
Saykaido Koekakok, of de Wéftelyké Zèe-Landen, 9 jn getâl.
Strek't Z. én N. ruim 4'dagen verre*
ien heeft 3 djto* .
Strekt Z. enN. y ditoverre,enfieeît
3 dito . ,,
’ Is Z. en N. 4 dito. Verre, en heeft 2
dito.
Is in ’t vierkant 3 dito. groot, en heëît
7 dito.
Loö’pt Z. en N. j dito verre , en heeft
j ditO. . , c ■ jÉÉ|
Is in ’t vierkant f dito. reizens, en
heeft 6 ditoos. Qok is ’t het yrucht-
baarfte Van allé dé aridrè.
Is in ’t vierkant f dito.uitgeftrekt,en
heeft 4 dito.
Strekt Ö. 'en W. 2 dito., heeft geeii
ilerkten j is raede redelyk. vrugtbaar, eh
ftaat dnaèr Zàtîunia. .
Is in ’t vierkant 2 dito. réizéns, heeft
i dito. is ’t naafte van geheel Japan aart
Tsjina gelegen;, en is in zieh zelven een
mager land. Dé Lèquiôs-Eiîànd'èh ftaàn
hier mede onder j en dit is het eçnige
Landj dat in dé vorige Ôôrlôgètt, 'ddof
de Keizers gevoérd, niet ov.erwonnen is.
t TfîcuZeèh. . iy ditö.
2 Tficöfegb. •. . 10 dito.'
3 Böezeeö. . . o dito.
4 Boengö. . . . 8 dito-. .
•
$ Fineh. . . . ‘i i dito.
6 Figo. . . . Ï4 oitö-.
7 Fioega. . i • f ditö.
8 Ofoemi. . . . 8 dito.
p Zatfuma. . . 14 dito.
Deze negén Landen vèrvattëh 93 Ländvoogdyen , waar in zyn 3y Kafteelciu
p
Buiten deze Zyn ’er ijoch 2 Eilanden die onder de 9 andre behooreh 5 dog
die byzonder gerekend werden.
1 Iki, vérdceld in 2 ditö
Z Tfuflima; V, ? 2 dito
i. > ; i . Zynde t dito, in *t vierkant , ¿n zoifc
der ecriige fterkten.
i. * ; Dit is ook 1 dito, in zyn omtrek, ërl
heeft 1 ditö.
Den Heèr van dit Eiland heeft ook het
'öpZi'cnt over Cörcä, die, lenteékenvan
onderdanigheid ^ bÿ alle nieuwe Keizers
een gezantfehap moet körnen afleggeh,
en nevéns ’t aanbieden der gefchenkën
ook zyne gehöorZaatnheid aan die Majé*
fteit bewyzèn.
Koite t’zàméntrekking dezer groote Landfchapp'ën-, ifcnéVéns haarè 'dh-
derhoorige Lhhdvoögdyen, en Kafteelen.
, , Landen. Ländvoogdyen ’er ohder. KaftéëleOi.
Vôkinai Gbkäkgök. 7 T ‘ 1 * y * t . . . 44 . . . 22
Tho C^ido Sioe GokagokL. • j f . . . . . ï 22 . . , . a 6
THofendo Fàifcagôkf. . . . . 8 . . . -, . 124 . . tft? •
Î tik f -KbctekfDo ZiidkakökL 7 . . . .' . 37 . . . * . 18
San Jindo Faccakok. . . . . 8 . . I .■ k . y i . . , . ¿2
San Jpdo Facc^okf. . . . . 8 . . . j j
Nan Kaido ïtôkkagok. '7 . ' . * 2a * * 1*
Saykaido Koekakök. > * . . 9 . . . . . 93 . . I | ^
r r; . * • ’ 67 Ländvoogdyen 601 Kafteelen. 2 ft
waär bÿ vän lk i ,e ö
Tfuflima nog • z . . . . . 4 . .
Xe zamen. Dito« . . 69 , . Dito. 6oy Dito t f i
' . ’ Wat
Ä. 1684« Wat nu dit groot en mächtig land van
Dez gro-Japan verder betreft, wy hebben bevo-
tcLand- rens gezegt, dat het zelve2grooteland-
wcgfn ti weSen heeft j van welke devoornaamfte
vanJap van Seminoieki, uithet Landfchap Nan-
gatou j längs de Zuid-kant begind , en
zoo tot aan Ofacca , j en Miaco voort-
loopt j doch alzoo dezelve zeer bergag-
tig, en dierhalven ook zeerongemakke-
lykis om te bereizen , werd die wel
meeft te water genomen ^ vermits dat in
korter tyd , en met veel minder moeite,
kan bevaaren* dan wel te land bereisd
werden;
# Van Miaco nu vervolgd de weg zoo-
danig gelyk wy die in de hier na vol-
gende optocht, A. 1686 gedaan^voör-»
gelleld hebben.
. . Uit Jeao nii gaat die weg N; O: en
Noordwaards zoo al voort, tot aan de
uiterlte grenfön van ’t Landfchap Ochio^
dat ruim op 40 graaden N. breedte^ en
dat recht tegen over ’t land van feifo legt,
alwaar het tuffchen beiden al redelyk wyd
is.
Vari ’t ’ Tot Nangäto is by dejapanders onbe-
Land van kend 3. of Jeilo een Eiland is, of ook hoe
Jeflb; verre dit zieh uitilrekt, enaan wat voor
Landen ’t zelve grenft j dog wat ’er de
Inwoonders, die ’er ’t naail by woönen^
of die in dit land zelf huishouden, van
weeten te zeggen, daar over zullen wy.
nu wat nader fpreken.
