
Groote
Ri vier
Mer.
dèze ruftplaats , en ftelden onzen cours
längs dit riviertje Z. W. ten Z. ,*6 mvl.
Van daar W. ,s myl. Toen Z. ten W.
i myl, als mede W. ten N. f myl, ook
W. ten Z. i myl. Van daar veranderden
onzen cours, en trokken toen Z. W. ten
W. ' myl. Van daar Z. ten W. 1 myl,
als mede Z. ten O. i myl, en W. ten
Z. f myï. Toen W. j myl. Van daar
W. N. W. f myl, en W. ten Z. \ myl.
Van hier veranderden onzen cours , en
marcheerden W. Z. W. i myl. Toen
regt na de plaats van ons verblyf, de cours
Z. W. ten W. U myl, daar wy ons ter
nederfloegen. Waar längs een rivier
heen liep, meerendeeis veraroogt j doch
hier en daar wät water, maar brakagtig.
De landftreek by ons dezen dag gepas-
lèêrt, was meerendeeis effen, maar zeer
diep van zand j doch nog redelyk van
gras, maar fchaars van brandhout voor-
zien. Onze gegifte cours en verheid Z.
W. ten Z. 3;- myl ; de gegifte breedte
van 30—$ min., en lengte van 37— 37
min.
Saterdag den 17 dito. £
Bleven wy hier leggen, en dezen mor- ,
gen zont de Ed. Heer Commandeur van
hier weder een Sergeant met den Stuur-
man, en eenig Volk als vooren, om naar
de zee te gaan. De zelye namiddag we-
derkomende, berigtten , dat zy aan de
zee waren geweeft W. ten Z. van ons
a f , en hadden aldaar bevonden een vlak
en efFen ftrand, zondér de •minfte branding
tegen de w a l, maar hadden geen
bequaamheid ter wereld gezien, om daar
met een fchip aan te komen. Zeiden ook,
dat zy aan de rivier waren geweeft, daar
wy hier beneffens lagen , . die aldaar in
zee uitliep. Als mede, dat de zee daar
wel 3 mylen verre infpoelde, zoo dat zy
voor ons geen plaats hadden gevonden,
om ’er te können leggen , dewyl daar
ontrent geen gras nog zoet water was te
Vinden. öndertuflchen was de Ed. Heer :
Commandeur het gebergte vifiteeren, en
bevont aan de overkant van de rivier
eenige Er tz, welkegoed Mineraal fcheen
tezynj aan ’t Welke hy aanftonts lièt ar-
Ertz hier, beiden , om daar van mede te riemen , en
naderhand proeven ’er van te maaken.
Sondag den 18 dito.'
’s Morgens, zynde dyzig weder, zont
de E. Heer Commandeur alle onze Hottentots
u it, om na de Z. Zydè van Ons
na zee te gaan, en om met eenen te
onderzoeken, of aldaar geen baai, of bequame
plaats, om te leggen,- te vinden
was. Ook wiert den zelven dag een fer-
geant met 4 man uitgezonden na ’t Nopr-
den, om te.vérriémen, wat gelegenheid
zieh aldaar zoü opdoen. De zelve, tegen
den avont wederkeerende , dedé berigt,
dat hy aan een zeer groote rivier geweeft
Goede
was , die hy hier en daar met groote l6g..
kuilen water, maar anders geheel droog,
en van hout en gras overvloedig voor-
zien, gevonden had. De Hottentots
quamen dezen dag niet weder te rüg j en
aan ’t Mineraal wiert nog gearbeid.
Maandag den ip dito.
Zynde dyzig weder , waren genood-
zaakt nog hier te blyven , om orize
Hottentots in te wagten, die tegens den
avont eerft weder quamen , brengende
befcheid , dat zy ter plaatze , daar de
groote Doombolch - rivier in zee loopt,
hadden geweeft , en hadden daar, zoo
verre zy konden beoogen, het ftrand zeer
vuil en klipagtig gevonden } als mede,
dat het van gras en water niet voorzien
was , waarom befloten wiert na de ge«
dagte rivier, by den Sergeant gevonden,
te trekken. Dynsdag den 20 dito.
