
B Y Z O N D E R E Z A A K E N
V A N
S U M A T R
D ERDE H O O F DS T U R.
BYzondere zaakenvan Sumatra. • Oude en fechte warn van dit Eiland. Wat men
daar af in Alexander Mi tyd9 often tyde van de.Ketzers. Auguftus,. en Aurelia-
nus9 geweten heeft. Marcus Paulus de Vpnetkan fpreekt 'er Ao. 1 2 6 9 aller eerß
met zekerheid , dog duifier, af. En voat hy ons daar van verbaald. Ryken, noch
beden daar behend. Wat by in bet byzonder van Pa.ntsjoer zegt,. Nader bewysdat
Sumatra by anderen ook Java genaamt is* Hy: fpreekt ookvan V Eiland No euer a.
Wat de Portugeezen van Sumatra zeggen. Dat allereerß Ao. iyö6 door Alvaro
-Telezzo ontdekt is. Siqueira maakt Ao. 1509, een verband met den. Koning van Pe-
dir 9 of Atsjehy en met die van Pafem. Ao. 15:11 vernieuivt Alfonfus Albukerk?*
- verbond met die Köningen, ln Pa fern hadden de Portugeezen As>. 15*22 een Slot-
voogd. Ibrahim, Koning van Atsjeb, doet eenige Portugeezen .vermoorden. Zyu
•wreedbeid tegen zyn ouden vaderen de Köningen van Pedir en Daja. Hy veröverd
Patern. En verjaagt al de Portugeezen. Veroverd ook Aroe9 en andere Ryken.
Ao. iyaj* taft hy Simon dp Soufa aan9 die zieh doodvegt. Handeid de gevangenen
zeer ivel9 om Pieter de Fär te misleiden. Dat eenigen bet leven koft. Hy zend Morales
met een gallioen9 en vslk+ die hy ook veroverd. Ao. 15-29 lokp by nog meer
Portugeezen in ’ 1 net 5 die by vjeer doet vermoorden. De verrader Sanaje geftfaft»
2 Hy belegerd Malakka Ao. \yxy 9 te vefgeefs9 eh tvefd twakker geklopft Andrea Fur-
tado doet Ao. 1601 op Atsjeb, en Sunda een Vefting bouwen.
Bytonde-
rezaaken
van Suma*
•ra.
Oude en
rechte
naam van
dit Eiland.
Wat men
daar af in
Alexander M.
N A dat wy tot dus verre Sumatra
in.’t geraeen, enook iri ’tbyzon-
der befchpuwt hebben, zullen
wy nu eens de byzondere zaken; ons daar
af bekend, voorftellen, en met eenen na-
vorfchen, wanneer ’t zelve eerft aari de
oude, mitsgaders aan de Portugeezen, en
ons, heeft beginnen ontdekt te werden.
De rechte naam vandit Eiland isbyde-
ze Inlanders van de oudfte tyden a f, niet
Sumatra, maar Andalus, o f Andelus ge-
’ weeft, en zommige hebben het ook wel
Maningcabo (dat egter maar een byzonder
Keizerryk daar op is) genoemt.
Men w il, dat dit Eiland al in de tyd
van Alexander de Groot bekend, en Me-
gafthenes zegt, dat Oneficritus, een van
zyne Scheeps-Hoof den , o f Zeevoogden
(gelyk hy by Arrianus als een gebieder
van ’s Konings fchip, voorkomt) daar na
toe zou geweeft zyn; maar wygevenMe-
gafthenes zeggen niet het allerminfte ge-
loof. Ariftoteles de Mundo noemde het
Taprobane: maar wie heeft ons nog regt
gezegp, waar dat legt ? Ik weet wel, dat
de ouden daar veel af geichreven hebben;
dog zonder grond, o f vaftigheid, en wel
1 zoodanig, dat wy tot nog toe Jum..regte
meening daar over niet weten. Meerzou-
den w y daar over:l^r-keggdri ,¡¡200# y in'1
ons eeffte. P eel, en onder Gedons ftofft,
j niet reedsiin ’t hreededaatr.:oyef gefproken .....,,
1 haddenr; waar aan wy ons gedrageni; v .j
| Obk geeft men. voor i, dat ’er in Keizer o f tCn tyd«
| Claudius tyd Gezanten « van Samotra (aop van Augu-
Plinius 1. 6. cap. 20 zegt) te Romen zou- ftus.'en
1 den verfchenen zyn, welk Samotra, zon-Aurcliana*
der eenige verdere grond, als om dat jptfg^c,
I ’er zeer naby in klank komt, men vaft-
fteld een en ’t zelve met Sumatra te zyn,
’ t geen wy egter niet toeftaanj dog om
ons al Verder te overtuigen, voegt men
’er b y , dat ’er ook nu nog oude gedenk-
penningen (door den Heer Cuperusinze-
ker werk) vertoond werden, op welke
men Sumatra, en ook Olifanten ziet, welke
penningen ten tyde van Keizer Aure-
lianus geilagen zyn.
