ontrent 3 mylen van
hier nog een berg was', mede met Spaans
groen uitgeflagen , gelyk het gebergte
alhier , waar op beiloten wiert een forgeant
nevens den ftuurman en eenige
Berglieden , mitsgaders eenige foldaaten
derwaarts tezenden, en jpvernemen, o fNad
zulks waar was. Op den agtermiddag onder-
ging de Ed. Heer Commandeur de wer- zoek hies
ken vifiteeren, en bevont, dat die zieh onjrèr% ..
zeer verbeterden.’ : gedaan.
Donderdag den zy dito.
’s Morgens ten 3^ uuren vertrok de
Sergeant met 10 mannen naar de boven-
gedagte plaats, die ontrent ten 6 uuren
’s avonts wederquamen , en eenige fteen
medebragten, uitgeflagen, gelykbevoo-
rens verbaalt i s , en berigtten wyders,
dat zy Mineraal hadden gevonden op een
vlakte , daar geen water ontrent was 5
maar op hunnen weg hadden zy vericheide
kleine rivierkens of fpruitjens met water,
die met doornboomkens bewaflen wären,
gevonden, enverklaarden verder, dat de
wegen onbeqüaam waren om met karren
of wagens derwaarts te komen, ter oorzaak
K yan