*s Morgens met mooi weer trokken wy
van deze ruftplaats, en marcheerden N.
W. aan 4 mylen door een zeer diepen zan-
digen, en hier en daar heuvelagtigen weg ,
tot dat wy quamen aandegeaagte rivier,
aan de welke wy ons ter nederfloegen,
en bevonden aldaar ’t geen ons van den
Sergeant berigt was. De gegifte breedte
2p—36 min., en lengte van 37—16? min.
Woensdag den 21 dito.
’s Morgens met mooi weer vertrokken
wy van de bovenftaande ruftplaats , en
ftelden onzen cours N. W. ten W. 3?mylen
, en hadden de rivier ter regter hand
van ons, marcherende de zelve niet längs,
om de groote en menigvuldige bogten,
die zy heeft 5 maar trokken al . regt toe
meeft over ylak en zandig land, als alleen
een kloof, tot dat wy weer aan de rivier
quamen , daar wy ons ter nederfloegen.
Hout, gras, en water, was hier, als voo-
ren. Wy giften ons op de breedte van
zp— 27 min., en de lengte van 36—72,1
min. te zyn. Op den namiddag zont de
Ed. Heer Commandeur ’er een met eenige
manfehap uit , om te vememen , hoe
’t aan zee zieh opdedej die in den avont-
ftont wederquamen, en befcheid bragten,
dat zy tot | myl na aan zee waren geweeft,
boven op een berg, daar by leg-
gende, van waar zy, nahünne meining,
een baaitje hadden gezien , in ’t welke
deze rivier haarwater komt te loflenj en
waren ook beneden in de rivier geweeft,
in de welke zy nog. goed water en gras
gevonden hadden , maar zy was t’eene-
maal ontbloot van geboomte.
Donderdag den. 22 dito.
Bleven wy hier leggen , omdatdeEd.
Heer Commandeur aan den berg liet werken
, die hy oordeelde Mineraal ip'tc
hebben.
’s Morgens ten 6 uuren met mooi weder
ver-
1680 vertrokken wy van deze ruftplaats, en
ftelden onzen cours van daar regt W. Z.
W. tot aan dien berg daar de Sergeant
op geweeft was* Alhier fpanden wy
onze beeilen u it, tot dat de Sergeant,
die na zee gezonden wiert, om aldaar
een bequame plaats uit te zien , om te
können leggen , weder te rüg quam,
die , na dat hy ontrent 2 uuren uitge-
weeft had , berigt quam doen , dat hy
een bequame plaats aan ftrand had gevonden
, waar op de Ed. Heer Commandeur
aanftonts belaftte de beeilen in te fpannen,
en vertrokken toen ’s namiddags ten z
uuren na de zeeftrand , alwaar wy ons
zelven aan den uitgang der rivier nederfloegen
, en hadden ’t verich water en gras
ontrent ? uur van dit ons kampement ;
geboomte was hier niet, als kreupei-
Swaarge- bofeh ; maar aan de zeeftrand vonden wy
hieran ^waar geboomte, welke daar waren
ftrand. opgefpoelt, dat ons dede begrypen, dat
hier ontrent een groote rivier, met fwaar
geboomte bezet, wezen moeft, daar de
zelve van daan quamen, temeer, om dat
de Hottentots ons hadden berigt, dat in
. de rivier , by hen genaamt Eyn, en by
ons Vigiti Magni, zeer Iwaar geboomte
gevonden wert, de welke zekerlyk niet
verre van hier legt, om dat wy by de
Ämacquas Kraalen verfcheide van die
Hottentots, Kameions genaamt, die zieh
aan de zelve onthouden, gevonden hadden
} welke wy toen daar na ondervraag-
den, maar zy wilden ons daar van ganfeh
geen onderrigting geven. Dezen dag
was onze gegifte cours en verheid W.
Z. W. 34 mylen , de gegifte breedte
2p—-43 min. , en lengte van 36— 414
min.
