
l&57' bas Ampzjhgius bcroepen.
Die ccrlre Heer is by den inval van
Coxinja in Formoiä met zyn Vrouw ine-
de gevangen genomen , en was Ao. 1663,
nog by de Coxinfche Tsjineezen.
.. Ao. i6y%. den 21 Mey wierd D. Gut•
lielmtts Vinderus herwaards gezonden \ dbg
in dit zelve jaar aan D. Bufchhof zyne ver
loffing toegeftaan. ( De eerfte Heer bleef
hier niet lang, en komt den 11 Julius als
overleden vöor.
D/ Mazjus had men op Kelang, een
Eiland onder Tayouan behoorende, (om
de Noord van Formoiä nevens Tamfiiy,
waar op w y eenige fterkten hadden) gc-
plaatft, van waar zyn Eerw. Ao. 1661.
met de Fluyt ’s Graveland, na dat hy in
Japan eerft aangegierd had, na Batavia
vervoerdis, omniet in handen van Coxinja
te vallen.
Dog wat D. Hambroek^ betreib, deze
quam d em y April 16Ö1. op Batavia, we-
gens groote imaadheden ,zyn Eerw. alhier
door eerijge Lcden der Regeering aange-
daanj dog hy 'is zekerlyk kort daar aan
weder herwaards vertrokken , aangezien
2;yn Eerw. nog in dat zelve jaar met zyn
Vrouw , een Zoon en een Dogter, met
wel y a 6 van zyne Amptgenooten, door
Coxinja gevangen genomen, en van den
zelvcn na de Vefting Zeelandia afgezon-
den is , oin den Heer Landvoogdj enden
Raad, tot de overgave, zoo zy hem niet
.tot de uiterfte woede tegen de gevangene
.Nederlanders aanzetten wilden, te bewegen
j maar ’t was zoo verre van daar, dat
• die edfilmgedige en ftandyaftme man hen
-tot de overgave jzoude aanraden, dat -hy
-alle bedenkdykp beweemedenen gebruik-
te , om hen tot ftandvaffigheidaan te maa-
nen, ichoon hy vaftftelde, dat die raad
doodelyk. yoor hem , zyn V rouw, Rinderen
, en voor de verdere gevangenen,
wezen zoude.
De Heer Coyett ftelde het in zyn keur,om
in de Vefting by hen te blyven , o f weder
na ’ t Leger van Coxinja te gaan ; maar ’t
was wel verre van daar van zyn verblyf in
de Vefting eens in overwegmg te nemen,
1 alzoo hy vaftftelde, dat Coxinja*s woede
dan aanftonds tegen .alle de gevangenen,
cn vopr a l . tegen zyn Vrouw en Rinderen,
uitgeberften, en dat hy alle die men-
fchen door zulk een trou wlooze daad, niemand'
minder dan een Predikant voegen-
de, aan de gruwelykfte wreedheden, die
men bedenken kon, zou overgegeven, en
behalven een eeuwige fchanaevöor zieh,
en zyne ordre , ook den grönd van ge-
.duunge knaging in zyn gemoed, over't
origelyk , aan zoo dierbare panden en zoo
veel lleve Vrienden gedaan , gelegt zou
hebben; weshalven zyn Eerw., om zieh
uit alle die zwarigheden edelmoedigte red-
den, het allerbeft keurde als een eerlyk
B .V in -
deràs
A0.1657.
D.Buichhof.
D .M a -
zius A o .
IÌAÌk ö
D .H am -
broek
A o . 1661.
weer.
hier.
W e rd
v an C o x
in ja g e vangen
genomen.
Z y n
weergalo
o z e G
ftandvaftigheidi
man zyn woord te houdeny'enwat hem 1662.
