
mm
S8
doch vervaartligd met inaclitneraiug der Verbeteringen door de
I
lint
i
ä , '
eerstgenoemde werktiiigkiindigen daarop aangebragt. (1)
Die bergen en plaatsen op het eiland Soematra, waarvan de
hoogte op de kaart n'^. I is opgegeven, doch welke niet voorkomt
in de hierna volgende lljst, zijn opgenomen en geineten door verscheidene
reizigers, doch voornainelijk door den nureeds overledenc
natuuronderzoeker Horner en den geometer Osthoff, die mij hun
meteorologisch journaal hebben medegedeeld, Dit manuscript heeft
den titel: « Barometer-waarneraingen, gedaan door D''. L. Horner,
S. Müller en H. L. Osthoff in de jaren 1834—1839, verzameld
en berekend door den laatstgenoemde.»
Daargelaten de bezwaren, waarmede men bij het doen van
trigonometrische hoogte-metingen in de heete, nu eens drooge, dan
met waterdamp verzadigde lucht tusschen de keerkringen te karapen
heeft, uithoofde de veranderlijkheid van den vochtigheidstoestand
des dampkrings insgelijks veranderingen in de straalbreking te
weeg brengt, zoo heb ik dergelijke metingen immer van zeer
geringe waarde geacht, die aan boord van schepen waren gedaan,
waarbij de gezigtshoek van bergen over de kust,—welker afstand
tot aan den waarneraer niet altijd naauwkeurig bekend i s , —
wordt gemeten en waarbij tot grondlijn geene andere grootte dient,
dan de ruimte, welke het schip tusschen twee verschillende waarnemingen
heeft doorloopen. Naar dergelijke metingen (gedaan door
R. Nairne) was de hoogte van den G.-Pasaman of Ophir, op
Soematra, bepaald geworden; zij wordt door Marsden opgegeven
als bedragende 15842 Eng. voet, terwijl zij inderdaad slechts 9000
voet is.
Bij al mijne hoogte-berekeningen, naar barometer-waarnemingen,
(i) Siechts die barometers, welke wijde buizen en doorzigtige cuvetten hebben, waarin
het niveau van het kwik met groole naauwkeurigheid op het nulpunt der schaal kan
gebragt worden , acht ik geschikt tot het tioen van hoogte-metingen in de keerkringslanden.
— l i eve lbarome t e r s laten zieh moeijeiijkvervoeren ; daarenboven ontstaan er, ten gevolge
van het spoedig oxyderen van het kwik in het icorte, openstaande uiteinde derbuis, andere
bozwaren, weike echter te dezer plaatse niet nader kunnen toegeiicht worden. In de barometers
van Englefield , w e lke zeer naauwe baizeii hebben, oefent de oapillaire actraitie een te
grooten invloed uit, terwijl de cuvet uit palmboomhout vervaardigd ,/ij/jfroscoptscfte eigenschappen
bezit, en zieh, naar gelang der meerdere of mindere vochtigheid des dampkrings,
verwijdt of vernaauwt, ten gevolge waarvan het niveau van het kwik of daalt of rijst.
heb ik mij bediend van de « tables hypsométriques van J. C. Horner,
Zuric,1827; » zij steunen op de formule van Littrow, waarbij
de uitzetting van het kwik bij 1° Cels. is aangenomen op 1/5S50,
en de coèiìicient op 9407,7'.
Overal, waar in de volgende lijst het tegendeel niet is aangeduid
geworden, geven de getallen de hoogte der plaatsen , waarop zij
hoven den spiegel der zee zijn gelegen. De namen, waarbij geene
nadere aanduiding is gevoegd, als Tji, Kali, Goenoeng, enz., enz.,
zijn namen van dorpen of stadjes (Desa's) ; de letters Rs.,ARs.,
Rg., D., beteekenen, dat de oorden, waarachter zij zijn gevoegd,
de hoofdplaatsen zijn eener residentie, eener op zich zelf staande
assistent-residentie, van een regentschap, of van een distrikt,
terwijl die, waarachter geene van die letters staan, namen van
gewone dorpen of pasanggrahan's zijn.
Alvorens wij echter, van het westen naar het oosten door het
eiland gaande, de gemetene punten, van n° 1—5 2 8 , van het eiland
Java optellen, zullen wij eene lijst doen voorafgaan der RESIDENTICN,
regentschappen en distrikten, waarin zij zijn gelegen. (1)
N». 1 tot 56 in BAÌ:<TAM : — 1 tot4i n ^/^nw(/m,Tjibalioeng,—
S in Serang, Serang, — 6 in Lebalc, Waroeng goenoeng, — 7 in
Lebak, Lebak, — 8 tot 17 in Lehak, Parang koedjang, — 18 tot
36 in Lehak , Tjilangkahan.
N». 4 8 in BATAVIA.
N " . 37 tot 4 2 , 47, 49 tot 5 4 , en 7 0 tot 7 2 in BUITENZORG.
4 5 tot 152, en n". 1 5 8 tot 167 in de PREANGER BEGENTsciiAPPEN
: — 43 tot 46 in Tyawd/oer, verschillende distrikten,
waarvan de grenzen over die bergnokken loopen , — 55 in Tjandjoer,
Tjiblagoeng, —- 56 in Tjandjoer, Tjibèrém, — 57 in Tjandjoer,
Bajabang, — 58 in Tjandjoer, Tjandjoer, — 59 in Tjandjoer,
Kali astana, — 60 in Tjandjoer, Padakati, — 61 in Tjandjoer,
Pèser, — 62 tot 64 in Tjandjoer, Goenoeng parang, — 65,66 in
Tjandjoer, Tjimai, —• 67 in Tardjoer, Tjièlang, — 68,69 in
Tjandjoer, Tjitjoeroek, — 75,74 in Tjandjoer, Djampang koelon, —
(1) De namen der BESIDENTIÌÌN, regmtschappen en distrikten zal de lezer kunuen onderscheiden
aan de verschiUende iettersoort, waarmede zij gedrukt zijn.
i
1
m