
1616.
Vtthoeven
A o . 1608
bier als
Hoofd.
comptoir
hier opge-
brokcn.
Ao. X 618
v an den
Broek
hier.
van daar na Mazulipatnam te gaan.
De Opperkoopman Gillis le Fief vond
hierin November 1608,den Opperkoopman
Sonri Ao.
lérédaar
ons Hoofd}
en Ao*
I i i8 .
Bontekoe’s
■volk op -
Sumatra '
mishan-
dcld.
Laft, om
de con) p-
toiren van
Arsjeh, et
Djambi *
A o .r6 i3 ,
te lichten.
Albert Willemszoon Verhoeven als
Opperhoofd, vertrekkende van daar met
2 Gezanten. .
Ao. 1616 vonden wy geraden, alzoo
het onder dezen Koning ganfeh nietgaan
wilde, dit comptpirop te breken; dog
hadden’er twee fchepen na toegezonden,
om den handel te herftellen, gelyk ook
fchynt gevolgt te zÿn.
Ao. 1618 in Maart quam hier de Heer
Pieter van den Broek, van de küft, vond
’er dçn Bevelhebber Kofri'elis K ornan?,
die hier met de Valk gekomen was, om
met den Koning,wegens Ticoe en Pria-
man,te handelet, en eén verbond te malten.
.
în dit zelve jaar'had de Koning van A-
tsjeh \ Koningryk van Pahang veroverd;
ook kreeg de Opperlandvoogd van Indien,
de Heer is. oen, bericht, dat die van Djam-
bi onze logiedaar zekerlyk afgeloopen,en
ons volk vermoord zouden hebben, indien
zy dat niet uit vreeze, voordePor-
tugeezen, die tegen hen in oorlog waren,
én met een vloot op hen ftonden af te körnen,
gelaten hadden.
W y hadden daar op Djambi van Ao.
1616 af al een vaft comptoir, enAndries
Soúri, die’er Ao. 1618, en nos lag tot
Ao* 1620, tot Opperhoofd gehaa.
Ao. 1619 veroverde de Koning van
Atsjeh de Ryken van Keidah en Peirah,
op de Maleitze kuft gelegen.
A°. 1619 quam hier Willem Ysbrands-
zoori Böntekoe, die, na een elendige togt
door’tfpringen van zyn fchip, met eenige
fchipbreukelingen in de fchuithieraanlan-
dende, om na water en ververfching te
zien, mede 16 man van zyn volk ver-
loor, van welke’er 4 vermoord wierden
in ’t dorp, daar zy aanquamen, en 12 in
een gevegt by de bootdood bleven,nader
in zyn Reize zelf te zien.
Den 24 Oftober 1621 fchreven de Heeren
zeventieneo aan haar Erdelheden op Batavia,
dat zybeft keurden den Keizervan
Java tegen den Koning van Bantam niet
te helpen, vermits de verovering van Keidah
en Peirah den Koning van Atsjeh zoo
opgeblazen gemaakt had, dat zy metree-
den vreesdien, dat dit ook hen wel zou
können berouwen, zoo hyzomtyds dezen
laatften Vorft ook eens mögt overvallen ;
.weshalven zy beft oordeelden hem nog
wat geruft te laten.
Ao. 1623 den 23 Oftober fchreven zy
haar Edelheden ook aan, om de comp-
toiren van Atsjéh en Djambi beide te lig-
ten.
.A°. 1628 hadden wy weder moeite met
die van Palimbang, dip me^iie van Djambi
ook overhoop lagen.
De laatften hadden wel het meeft gelyk, 1 7*
Weshalven de Opperlandvoogd van Indien,
de Heer Koen, genegen was hen ook te-
gen die van Palimbang' te helpen j dog
keurde, by befluit van den 3 Maart,beft,
den Opperkoopman Broekmans nog eerft
eens ha Palimbang te zenden, omtezien,
o f men hen zou können bevredigen.
Ao. 1639 ging de Heer Paulus Krook Ao.rtfjp,
na Atsjeh als Commiflaris, om metdezen
Koning over zaken van gewigt te hande- | f e ’
len.
Ao. 1641, wanneer op Atsjeh Jacob £0.1641,
Compoftel als ons Opperhoofd lag (waar H° ^ ° **
uit blykt, dat wy daar ondertuflehen we- Atsjeh’,
der een comptoir opgericht hadden) is hier Schouten
ook de Heer Jooft Schouten, buiten-ge-^ ^c*
meen Raad van ! Indien, als Gezant enzant'
Commiflaris gekomen, om met dezen K o ning
(die in dit zelve jaar, gelyk wy be-
vorens getoond hebben, overleden is) te
handelen; wat fchade de E. Maatfchappy
by zyn döod op eenige juweelen leed, die-
hy belaft had voor hem te malten, endie
de Koningin niet aannem,en wilde, too-
nen wy eenigzios onder de ftofle van Malakka.
