
2 1 4
en zwaar
geweeft.
B E S C H R
op malkandren zyn te zetten;
mits ’er toen nog vry meer pilaaren ove-
rig waren, en nog een der Griffioenen
(die men nu mift, en in de teekeningen
van den Heer de Bruin piet viud) ta zien
Wat dit ritt voor een pragtighofmoet
geweeft zyn, daar zoo veël fchry vers van
gewagen, en over welkers verwoefting
zy den wereld- V orû een vuile ftreek aan
zyn eerkleed geven, is genoeg aan deze
ovcrblyfzelen te zien, m ’t welk mqn by
nader onderzoek boe langer hoe meer
merkweerdige zakenbefpeuren zou ^ gelyk
; ook waarlyk de bouwing', ’t geen
daar nog a f te zien is , wel onder de
wereld-wonderen met regt gçftcld mag
werden. De vlakte hier rondom, bezet
met bergen, is Mardafio (zekerlyk enei-
gentlyk Mardasj) gcnaamd, die wel 3 y
a 40 mylen in zyn omtrek, en veèl loo-
pend'e rievieren, die ’t Zaeyland bevög-
tigen, daar in heeft.
Hier hebt gy zonder oppronking, 00k
zonder iets uyt andere fchry vers aan te
halen, de jegenwoordige itaat van dat
Paleis na waarheid befchreven. Niet
verre van hier zyn nog 4 a fZulke graf-
fteden, en nôg twee by malkanderen ag-
ter Perfepolis, waar nevens 00k Rcuzen-
beelden te paard, in denruwen berguyt-
gehouwcn, te zien zyn , en onder anderen
z met de hoofden tegen malkanderen,
iéder de hand in een ring gevat hebbende,
en tegen malkandren trekkende, waar
van de inwoonders wetcn te zeggen, dat
yeel hondérd jaren geleden deze z , welke
zy Ruftans noemen, magtige Heeren
in dit land waren, die, lang tegen een,
met groot verlies van veel hunneronder-
danen , geoorlogt hebbende , eindelyk
een verding te zamen gemaakt hebbcn
om hun kragten in het trekken van den
ring te ioonen, onder vodrwaarde, dat
h y , die daar in de, fwakfte bevonden
wierd, met al zynonderdanen,den fterk-
fteq, van die tyd! af zou onderworpen
zyn , \ welk, om dat hier in *t veld ge-
iehied is, ter gedagtenis dezer zaak alhier
in den berg is uitgehouwen. N o g ziet
mcn verfcheidc toppen van bergen, met
vervalle muuten en overblyfzelen van
oude Kafteelen en vaftigheden bezet :
van al V welke nogtans met geene de
rainile -zekerheid te foreken is aange-
zien de Inländers zelfs ons daar af niet
het minfte berigt wiften te geven.
Om nu nog te beter denk-beeld van
dit heerlyk gebouw, en Koninklyk Paleis
van Darius te krygen, kan men het
opgeftelde hier over door de beroemde
Rey.zigers Thomas Herbert, en Johan
Albregt van Mandelilow (van welke de
eerfte ontrent 1616. a id z8 , endelaat-
ftc entrent* 1638. a iiîjp. hier geweeft
zyn) nalcezen, en dan zal men een groot
onderfcheid tuffchen den ftaat dezer overblyfzelen
in djetyden, en nu, zien, vcr-i
gelyk zieh die klaar in de teeke-
de Heer Mandelflow opwas,
ning van
doet.
Keurlyk, zeer menigvuldig, en uyt-
voerig zyn de teekeningen van de Heer
de Bruin van deze bekorende gedenktee-
kenen , gdlyk door zyn E. nevens alle
andre Beelteniflen, ookdie Aloude let-
ters wonderlyk net vertoond zyn j ..had
men maar een T o lk , die ze onsvoorlee-
zen, en vertaalen kon. W y zullen ’er
hier na mede eenige weinige van in de
fchets van een , körte reys vertoönen :
hoewel die van de Heeer de Bruin veel
netter zyn.
