
y ¥
l'\vi>edo zone. 404 Kultiuir
zon zou oprijzen. Nimmer echter heb ik eene hehlerheid in den
dampkring mögen waarnemen, die of sterk genoeg was of door
hare rigting en gedaante met grond zou hebben kunnen doen
zeggen : ik lieb ooit op Java het zodiakalUcht aanschouwd.
i f t i i l Ì M S i r .
" - i l
ì
KüLTüüROEWAssBii DER iNBooRLiN&BN. De dorpcH der Javanen
, met vele van de vriichtboomen, welke dezelven beschadnwen
en die wij bij het beschouwen der vorige zone reeds hebben leeren
kennen , rijzen in de meeste streken des eilands tot op eene hoogte
van 2Ö00, ja, in vele gedeelten tot op eene hoogte van 3000 voet
aan de berghellingen opwaarts ; op de zeer gunstig gelegene, zacht
glooijende of vlakke hooglanden tusschen de vulkanen en hunne
voorgebergten, of op de verbindingszadels van twee nevens elkander
liggende vulkanen worden er hier en daar op nog grootere hoogte
aangetroffen. Iloe hooger men in het gebergte opklimt, op des te
grooteren afstand zijn zij van elkander verwijderd, komen zij
zeldzamer voor, wordt het tal hunner hutten geringer en missen
zij den eenen vruchtboom na den anderen. (Zie lager : beschrijving
van het landschap Goenoeng-Soembing.) In de hoogst gelegene
dorpsboschjes worden nog aangetroffen de Nangka-, Doeren-,
K è m i r i - en Pangi-boom (Artocarpus integrifolia, Durio zibethinus,
Aleurites raoluccana en Pangium edule) , die veeluldig nog ter
hoogte van 3000 voet voorkomen ; ook daar nog omringt de Pi san gstruik
(Musa paradisiaca) de hutten en hoort men het fladderen
zijner groote bladeren, ja, de kleine Papaja-boom (Carica Papaya)
wordt zelfs nog hooger gevonden. De Kokos- en Pinang-palm volgt
den Javaan zelden hooger dan tot op 2000, uiterlljk 2 i duizend
voet boven den spiegel der zee, ongeveer op gelijke hoogte als
rijst met goed gevolg in Sawah's kau worden aangebouwd, welke,
laatstgenoemden, slechts bi] wijze van uitzondering op den regel,
hier en daar aan gunslig gelegene dalhellingen zieh Irapsgewljze
mm l i i k i l i i i
Twecde loiio. Rultuur.
tot op eene hoogte van 3000 voet verheilen. Weelderig groeit
hier echter nog onder de veldgewassen de Djagon (Zea Mays),
welke bij vele arme bergbewoners de plaats van rijst vervangt,
lerwijl onder de palmen de Areng-boom (Arenga saccharifera)
m. Areng of Ano, j. Aren, s. Kawoeng, Bau, Parkot , eigenlijk regt
in deze zone te huis behoort, alwaar de grootste hoeveelheid zoogenaamde
Javasche suiker lüt zijn sap wordt gekookt. — In de
bergachtige streken, gelegen ter hoogte van 2i- ä duizend voet,
welke tot de navolgende zes distrikten — Oedjoeng broeng koelon *
en wetan, Rongga, Tjilokötot, Radja mandala en Tjiea ^—van
het i-egentschap Bandong behooren , waren in 1842 tot het bereiden
van Areng-suiker werkzaam 440 huisgezinnen of 1588 personen,
op 159 kookplaatsen, voorzien van 334 groote ijzeren
pannen. Er groeiden in die streken 20779 Areng-palmen,waarvan
er 3203 uitrustten en derhalve geen sapleverden; 12927 begonnen
sap te leveren , terwijl 4649 sterk werden afgetapt. Uit de gansche
massa sap werd 1970 Pikol, ä 125 pond, suiker gekookt, waarvoor
de regering bij het afleveren in het pakhuis f 1,50 ä 1,90 betaalde.
Het transport wordt vergoed op gelijken voet als zulks voor het
vervoer van koffij geschiedt. (Zie lager.) Blenigwerf van onder
tot boven bedekt met varenkruiden en Orchideen, voornanielijk
met Vanda suaveolens ßi., verlieft zieh de körte stam der Arengpalmen
in de nabijheid der hutten en dorpjes; steeds groeit bij
l i j n r e g t , verticaal opwaarts en laat zieh reeds in de verte herkennen
aan de geringe hoogte, die bij bereikt, ZOG mede aan het
donkerblaauwe groen zijner opwaarts gerigte schermbladeren. De
Areng-palm wordt nog ter hoogte van 4000 voet, ja, nog hooger
gevonden, waar bijna alle andere vrurhtbooraen worden gemist.
Het sap wordt afgetapt, zoodra de vruchtknoppen beginnen te
zwellen. De neßrwaarts hangende steel der bloem- ofvruchttrossen
wordt alsdan afgesneden en het afdruipende sap in eene Bamboesbuis
opgevangen. Ongeveer 4 of 6 uren nadat het sap is afgetapt,
begint het te gisten en wordt, hoewel ziilks zelden op Java het
geval is, veelvuldig op Soematra en voornanielijk in de Battalanden
als palmwijn gedronken; het is een aangename, zuurachtig
zoete drank , die door de groole hoeveelheid koolzuur , welke er
if