Ik wil niet wraaken nog tegenfpreeken,
dat ’er zulke penningen zyn ; maar zal ’er
dit maar alleen op zeggen, dat, Zoo het
alles, zoo wel van die Gezanten, als van
die penningen, en van den togt van One-
iicritus na Sumatra, al volilagcn bewezen
U « 9. en waar was, en ik ondertüfleheb van
. Sumatra niet anders, danalieett ditjbyde
»uden ontdekke, zuix by my evtn veel
i Sumatra vöor de ouden; geheel
iyerbbrgen-, en als ö f’er riög ni'etä'af was
• ontdekt geweefti v'alzoo z.y-’er niets Herder
a f melden;-v r !
,' -Veel meer zWaf^heid- zou m^ii rnbge-
■ j f k ontdekken, als de ouden eehs;moieften
bepalen^ waar dog'dit Samöt'rä in'Ihdien
| gelegen was, te meer,dewyl Strabo 1. iy .
. Ons aänwyfl: (w’aar over wy in ön's’eerite
Deel van dit werk breeder fpreekenj hoe
Mer de fchryvers van zyn tyd; ö f onder
Keizer Tiberius, over de zaken,'Indien
betreffende 9■ oVer hoop lagen!.
I Dierhalven zeg ik vlak uit ,:''dar ik niet
zien kan, däir de buden Sumatra gekend
hebben j want was dit waar, !zy Siöüddh
^r tons ten minfteh icts van )gezegit'i hebben
, dar ons ’ zöu können döen denken;
dät'Zy vaneen en;de zelve 2aak fpi^ken,
waar van wy na' -Jiahdelen ; daäf. onder-
tuflchen allesj dat zy daar van onder den
onzekeren naam van Tapfobane zeggen j
zoo: befpötfelyk is'i; dkt' fe t ’er'ni^ hpt aL
lerminfte na gelyki, Zoo dat zy^vCel be-!
ter gedään Zöuden hebben, irietdäafniets
äf te zeggen, dan met. ons zäke.nf tp verbalen,
die- nog na ’ c Eiland Su.matfk , hog
nä de zeden van deZe Volkeren gilj^cfeni
. En Wat wondfcr is ’t,dat dpöüd'endaaf
; van maar even eens ,ais de blinden yah de
vköleuren , geipföken, en ’er W ¿faden
:i.: ;.hebben, dewyl ons zöo. veelrtedyrenjääär
. öa-nög-kömt Te biykieh jmethbevd^üi-
.. 1 ^^heid' en onkunde inen ’er toen riog af
geiproken heeft. ' :
Wat Mar- r Marcus Paulus p » ^ de -V* etitiicbtuiädadhu ,j’ ceeenh obee-—
de Vene- f‘oem^ reiziger, maar , myns oordeels', eert
tiaan ^ ch t befchry ver van zyne reifcdh,
ons tüten!er ttiet veel ihet vaftigheid af nayerr
^aai v1j ^an» is de eeffte', en öpk de; eenige
Vernaald. (my bekend) die ons Ao; \ z 6 ? f o£ ’in de
daar aan völgende jaren, eenig lit)itöhtretit
dit* Eiland Sumatra geeft. *'• / -:!I
In dezen tyd Ichynt na zyn verfiaal de
Keizer van T^rtaryen 9 o f China j hiet Alleen
öok Opper-Heer van verfcheide Eilanden'in
de Indilehie zee, maaroök;0 p-
pervorft van de tivee gfooteEilandeii'j fz-
va en Sumatra (Welk laatfte tedier tyd öok
kleen Java genaamd wierd, hoewel andere
’t'Eiland ßali dien naam geven)‘geweeft
:;;te-Zyft.;:; '
' Ook is hy (völgenjZyn verder verhaal)
. . kelfop ’t Eiland Java toen geweeft, en be-
.. fchryft ons Sumatra,als een Eiland, waar
op ngt Koningryken, .die hy. zeer wön-
dra^k', hoewel'¿gterzoo niet, befchryfr,
. ,of de voetftappep daar a f zyn nu' nög ha
' Jte ^)eüren, en alle die Ryken nögklihit
: .oe' InÖdder v^h yergetenneid weeir op te
r Dus ipreekt hy yaü Féríech in de pláats
van Perlac, eeh mifllag, by de óníftindi- u6á .