Zommigen houden dit voortreffelyk Oordeel
gebouw voor het Paleis van den Koning der Ge-
Darius, eh dien naam geven ter de
landers hier, als men ’ t hen vraagd, nupragtig
noch aan 5 höewekandren, en ook de he- gebouw.
dendaagze Perfiaanze en Arabifchefchry-
vere dezen Vor ft niet Dara, o f Darab j
maar Djemsjid, noemen j dog op de zelve
is al mede Zeer weinig ftaat te maken,
alzoo al hunne/chriften vol verdichtzelen
zyn, behalven dat ook andre onder hen
’t gebouw van de Perfiaanze ftad Afta-
char, (die toen de Hoofd-ftad van ’t R yk
was , en geheel Sjiraas, en dit ganfeh
Paleis al mede in zieh begreep) aan
Cajoe Maraas (eea Vorft,diezy zeggen,
dat 700 gelyk ook Djemsjid even zoo
veel o f wel 1000 jaren geleefa zou hebben,
tocfchryven. '
Anderen zyn van oordeel, dat het de be-
graaf-plaats der1 Aloude Vorften van
Perfien zou geweeft z y n , Waar mede
egter al vry veel ichynd te ftrydetf ,
men ’er tcr zyden eenige pragtigeen zeer
trotze begraaf-plaatzen z ie t , die zeer
wel met de befchry ving van de Begraaf*
plaats van die Köningen „op dien Konink-
lyken b e rg , aan de Ooft-kant van dit
Paleis , maar vier bunderen Lands (ie-
der 400 voet lang) ’er a f gelegen, zoo
als Diodoo’ronsdie nagelaten heeft, over
eenkomt j dog Deila Vallc teekent in
zyn z. deel fol. 83. aan dat hy in Dio-
döor een misflag ontrent dit gebouw
gevonden heeft, daar hy zegt, dat dit
Paleis yier Plethren (dat na’t oordeel van
zommige 400 voeten is) van dezen berg^
af lag, en Deila Valle bevond , dat de
puinnoopen dicht aan de voet van den
berg reykten j dat daar dari al een groot
verlchil geven zou. En dat het ook zoo
is, blykt uyt het te voren bericht van de
Heerde Jager.
C)ok zyn ’er, die meinen, dat het een
Tempel geweeft zy , waar in mcn van .
©uds
ouds hier aan *t H. vyer, aan de zon,
en aan andere Goden van de oude Pcr-
fiaanen , plagt te öfteren, cn dit w e l,
om dat men in een venftcr-ftuk een Perfiaanze
Prieftereenbok met een kromme
Hoorn ten offer leyden ziet. Ook zyn
*er die ’t voor een Afgoden l ’empel in ’t
gemeyn van de Heydcnen met veel
fchyn van waarheid houden.
De meefte egter, die hunne gedagten
op de befte bewyzen gronden , zyn
van oordeel, dat het een Koninklyk
Paleys , en dat het door Darius Hyfta-
fpes begonnen , en door Xerxes vol-
toid is.
sjiraas Deze ftad Sjiraas nu, ontrent welke
bchoord dit Paleis le g t , plagt wel eer onder
ender’t het Koninkryk van Laar (dat z z Ko-
Konink- ningen op zich zelven gehad heeft) te
Lhaar. ^aan, van welke ftad Laar o f Lhaar
(dat eigentlykft Lahaargefchreven werd)
de Hoofd-ftad was , en tot welk Ryk
zieh ook de Aloude magt der Köningen
van Ormus plagt uyt te ftrekken, alzoo
die ook Köningen van Lhaar tot i fpp.
geweeft zyn, in welk jaar Sjah Abaas
de Grooteden ljaatften Koning van Laar,
Ibrahim Chan,- gelyk naderhand ook die
van Ormus overwonnen heeft, ’t geen
wy hier na breeder zullen toonen.
Dit,Sjiraas,dat op zp.gr. 36.min.breedte,
en op delengte van 78.gr. 1 y.min. legt,
was van ouas de eygentlyke Hoofd-ftad
van ’t, Aloude Perfien5 een ftad,,die
wcleer wallen had , dog Welke nu ge-
hecl vervallcn z y n , gelyk ook de ftad-
in zieh-zelvcn niet veel is. Men ziet
z c niet te min al zeer fraey en cierlyk
door den Heer de Bruin vertoond.
Echter is ’t waar, dat men hier de
heerlykfte wyn van Perfien (welke een
heerlyke Maag-wyn is) cn zelf die voor
’s Konings T afel perft,dat meeft J oden van
de flamme L e v i, en ook eenige Fran-
ichen, doen.