Ao. 1643 w*erd de Heer Andries S o u - ^ ^ 5,
ry als Gezant van wegen onze Maatfchap- gmsuu.” -
py aan de Koningin gezonden, om haar
alle heil,met hare verheffing opdentroon
van Atsjeh, toe te wenichen.
Ao. i6 y i hadden die van Peirah, ftaan- Moord
de onder de Koningin van Atsjeh ,en m e t^ ^ f .^
ons in verbond, den fehrikkelyke nioord aan d£ou-
aan ons volk aldaar begaan , ’t geen haarzenAo.
Edelheden voornaiöen op zyn tyd te1^ 1*
wreeken.
Zy zonden ,A<>. 1656 in July, den Heer
Commiflaris Johan Truitmans met de ich'e- vc“ s ¿j’enc*
pen Domburg, en de Concordia na Ma-van Atsjeh
lakka, daar zy den 25 dito met deGezan- A0.1656
ten van Atsjeh quamen. Z y gaven hem b#?etij
by zyne inftruftie laft, om die van Peirah 00 cn*
als vyanden aan te taften, dog voor eerft
daar mede nog te wagten, tot dat men zien
zou, wat uitflag ’er öp zyne zaken, na
dat hy die Gezanten tot Atsjeh gebragt,
en met de Koningin nader gefproken zou
hebben, aldaar vallen mögt, houdende
ondertuflehen, na dat ons comptoir van *
Peirah gelicht zoude Zyn, alle vreemden,
met die Reede te bezetteU, daar van daan.
Daar op vertrok de Heer Truitmans den
2 Auguftus met de voornoemde fchepen,
en die Gezanten der Koningin, na Atsjeh,
welke Reede hy mede eenige maanden be-
zet hield, nemende uit alle vaartuigen de
goederen, die h y ’erin vond, volgens den
laft die hy van haar Edelheden bekomen
had, om daar door die Vorftin tot reden
te breiigen.
A«>. i6 f 7 den 27 July , gaven haar E-
delhedeft laft, om aie vuile moord van Peirah
te wreeken, en Atsjeh’s Reede weer
op
16fg. op nieuw tc bezetten, waar over te dier
tyd de Heer Bort als Hoofd der bezetting
(alzoo de Heer Truitmans nu niet mede
Jtomenkon) en nu voor af de Fifcaal Sy-
ben als Bevelhebber (alzoo Bort ook er-
gens mede bezet was) aangefteld wierd,
om daar na door den Heer Bort weer
vervangen te werden.
Hy had tot zynen Onderzeevoogd Jan
Ideszoon Vmk, Schipper op de Roode
Leeuw, en tot zynen Schout by nacht
den Taalkundigen Jacob Joriszòon Pits.
Moord da Au. i6i8 liepen die van Palimbang z
.Dien10p van cmze fchepen af, ettvermoordden ons
Ao iÜ<s8- Y° lk ’er °P> dac 1 j»««11 aan zeer wel
envan ’ gewroken is.
Schoutcns In dit zelve jaar bedreven die van Sillcbar
ook lebendige moord aan z Tol-
s. icoar. kea n a de F |uit NieUpoort> waar mede
Wouter Schouten in dat jaar uitgezeild,
en waar van een fchuit met volk daarom tg fä!
water aangeweeft was, van de welke zy
al het volk voorgenomen hadden te ver-
moorden, dat ook gelukt zou hebben,
zoo zy dieper landwaard in gegaan waren.
Ao. i6y8 vielen’er tufl'chen de onzen/"-'«!*
en die van Peirah eenige fchermutzelin-kb' lal* 'i,
gen den zy May voor. Zy quamen metheden de 7 oorlogsvaattuigen, waar by de Konin-moord B
gm van Atsjeh nog 30 andere voegen zou,Peirab 16
op ons af, na dat die van Oedjong S a . " d:a‘’
lang den 23 April onze logie overrom-
peld, verbrand, en verfcheide lieden van
° ” s, 200 daar, als ook op de afgeloopen
chaloep Barnam (daar zy 9 mannen van
kaut hielpen) omgebragt of gequeft hadden,
onder welke laatlle de Koopman
Groenewegen, ’t Opperhoofd van Gunft,
en meer anderen waren.
