
Rand- Ao. 1Ö78 den 30 September is den Be- .
ioen &c. velhebber hier, en zynen tweeden, het J
van den zelve randfoen, &e. als aan den Landueufh
voojzd, en bebber s » . den tw.eeden van de kuft Cho-
en TWe- romandel, toegelegt.
de Ao. ' Hoe iig de faaken op defe kuft in de
1678 be- yolgcnde jaren tufjchen ons en den Sä*
Veihaal moryn gefchikt hebben, is my onbekend;
van den dan alieen, dat wy A<>. 171 f moejelyk-
Ooriog iieden met den zelven kregen, gelyk die
melden °°k cot ecn openbaren Oorlog üitgeber-
Samo- ften is, foo dat wy in September defesJ
iyn. Jäars genoödfaakt waren 1 f7'3 koppen,
onder de de Kapiteyns Alexander de
Pluyes, Holeyfen , van Pöor , en meer
andre Hoofden, van Batavia derwaart te1
ftnden.
Men oordeeld, - dat defe geheele Oör-
log zynen oorfprong door een önvoorfig*
tige en qnbillyke daad van den Bevelheb*
ber van Malabar, Barent Ketel, geno*
men heeft, buiten laft van haar Edelheden,
en tegen orts verbohd, fich aängema-
tigd hebbende 5 om , in plaats van de
Houte Vefting Wilhelmus, by de Rie-
vier Sittoewa, 50 mylen benöorden Goe-
tsjien , by veroudering tc vernieuwen,
daarenboven iiog een fteene -Vefting, een
Snaphaans Schoot daar af, te bouwen.
De Samoryn, dit niet könnende ver-
dragen, dede verfocken, dat hy die wilde
laten afbreken , >t geen fiy met genegen,
zynde, foo is die Vorft met een leger
daar na toe getrocken, om die inet
geweld te doen afbreken.
De Heer Ketel trok hem tegen j dog
kreeg, alfoo hy te zwak was, klop, en
verloor 40 man, ibo dat hy weer na
Coetsjien ging druypftaarten; dog pas
van te voren had de Samoryn die fteehe
Vefting, eer zy nog voltoyd was, ingc-
nomen, en 50 man van ons volk verfla-
gen.
Ondertuflchen verfcheen de Samoryn
voor de houte Vefting, die döor eenvaan«
drig van ons verdedigd Wierd; de welke,
fchoon hy het den vlugtenden Heer Ketel
gevraagd had, een leer Hegt befcheyd
bekomen hebbende (dat hy fien kön, hoe
hy ’t ftelde) en niet in ftaat zynde, om
des Satnoryns magt te wederftäan, beft
oordeelde, de zelve onder goede voorwaardc
aan dien Keizer over tc geveh.
Kapiteynde Pluyes vertrok A°. 1718
na BataVia, en quam op de Reyfej ih de
ftraat Sunda te fterven.
. De Heer Ketel wierd hier over hä Ba*
tävia door haar Edelheden opontboden,
öm dit'Zyn wangedrkg te veranewoor-
den, ep in zyn plaats de Heer , Har*
tenberg , als Bevelhebber van Malabar,
dog als Veld-Heer de E. Heer W illem
Bäkker , buyten-gemeen Raad Vari
Indien, en als Twcde, nevenshem, dt;
Heer Sergeatit Mäjoör, Hans Frederik
Bergman, den 16 September A°. 1718
met iyoo man van Batavia herwaards
gefönden , met de Heeren Kapiteyns,
Henrik Vuyftman, Dirk Tempefel, Jan
Frederik W arnik, Philip Vogel jen Mat*
thys Born, die te dier tyd Van Luytenants
daar toe gevorderd werden«
Men taftte rbet ons leger, zynde j ö ö ö
blanke en fwarte koppen,en met ifoöo
van den Koning van Coetsjien* fe Tarnen
18000 inan fterfe, den Keizer, die
wel eemgfins in ’t eerft verongelykt was,
maar die ons nu fiog meer verongelykee,
en na geen reden luyfteren wilde, dapper
aan, en dreef hem, na dat men ee-
nigen tyd feer hevig gevogten had,ette-
lyke mylen Landwaard in, op de vlugt.
Defe Oorlog heeft den Samoryn on- Vre4e
trent 3000, en öns zOo koppen gekoft, A0.1718
ende HeerBakkerheeft Eyndelyk in *t jje°r<^
begin van A°. 1718 het foo verre ge- Bakket
bragt, dat ’er een Vrede tuflchen ons en met den
zyn Majefteyt getroffen is; ’t welk wel Samoryn
een gröote doom uit de voet der E. Maat- semaa
fchappy Was, alfoo zy fich, buy ten dien,
met een vry zwaarder Oorlog op Java
belemmerd vond. Om egter nog een
netter begrip van de faaken van Malabar
te bekomen, zal 00k feer dienftig zyn
’t vertoog van den Heer Huftäärt over
Ceylon en Malabarj den 18 December A°.