Men heeft in vorige tyden, over 70
a 80 jaaren, voor zeker .en vaft gefteld,
dat het groot Land van Japan ontrent het
landfchap . Ochio aan ’t land van Jeflo
vaft, en dat het maar eenen het zelve
land was, maar dat dit zoo naauwkeu-
rig, als ’t wel.behoorde j töen niet o’n-
derzogt is, zal ons ’t vervolg van deze
reden nader toonen. Behalven.dat wy
dit ook uit deze onze Kaart van Japan ^
eh van ’t land van Jcflb, klaar-können
zien.W
at het völk zelf in ’t land Van Jeflb,
aangaat, de Japanders getuigen, dat \de
Zelve de Tsjineefen eenigzins gelyk j dog’
dat zy zeer woeft, vuil, enmöriGgzynj
maar men moet voor af ook weten, dat
de Japanders ,. die in den aard ongemeen
rein eh kraäk-zindelyk in alles-zyn, zelfs
ook de Tsjineefen (anders mede . vry net
en rein) voor eenvuilej morfligeijavoor
ecn beeftagtigc Natieyja zelf de Holr■
landbrs al medc voor zeer flordig en morfri
lig uitmaken, ■ waar by inen dan ligt af-*:
nemen kan^ dat die • Volkeren, juilt zoo
morflig en vuil, als men zieh cue anders;
fcöij verbeelden, niet zullen zyn;
Deze volkereh hu, ftaan mede onder
den Keizer van Japan, tenbewyze vän ’t
welke zy op hunnen gezetten tyd jaarlyks
aan dien Vörft fchatting komenbetalen,
gelyk zy aan die Majt. dan dok hurtne *
En des-
‘¿elfe Volkeren.
| gehoorzaamheid, eerbied, eri önderda-
nigheid , op de zelve manier, als alle än-
| dre Landsheeren, , komen bew-yzen. \
Om nu nader kennis van dit land. te A. 1684
krygen, is.A. 1^84 een Japans Prie- gaat een
fter liitdrukkelyk na Jeflo geweeft y&PfJ5
om nader onderzoek na de gelegenheid,
en uitftrekking van dien , tedoen gelyk t
bevorens meermaalen gefchiqd is 5 doch
hy wiii van geen zaaken in ’t _ byzonder.
eenig nader bericht tegeven , dan allcen^
dat hy een togt van-3 maanden verre
Landewaard in gedaan, en dat ¡hy geen
de minftc verandering van Inwoonders
ontmoet.j doch dat hy eindelyk ook ee-
nige Tsjineefche ftoffen 3. die-daar niet-
gemaakt, maar uit andre landen gebragt
wären, gevonden had.
Van waar deze nu e igentiykgekomen^ew
ot door wat Volkeren de zelve daar ge- ders mee-
bragt waaren 5 had hy niet w;el können flen»
ontdekken, hoewcl hy , met alle andrefeffoaan
Japanders, ’t naaft vaftftelde, dat zy daar ¿Svtfj
uit Tartaryen, (dat die van Jeflo, en ook is.
de Japahdörs , Daatp noemenj aange-
bragt waren. - Ook zyn de Japanders, vän
oordeel , dat Jeflo in ’t N. W. aänTar-
taryen vaft, of ten minften zeer na daar
aan gelegen , höewel dit ook maar een
blöote gedagten van ,hen Zodder eenige
de allerminfte vaftigheid, of bewys is.
Egter ftellen Zy dit te meer vaft,omdät
zy zeker bericht hadden, dat deze ftof-.
fen hier niet over Matzumay gekomen,
en. diechalyen het waarfchynelykft van
Tartaryen derwaards moeften vervoerd
zyn, . ¡ja ‘ • ft \
Ontrent.,dezen zelven tyd is ’er öok'Nadefon-
een Keizers-Jonk , die nü ,(A. .1686) pas deraoek
afgelegt was , door uitdrukkelyke laft^aar d<>or
van. dpn Keizef (zonder welke niemand
buiten’s larids reizen, of ergens na toejont
ejenig onderzoek van eenigelanden, doen gedaaa* r
mag) van de! Qoft-Kuft van Japan af 3 in
Zee gefteken, om te zien, wät landen,
qf Volkeren men zou können ontdekkenj
dog die Schipper 3 weder gekomen zynde
, wift njet anders te verhalen, dan dat
hy , na eenigen tyd in de groöte Zee^;
zonder cenig land tezien, gezworvente
hebben, (vari voornemen was, weer nä
huis te ftevenenj dog dat de zware ftor-. Dat io
men, en buiten-gemeene harde windenoieuw
Uit den zuid-weiten, die hem oVervielen,
hem tegen wil en dank zeer verre om de^chyn(j
Ooft; vervoerd, en eindelyk in een grpot veryalMa
land, dat hem toefeheen,een vaftc Kuft tez7n<
te wezeri, gebracht hadden, alwaar hy,;
na veel fukkelens in edn Zeer goede Baay
geraakt, en, den ganfehen win.ter-tyd oyer-
gebleven, gelyk hy in ’t. laatft vän dat
Noorder-Möeflon weer behouden i Japan
aangeland was;
- Deze Schipper (de eenigße Japander,
die kenni$ van de groove Zee-vaart bad)
C 2 io