
•it •
Tweede zone. 470 Twoeclo gobieii.
i
silea quadrifolia L. wordt er raenigwerf onder gevonden; daarenboven
treft men hier CAara-soorten aan, welke in de Rawa's
der beete dieplanden te vergeefs worden gezochl, benevens Myriophyllum
indicum Wiiid. en andere nog niet bestemde soorten van
dit geslacht. Deze planten, zoo mede Gonferven, ontwikkelen zieh
ZOO welig in deze wateren, ja, vullen _ menigwerf het gansche
meerbekken, gelijk in Europa het geval is raet Myriophylluni
spicalum L. en dergelijke planten.
i«
: !-
D E R D E ZONE.
DE KOELE ZONE VAN 4500 TOT 7500 VOET BOVEN DEN
SPIEGEL DEB ZEE.
Naar gelang wij hooger bergopwaarls stijgen, neemt de uilgestrektheid
des bodems steeds meer en meer af; in deze derde
zone bedraagt zij — in vlakke projectie — nog niet bei SOOOs'e
gedeelte der uitgestrektheid van den bodein der eerste zone, niettegenstaande
bare verticale breedte 3000 voet is. De bodem is
hier uitsluitend beperkt tot de hellingen der vulkanische kegelbergen,
vormt een kring, een gordel, rondom deze bergen, waarvan
de oppervlakte allerwege helt onder een hoek van 15 à 25
graden. Geen andere dan een slerk glooijende bodem, die echter
hoogst vruchtbaar en raet vermolmde overblijfselen van wouden
is vermengd, — een bodem, gevormd uit verweerde vulkanische
producten, — « ordt in deze zone gevonden. Slechts drie gebergten
maken hierop eene uitzondering, dewijl zij insgelijks een
vlakken bodem in deze zone bezitten. Het zijn : lo. het plateau
van Dieng, gelegen ter hoogte van 6500 voet, dat, wel iswaar,
eene geringe uitgestrektheid bezit, doch omringd is door zacht glooijende
heuvelen en vlakke dalen, die zieh uilstrekken tot aan gene
zijde van Batoer en derhalve eene aanmerkelijke breedte hebben.
(De lezer vergelijke bladzijde 265 der Il^ie afdeeling.) — 2o. Het
Tènggèr-gebergte, dat ter hoogte van o à 7000 voet, behalve
de dorre zandzee (Dasar), vele vlakke of slechts zeer zacht glooiiiE:
r
'' ti
' s