
s
' • " i S i ì ^ f l <
E c i s l c zoilo. 284 V ìj l'do gebied.
loop van vele eeiiweu lieefl lütgeoefend op den oorsproukelijken
toestaiul vaii de plantbekleeding des lands, waardoor zij in dien
bepaaklen physiognoniischen vorm en groepering van zekere soorten
zijn te voorsclüjn geroepen, waaronder zij zicli thans aan ons
oog voordoen; — waren zij daarenlegen oorspronkelijk reeds aanwezig
in hunnen tegenwoordigen vorm, dan mag liet als zeer
waarschijnlijk worden beschouwd, dat zij vroeger eene veel geringere
opperulakte besloegen dan Ihans het geval is, dat de zoo
algemeene verspreiding er van, zoo als wij die legenwoordig
waarnemen, als een gevolg der .kulUiur moet worden aangemerkt,
j a , dat ten gevolge daarvan hun gebied nog dagelijks wordt ver:
groot. Het negende gebied daarentegen mag met meer grond
aanspraak raaken op oorspronkelijkheid, op de oudheid van zijn
geslacht, waarvan de eigendommelijkheid grootendeels afhangt
van de hoedanigheid des bodems, waarin kalkrotsen of kalkachtige
zandsteengrond de overhaiid heeft; maar ook ten opzigte van deze
ongelijkvormige, verbrokkelde bosschaadjen der kalkbergen, deelen
als het wäre van een voormalig gelieel, is de natuuronderzoeker,
op Java althans, slechts zelden in Staat te beweren, dat menschenhanden,
door middel van de bijl of het vuur, niet te eeniger tijd
en plaatse eene verwoestende werking daarop hebben lütgeoefend.
uim
VIJFDB GEBIED.
DE UAWA-FLORA. DE PLANTBEKLEEDING DER
ONDIEPE, STILSTAANDE WATEREN,
DER GRACHTEN, MOERASSEN EN VAN HUNNE OEVERS.
Uithoofde de stilstaande wateren van dezen aard meer bijzonder
tot de alluviaal-vlalitcn der heete dieplanden behooren, waar
K e r s l e zone. 28Ö V i j f d e gebied.
zij dikwijls na plaats gehad hebbende overstroomingen overblijven,
ZOO worden zij in de nabijheid der kiist in grooteren getale aangetroffen,
dan in het meer binnenwaarts gelegene gedeelte des
eilands. Dat de planten, wier groene bladeren, wier bloemen den
Spiegel of den oever der Rawa's versieren, niet mögen gerangschikt
worden onder de kustgewassen, zulks laat zieh ten duidelijkste
hieruit opmaken, dat zij in het binnenste des eilands
overal worden aangetroffen, waar de plaatselijke gesteldheid des
bodems aanleiding geeft tot het doen ontstaan van Rawa's. Zulks
i s , bij voorbeeld, het geval op het 2000 voet hooge plateau van
Ba'ndong. Vele dezer planten wassen insgelijks in onder water
staande rijstvelden (kunstmatige moerassen).
Im Iset water drijvesi of de Spiegel ei- vass Is he^eUt
« . e t fle Madei-e« van een aantal planten, wier physiognomie
eene groote overeenkomst heeft met de moerasplanien , welke m
Europa worden gevonden. Hiertoe behooren Najas indica l. en
Utricularia ilexuosa vhi. , welke laatstgenoemde, benevens andere
soorten van hetzelfde geslacht, bare gele bloemen bij honderden
boven den waterspiegel verheft, waarop hier T a r a t é lelik .. :
Limnanthemum indicum Giisb. (Villarsia indica Vem.), hare kleinere,
eiders Tanginoer .. : Nymphaea stellala en pubescens wi i id. ,
hare grootere bladeren uitbreidt en harebloesems opent, even als de
Nymphaea-soorten op den waterspiegel der vijvers in Holland,
wier plaats gene op Java vervangen. Op andere plekken verheffen
zieh uit het water de schoone rozenroodeLotos-bloemen, Taraté
g è d é : Nelumhium speciosum wiud., die hunne naburen in groolte
en schoonheid verre overtreffen en op wier groote bladeren, die
als het wäre een drijvende tuin voor hen mögen geheeten worden,
Parra aenea en andere vogels rondwandelen. In de tusschenruimten
ontwaart men Ki djapo s, : Fistia stratiotes L., met bare rosetvormig
gerigte bladeren , die bij millioenen digt nevens elkander
staan, waardoor de waterspiegel als het wäre wordt herschapen
in een groen weideveld. En ten einde geen enkel plekje onhedekt
te laten , bespeurt men op vele plaatsen tusschen de vroeger genoemden
Loekoet tjai. , : Lemma minor l. , die, als een echte
Pä'ii^,;^«. i