1884 aan haar Edelheden overgeleverd,
en onder de ftoffc van Ceylon te vinden,
gelyk mede de Memorie van den Heer
: van Goens aan den Heer Huftaart over
I Ceylon en Malabar gegeven, na te fien.
En hier mede zullen wy de Algemey-
ne faaken van Malabar, voor foo ' verre
het wereldfe betreft, befluyten.
V Y t F -
¿aaken
van den
Gods*
d i e n f t o p
Malabar.
Van de
Heydenfche
Godidienft
alhier.
V Y F D E H O O F D S T U K . •
iyA aken van den Gods-dienß op Malabar. Fan den tieidehfeben Gods-dienß alhier.
M-J Worelis-during. Fände Mobbammedaahen. Fan den Joodfin. Fan den Cbriileh-
ken Gods-dtmft alhier p , St. 'Thomas Cbriflenen. Hoofdftukken van banne Leere.
r L a . 1 A r A °' k f ° i a l op C ° y lang A *- * f ‘ 8 ’* rerße Kloofler te
i f , " ■ IT4Z btmi Xaviet hier. JFat door bem, en andre , hier verriebt is.
Groote bekeenng in, en ontrent Goa ha A». iflS . Einige Aardsbijfchopen van Goa;
ran den Hervormden Gods-dienß alhier. De Predikanten van lyd tot tyd hier oe-
plaagt. Lyß der Coetsjienfe Predikanten.
1 Z A A
V A N
G O D S D
o
M A ’ L 1
p de kuft van Malabar zyn
Vierderley Godsdienften be-
kend.
De Heydenfche, Mohham-
medaanfehe, Joodfe; en de Chriftelyke.
Van den HEIDENSCHEN GODS-
DIENST.
Uit *t gene’ wy onder de ftofte van
Choromandel, Suratre, Bengale, en
Ceylon reeds gefegt hebben, over den
Godsdienft der Heydenen, is genoeg ge-
bleken, dat die fich 00k hier op Malabar
verfpreyd heeft, endat de zelve in hären
grond een en de zelve is, körnende ten
groote'n deele met die der Benjaanen, en
Jentiven overeen,en meer in de naamen,
dan in de faak, verfchillende. rLy beßaat in
ecn verfoejelyken dienft van de zelye Af-
goden, Hoofd- en mindere Goden, die
wy daar reeds befchreven hebben, en welker
vervaarlyke beekeniflen men na ’t le-
ven by den Heer Baldcus kan afgebeeld
fien. Men vind onder hen .7 voorname
fe6ten,van welke fommige Viftnum,andre
Ixora,en andre weer een ander,voor
den opperften God houden.
Hunne voorname Goden Ixona met zyn
16 handen en ’t 00g in zyn voorhoofd
ltaande , hunne zwarte Viftnum met
zyn 4 handen, en zyne veranderingen,
in een Vifch, Schilapad, Verken, &c.
(by andre Wifchnoe en 00k wel Perumal-
Dirunanum, Kiftna, &c. genaamd) Bram-
ma met zyne verfcheyde Hoofden, hunne
onbclchaamde Quiyelinga , (veel
K fe N
D E N
I E N S T
p
k b a r.
erger dan de Priapus der Grieken en
~?.1? cynen.) hunne Quevehadcn met zyn
Glifams-Kop, en meer andre van hunrie
verfoeyelyke en af fchuwelylce wangedroe-
ten, zyn ons klare bewyfen van de bekla-
gens-weerdige blindheid derMalabaarcn,
zynde het onbegrypelyk,hoe menfehen,
die in andre faaken van ecn feer net oor-
deel en begrip zyn, Ach aan zulke dwa-
fc en befpottelyke gevoelens können d-
vergeven, en hoe zy met zulk een eer-
bicd Goden , die zy zclfs met hunne handen
gemaakc hebben, können dienen.
By hunne Tempels of Pagoden hebben
zy 00k doorgaans Tanken, of Wa-
terbakken,om fich te füyvcren. Zy bid-
den niet alieen.verfcheide beeiden,dieren
en wanfchcpfels,maar 00k de Son en Maan
aan , verheugende fich feer op de nieu-
we Maan; maar als het eclipfis of Maan-
fwym is , rafen zy geWeldig , vaft
ftellende, dat zy de Maan dan wondei>
lyk helpen, en dat zy dan den Draak,
met welken zy in ftryd is, en diq, haar
tracht te verflinden, te eer verjagen
Hoe die van Canafa 00k de gewoön-
te op zckereFeeft-dagen hebben van hnrr.
ne Goden op een Praal-wagen om re voe-
ren , en hoe fig diegene gelukzalig ag-
ten, die fig onder de, raden der zelven
laten verpletteren, halcn wy hier niet op,
alzoo dat al elders gemcld iä.
Schoon zy niet net Weten aan te WereWs
wyfen, hoe lang de wereld geftaan during.
I heeft, weten zy egter te feggen , dat
de jegenwoordige eeawe , by hen
P 4 Ka