Saterdag den 24 dito. ,
Bleven wy hier leggen , ter oorzaake
datwy niet willen, of verder water konden
bekomen, als mede om het gedagte
baaitje te bezigtigen, ’twelk wy bevonden
maar een inbogt te zyn, t’eenemaal
onbequaam om eenig vaartuig ’er in te
können bergen. De Ed. Heer Commandeur
zont een Sergeant met eenige manfehap
uit Noordwaarts aan , om verder
längs ’t ftrand , cn in het land tezoeken,
of daar geen water te vinden was 5 die ,
in den avontftont wederkomende, berigt
deed , dat zy op 7 mylen weegs land-
waarts, nog aan ftrand,. geen het minfte
water hadden gevonden. Op de middag
hoogte genomen zynde, bevonden alhier
op de breedte te zyn van'2p— 77 min.,
en lengte van 37— 18 min. Volgens de
gebeterde cours en verheid zedert den
13dcn Well 4 graaden Zuidelyker 16 my-
Miswy- len 5 en hadden hier de miswyzing van
zing van ’t Compas 17 graaden 27 min. Noord-
nCompas weltering, geooferveert met een Compas,
* .welkers maß in ’tkruis legt.
Sondag deti 27 dito. i6Ü<.
Zond de Ed. Heer Commandeur twee
van zyne wildlchutten , nevens tien van
onze Hottentots weder Noordwaards aan,
hen Vi£lualie mede gevende voor twee
dagen , om te bezien hoe wyd van hier
water te vinden was. Öndertuflchen vont
deStuurman j myl van ons na ’t Noorden
een zand-baaitje , ’twelk na zyp oor-
deel bequaam fcheen te zyn, om by nood,
een kleyn vaartuyg’er in te bergen. Hy
peylde ’t zelve a f , en bevond het wyd
te zyn, 1 myl, en inwaards j myl, en na
oogen - fchyn, van een bequame diepte j
dog bevond zieh in ’t miaden van den
ingang een zandbank te leggen , waar
op de zee met laag water äanbrandde,
maar lag, na zyn gifting 5 4 vademon-
der water, ’s Avonds hebben wy de zon
gepeyld met een Compas, dies de naajd
paralel lag , en bevonden de miswyzing
te wezen 7 graden 48 min. Noordwefte-
ring,
Maandag den 26 dito.
Tegens den avönd quamen de twee gedagte
Wildfchutten, nevens de Hottentots,
weder te rug, endeden rapport, dat
zy ontreht op 8mylen weegseen groote,
dog drooge, zand - rivier hadden gevonden
, hier en daar verzien met eenige kuy-
len, meeft brak water , zober van gras ,
en zonder brandhout, endatop ’teynde
dezer rivier een Baay lag. Als mede ,
dat zy wel twee mylenv benoorden die
rivier waren geweeft, en daar aan ftrand
een kleyn Fonteyntje, met redelyk goed
water gevonden hadden, dog niet ge-
noegzaam verzien , om ons en al ’t vee
te drenkeq.
Dynsdag den Z7 dito,
Commandeerde de Ed. Heer Commandeur
een Sergeant, Stierman, en eenige
Manfehap , ora te zien , of zy orq de
N. O. tulfchen de gedagte rivier , en
deze onze ruftplaats, geen water konden
vinden, die ’s avonds weder quamen, en
belcheyd bragten , dat zy op 6 mylen
weegs wel een goed pad, maar geen water
gevonden hadden, waar op gerezolveerd
werd nogmaals een Sergeant na de voorlz
rivier tezenden, om het naafte pad, daar
na toe gaande, op te zoeken.
Woensdag den 28 dito.
’s Morgens met den dageraad vertrok
de Sergeant met den Stuurman, 6 man,
en twee Hottentots, gevi&ualieerd opi
twee dagen uytteblyven, en belaftnaau-
keurig te onderlbeken , of onderweeg
geen water meer te vinden was.
Donderdag den zs> dito.
Tegen den avond quam de Sergeant
met zyn byhebbende manlchap weer te
rug by ons, en rapporteerde, dat zy de
zelve riyier gevonden , gelyk de Wild- '
fchutten verklaard hadden 5 dog de baay
oör