Hier vallen ook de befte peerden
van Perfien , en de voortreffelykfte
Granaat Appelen, en zommige als een
Struys-ey van groote.
Men heeft daar ook uyrmuntende
hooge, ja de befte Cypres-boomen der
wereld, en zommigen der zelven on•
gemeen dik , hoeaanig eene men ’er
ook ziet , welke eenige vademen dik ,
en die van Sjah Abaas de I. daar geplant
is. Frey 15*30. Tav. 5*5*0. Ook wil
men dat deze boomen nog een gedenk^
teeken van Koning Cyrus zyn. Deze,
in reyen geplant, doen daar een won-
derlyke heerlyke vertooning , terwyl
men buiten de zelve als een wild boich
van Hazenoöten , Olyven, Piftachien ,
Amandel, Kerzen, Perfiken, Abrikoo-
zen, Granaat,Prunellen, Vygen, Kafta- V. D e e l .
nien , eh van veel andre boomen, die
zeer wel daar tieren, ziet j dog de Oran-
g ie , Citroen en andre lndiaaniche boomen,
die een heeter lucht ftreek verey-
fchen , treuren hier, vermits hier wel een
körte, maar zeerftrenge Winter is.
Men heeft ontrent deze ftad ook goud-
en zilver-my nen, waar aan Sjah Abaas de I.
ook eenigen tyd heeft laten werken, dog,
ziende dat de koften verre boven *t voor-
deel, dat zy gaven, gingen, belaftte' hy
dit te ftaken.
Z y is nog al vry groot, alzoo zy z|
uur in den omtrek heeft, dog de meefte
gebouwen Zy n zeer vervallen, en de meefte
ftraaten fmal, en, als het regend, onge-
bruykbaar.
De Tempels, en Mesdjids (die’er zes
zyn) mitsgaders de Bazaars o f Markten,
zyn wel de treffelyklle gebouwen dezer
ftad, en voor de reft heeft zy weynig*
'fraeys in zieh te zien.
De Boomen, welke men hier heeft,
zyn behalven de Cypreflen, de Sycomoren
( Egyptifche vygeboomen, o f een boom ,
tuflchen de vygen en Moerbeiyen-boom)
de klim-boom, defileene Vygen-boom,
de Popelier, O lm , en Wilgen-boom.
Onder de vrugt-boomen teld men de
Perfik, Abricoos, Kers, Pruym, Appel,
Moerbiefien (witte en roode) de Peeren,
Prunellen-booni , cn verder allerlcy
tleyning vrugten.
Onder de verdre kruyden (buyten de
vorig gemclde onder Atsjien, z a 3 myl
buiten Gamron) teld men ’t balzera-
kruyd , Kütten, Beetworteis, witte en
zwarte , Bourrache , verfcheidenerley
Koolen , Yfop , Latouw , Marjolyn ,
Malva, Mentha ö f Bruyn heylig ßrand-
netels, levende en doode, heerlyke Peter-
zelye}weegbree-bladen, Porcelyn,Peonie,
Pimpernel, .Spenagie Thym, &c:
Men heeft ’er ook fraeje bloemen, -
onnoemelyk veel Roozen, nagelbloemcn ,
o f angelieren, Ambretten, Jasmynen en
Lelien van allerley zoorten , Hulft ,
Goudsbloemeh, Maankoppen „ Tyloofen ,
Crocus-bloemen, Violetten, & c :
Daar zyn ook Aspergies, Artisjokken ,
(niet in de bladeren, als d’onze, maar
van de wörtel en ftam groejende) Karoo-
tcn,Peen, Knoflook, wilde Knof-look,
zoethout, Meekrap , Ajuyn, Pingfter
uakels } allerley Radys , Rhabarber ,
Knollen, & c : '
Ook Ziet men ’er Gattoen, Berberiflen ,
Goriander, Fenkel, Sevengcty - kruid ,
Senebladen, Rosmaryn en meer andre
gewaffchen in overvloed.
Veele meynen o o k , dat Sjiraas het Voor der
Pafargada der Oüden zou geweeft zyn j 9^ cn
dat al Zoo onzeker, als al het vorige isjdagc?"
vermits men op de berigten der öudfte houdea.
F f fchry