gen m de Maleitze en ArabiZe letter; be-
gaan, alzoo de Arábiérs. geen P. hebben-
^ ’ ik F . daar Voor gebruikéh, behal veri
dat ook die twee.letters -niets fer Weréld
tn gedaánte, dan mäar in twee ftipperi
verfchillen: Want de Fa heeft by de
AráWers maar eche, ftip, eii de Ü Pa by
de Maleyers buiten dat hü
de Maleyers ook wel zééf dikwils böveri
de Pa maar -eene ftip (ybör de taalkundi-
6e?. dC traiöfte.ijioeite) ftellen, vaft:
Itellende; dat dé erváterí Lezer wél z¿ér
JK^bit^den zin .zien. zal, dat;’er,fchöori
er Is ^ ftaat 'j een Pa mede semeend
Werd.
. —/ , dat hief óp Sumatra Ryfech i '
was hetRyk Basmari, waar mede hy hetnoS*ie^
álpud eh^éeí berberrid^Ryk Paff Wil t e f e b¿'
kennéh' géyen- dus fpreekt hy ook van
Sáítiata, dat ’t näaft' ichyrid S'omotdara te
!E 5 > DrfS°ia“ äöder, ds'n AnaWgifi
zyn; uambri n i e t a r id e n , dän Djarri-
biV eri zyrt Fanfur niec 'äridprs, dan het
P a n t/ ö e f ’t' wdk ’er nu inet
die n^am’ hier meer bekehd.is.
. Hkarn'pa Pantfo'iäi^'^^''ypfmäaird Dig-
Fantfoer geböörtig, heeft ons
äat. K ^kzeer
aári t dé, Nbördkarit.J ^eeri;- ft uk‘ be weiten
9 ís'eértyds'zeei* härider-,
en zotí ten éenéf°
‘7 :vergéethp¿k';géhákt z’yrt, zpd
w MkleitfcKe 'Sjaiéís^ ¿PjSréditihtéri. Van
HH^^*yäriäberi;ä'i(, ¿fét.Wédér haddth
ffoerí! ^kent wrrdéiir''
D e Z e ' f t á d P a n t f 6 e r rJ i e e f t ö ö k h í á r é i ) S
P a u l u s ; b e z o g t j e i l ; F ä n i u r , ir i d e p f c a t s
Väri P a n t iö e r ^ g e n a a m d , o m d a 't in e n f c h e q i ;
d i e c M a l e i t s n i e t w e f l e z e n k o n d e n , e n
F , ö f t e ,
P (gelyk wy bevoieñ§ pvér*t w o ö p d Ífcr-'í’
' ^driden) wetehde ; hem dat /aldiis
i'.^»gcgeVen:hebtfen', öm dái; het
w^atfcfiyjjelyk in een 'Ätaihifch' gefchri^t
ma^r tnereen^ tÄr Fa, 'iri dé plaatsVaneen
cJ í Pa., zal dítgedrukt' géweeft zyn.
H y zegt Ook , dat dit Pántfóéf toen War hyiü
v&blyf-plaats van' eSfiKöriiiig Waá, ’r byzo«-
die 'over* niet' kndicnap'T'clkai- pritrént- gé- ^cr van
legen, 'heéWfchte, éií^bld dít in ran g^ ¿Pai,troci
het ¿ Köningryk vitñ 'Ideen. Javäj geiyfc1' 8'-
hy pok dit kr af aanteekend: FanJUr u
¥ ¡ » M W IH B K itzicb
ih ,ze,l’‘¥ f f AJitien 'dän'.
bidden 9 én dén groóten Can (of Chato yah • .
Yaftatyen en .Chinajfjirkehnen. Aldadr y'dlt
’t i ß i cdtofer 9die ’¿r W:yindeniSy en d%
zy Catof>r van Fan fur noetoen, beter als de
andere ffiftyk zy toéde t'egén goud¿ ingelyk
gewigt ‘9 bfitddti lyerd. J f
I De.fyrifte eh befte camfer hü, dip.he-
^¿n riögdjj ßarös, erí dááröfntrent, Valf
(HpeWel zy ook ’ op Börneo en in Jápah j ;
dbg hiet' zbp goed , ais deze, geVdrideri
^ I WerdJ