VYFDE B O O F D S T U K ,
Dfr n "% r J '’ ^ CaCi en- ^orc A°- 1 i i Ccmmigaripn na Atsjeh. GroencwC*
gen als Hoofd m Atsjeh. En Maffis r» Peirah. De Goyer ons Hoofd op Diam‘
K g D “ 3fS verfreien A°. ,660 ’t verdrag weer. Bort Commi/faris Ao
,660 op Atsjeh. Evert Michielszoon Hoofd Ao. 1663 in Djambi' Atsjeh Ao. 1 <6*
ieUgerddoor Brtter. De Commiffaris Gruis, Ao. ,6 6 f. De Heer Verfp rcetCT
Ao. i666 hier als Commtffans en Feld-Heer. Indrapotra's engeumde lucht. Poelo
£ ' nij ?; J*orde Bl“ “ oeroverd. Ao. ,66f dooden den Commi/faris Gruis.
Door den Heer Verlpreet gewroken A o ., 666: ‘t Opperhoofd der lg,fleuß Stadbouder
I « K" f . mn Mamngcabe. De Heer Pi« Ao. ,667 Opperhoofd. Padang bet
Hmfd-comptotr van Ao. 1668. Hoe veel cemptoirm wy butten Padang hadden. Ko‘
o l l s r L f j ? J S v ,‘f i Opperboofden toen. fPsjingio. Opperhoofden hier. Sillida.
Upperhoofden. Fordere derpen daar otntrent. Ons comptoir op Priaman Ao.
S S V ? Ißvo opgericht, als rn.de op Ticoe. En Ao. 1670 op Baros. Nader ben
n° ' 1670 “ ien "”s S S m hm n zieh vernederen. f fd t
goederen hser vallen. Baros > mefzyne onderhoorige dorpen, be fchreven. Onzelogit
daar Ao. ,670 weer opgericht De Inland*. Hoofden aldaar. De voornamebed,enden
van ons op Padang van A°. ,667, eot Ao. ,671. Hoe groot de bezettingzedert
Ao. ¡6 96was. Titel der tweede perjoons cnGebcimfcbryvers. IVanneer de Entei-
zen, en Franfehen zieh begonnen hier vaft te zetten. Moejclykbeden Ao. 1660 tuf-
feben Atsjeh en Dslli. De Heer Bogaard Ao, 1674. Gezant na Djambi. Ao. 1678
de Heer Pit hier Comnsißaris, met de Heer van Leenen. De Heer Hurdt vervamt
de Heer Pits Ao.i678. De Heer van Leenen verving Ao. ,679 de Heer Hurdt. Ao.
1681 oproer hier. De Heer Olitich, Hoofd der mynen, in November met volk ee-
zmden. Door welk volk die van Bajang en Troefang overwonnen zyn. Bericht van
den flegten Jiant der Mynen, aan die van Batavia, door Olitfch gegeven. Die Ao, tßs*
ftierf. Moejelykheden tujfchen die van Lampon en Palimbang. Ao. i68v de Heer
Coeper Opperhoofd hier; en Ao. 1686 door van Mechelen vervangen. Lamponzeop-
roer Ao 1686. Ao. 1687 de Heer Lobs Commi/faris,en de Heer le Sage Opperhoofd
hser. Djambi sngenemen. Ao. 1688 moejelykheden met de Engelzen over Bangceelo
en Batangkapas. Waar by zy ons veel ongelyk aangedaan hebben. Dood der oudeKo'.
tssngsn, en een nseuwe Ao. 1688 op Atsjeh. De Heer van Thye Ao. idno Commlf-
farss van Palsmbang. A°. 169z de Heer Boudens Hoofd van Sumatra. Zaken van
Djambi. Het fprtngen van Waveren, en dienften door de Koningin toen aan de on.
zengedaan. A ° . i 696 f t comptoir van Djambi geliebt. Weiland daar ook Hoofd
a l 9 F Ä I W W : A*’ ,6 97 * Heer Beertiink Hoofd der
Weß-kuft. A°. 1700 dt Heer da Cam zyn vervanger. Moejelykheden met die van
Pauw. Ao. 1701 de Heer Teding in zyn plaats. Die Ao. 1704 door de AWSchcp-
moes vervangen werd Ao. 1707 de Heide hier Hoofd. Ao. 1707 Patns Hoofd van
v n , 170 k er i n *71° Hofman Hoofd op de Weß-kuft. Ao. m z
\ . Ueel. £ <n