
.. .ir
lierste zoiiu. 256 Negencle gebied.
niel (loor cene scherp geleekende grens van elkauder onderscheiden ;
uil een pliysiogiiomisch oogpimt beschouwd hebben zij eene groote
overeenkomsl met elkander, ea dikwerf gaat liet eene in het andere
over. Gissus en slekelachlige Rolan-soorten, die wij in het kreupelhout
der hoog opgroeijende wouden zullen aantreffen, onislingeren
met liunne ranken menigwerf het geboomte dezer heete,
zonnige bosschaadjen. Uithoofde de natnur hier geene scherpe
seheidslijn heeft getrokken tasschen dit en een ander gebied,
ZOO moest mijn eeaig streven zijn oni hier, gelijk in elke andere
zone of gebied, de meest kenschelsen.de vormen te schilderen en
de gewassen, die verre verspreid zija, te dier plaatse op te
noeaiea, waar zij het veelvaldigst worden aaagetroffea, ia dal
physiognomisch gebied, waaraaa zij een eigenaardig karakter
geven.
l i o r a n t l t a c c c i i . Aan de takken van vele boomen, die wij in
liet zevende en negende ilora-gebied hebbea opgeteld, hangen meestal
houtachtige planten, die tot de echte woekerplanten behooren, namel
i j k , Loranthaceen; deze plaats achten wij beter geschikt oai er gewag
van te maken dan wanneer wij later de oorspronkelijke wouden
zullen schilderen , want mögen zij ia elkander Ilora-gebied van deze
en de volgendo zone voorkomen, — overal waar slechts boomen wassen,
— zij worden echter het menigvuldigst aangetroffen, in de
zonnige, drooge wildernissen dezer eerste zone, terwijl daarentegen
in de schaduwrijke, hoogstammige Avouden s/sewcio-parasietplanten,
vooral Orchideen en varens hare plaats inaemen. Aan
vrachtboomen gevea zij de voorkeur bovea het geboomte der wilderais,
ea op huane staaimea worden gewooalijk Viscum articulatum
Burm. BB orieatale wiiw. gezien. Eeae der meest algemeea
verbreide soortea dezer faaiilie is Loraathus peatandrus h. ; tot de
fraaiste plaatea dezer soort behoorea Loraathus formosus, praeloagus
ea fasciculatus bi., die, gelijk alle aadere soortea van dit
geslacht, zieh hechtea aaa de verschilleadste boomen, zonder ia
dat opzigt eeaige voorkeur te doen blijkea.
GHitiENGDB VORMEN. Er wordeu zeer vele strekea op Java ge-
•vondea alwaar de band der bewoaers, die zieh aldaar hebben
aedergezet, groote veranderiagen heeft te weeg gebragt en aog
Horste zone. ao / Niigemle gebied.
!
dagelijks te weeg breagt in de oorspronkelijke wouden, welke
de oppervlakte des lands bekleeden, en dit is voornamelijk het
geval in de läge aeptuaische gebergtea , wier liggende laag uit kalkachtigea
zaadsteen bestaat. Deze veranderiagen zijn van zulk een
uitgestrekten aard, dat men niet meer weet tot welk gebied de
plantbekleeding behoort gebragt te worden, die men in dergelijke
Görden aantreft, uithoofde zieh aldaar een gebied begint
te vormea, dat zieh eerst allengs uitbreidt, terwijl daareaboven
de oorsproakelijke vorraea van de llora dier oorden nog
niet geheel ea al uitgewischt zija. Eeae dergelijke Streek wordt
oader aaderea gevoadea ia Baatam, aamelijk, het dal der Tjl-
Oedjoeag aabij Bödjoag maaik in het regentschap Lebak, en de
berghellingen, die het aan alle zijden omringen. De verhoudiag
tusschea de verschilleade vormea vaa plaatbekleediag der oppervlakte
van dit oord, hetwelk ter hoogte vaa o tot 700 voet bovea
dea Spiegel der zee ligt, is (in 1846), in tiendedeelen voorgesteld ,
als Yolgt.
Kultuur 1 : 1. Het behouwde land bestaat voornamelijk uit
drooge rijstvelden ea hier en daar uit een
kleiaea koffijtuin.
Wildernis 9 : 2. Graswildernis, gevormd uit 3 ä 4 voet hoog
groeijend Alang- en Glagah-gras, dat 6 ä 8 voet
hoog wast, waarin hier en daar afzonderlijk
staande struiken en Scitamineen voorkomen.
» 6. Struikwilderais, welke 15 ä 25 voet hoog groeit,
niet vele Scitamineen, waarin hier en daar Bamboes
en lange grassoortea wordea gevoaden.
» 1. Kleiae gedeelten van het hoogstammige oorsproakelijke
woud , dat uit verschilleade boomsoorten
bestaat, waaronder er voorkomen, die 100 voet
hoog zijn.
Het zijn drooge , afzonderlijk staande kleine groepen, deelen
vaa het voormalige woud, hetwelk meer ea raeer wordt verdroagea
door de struikwilderais, die op hare beurt moet wLjken voor
het Alang-gras, hetwelk steeds meer en meer de overhand veri
Ii
;ii i
:i ; -.'I
> J.