ook overkomen tnogt •/( alzbo-hy, dät al-
tÿd by zieh zelven, voor de wereld , en •
By God, verantWoorden kon) nazynweer-
de Vro iiw, zyne lieve Rinderen, en zoo
veel getrouwe Boezera-vrienden, weder te
keeren, om met een onverzettelyke ftand-
vaftigheid Gods verder beiluit overhem,
en de zynen, a f te wagteir. v ; ;
Met . wat. een Ziel-rperende beweging
beide zyne Dochters , «die zyn Eerw. in
de Vefting had, hem.yan.dit voorne-
men zbgtén a f te brengen ' en hoe zy
hem mettraanen in de bögen, , en' met allé
bedenkelyke fmeekmgèn. zogten over te
halen, om by haar te bly ven, en hoe , als
dit alles niet helpen mögt,1 h y haar met
zyn kloekmpedig en edelmoédig antwoord
zoodanig de înortd floot, .dat z y , van drbef--
heid geen gelüid meer könnende géve^
de eqne van zieh zelvën tegën de grond
v ie l, en de andere, als zy niet meer.ant-
woorden kon, en hy daar op henen gaan
wilde , hem al jammerènde- ond den' hals
vloog, en ganich doodelyk beftorven, en
beklemd zynde, daar aan hangen bleef,
en hoe hy grootmoedig, oni door aile
deze tedere en al te Ziel-roerendc voorval-
len en voorwerpen niet meenigmaal tôt
een wankeling, die hem altyd daar na be-
rouwd zou hebben, gebragt te werden,
zyn tyd waar nam, om zieh uit hare armen
te redden ; dit alles zeg ik ^ bequaam
om een hert van fteen en metaal te bewegen
, können w y v ry breeder in het by-
voegzel van »t verw^rlooft Formoiä lee- m
. zen, gelyk w y daar ook' verder konjiçn
zien, hoe die onbeweeglyke ,en ftandva-
ftige man, als een Rots t^eû .’t klôfeen
der ichuimende baaren psû ftaandè -, mèt
de uiterfte kloekmoedighad de Vèffinguit
weer naden vyand,en ook te gefyknazyn
zekere dood , ftapte, na dat hy in het
uitgaan de Soldaten ^ die hem niet zohder
traanen konden aanhooren, met een weer-
gadelooze haitvogtigheid tôt ’ hun plich-
ten, en tot de uiterfte ftantvaftigheid aan-
gemaand , en hen verzekerd had y zieh
zelven gewillig voor hen, envoondé wel-
ftandvande zynen , te willen opoßeren-, als
hy hen daar doornaar eenigen dienftkon-
de doen ; wap- op z y hem aile met-de uiterfte
ontroering hunne trouw en ftahdva-
ftigheid tot’er detod toezeiden , biddende,
dat God hem, en hen bewaren, en aile
te zamen een genadige uitkomil geven
wilde
Dus lcheurde deze gröotmoedige Ziél
zieh uit het midden van zoo veel waarde
panden, om] met veel groater 'Helden-
moed als de onvergelykelyke Roomfche
Borgermeefter, Attilius Regulus, wanneer
hy aoor de CaTthageniënièrs gevangen was, ■ " 1
door *t afraden van de overgàve ( die dog
daar na’erop volgde) zieh zelven aan de ’
• dood
T A V O Ü A N o f FO RMO S A .
i6 6n dood teel lievcj- över te geven, dan een
* Jafheirtighei4 te begaan, die een eeuwige
fehande op hein, op zyn Ordre, .en op
Zyn ^nlche Natie, kon gelegt hebben :
Vant fchoon men bekennen moet, dat
jRegtilusigpen voorbeeld van zulk een daad
onder de zynen had, en dat h y , ichoon
Y in zyn hand hebbende, om zyn leven
te koipien behouden, zoo hy maar ’t verzogt?
by die van Carthago den Romey-
nen had willen aanraden, de edelmoedig-
jheid hgd van deRomeynen het zelve, tot
behoudehis, eere, en luifter van zyn Vaterland,
a f te raden, waarby hydan niet
anders dan zyn Tekere dood (oie’er ook
elendig op volgde) yaftftellen konde, zoo
yalt hier voor eerft nog zeer aan te twyf-
felen ( gelyk veele doen) o f dit geval wel
waar, en zoo ’t al waar is , heeft die man
zulke zielroerende voorwerpen niet gehad,
die hem het allenninfte konden doen
Wankelen, daar *t geval van dezen Heer
jffambroeonbetwiitelyk waar-, en zyne
Eerw. voor alles, ja voor het tederfte,
dät iemand tot afval bew^en kon, bloot
gefteld geweeft, en egter zoo. ganich on-
vazettelyk , en ftanavaftig in zyn voor-
genomen beiluit gebleven is, dat alle, die
dit gehoord hebben., en hooren zullen,
daar ovo1 ten uiterften nog moeten ver-
baaft ftaan.
Z yn Eerw., dan weer by Coxinja ge-
komen zyiide^ Zcide mpt veel deftigheid
xn vrympwäigheid, dat de Landvoogd’ en
zynen Raaabeil^ tg xih addeo de Vefting,
tSxoo-zy daar toe neg zeer wel in Staat
waren", tot den laatflen druppel bloeds te
verdedigen, en van geen accoord, ofoverfave
der zelve wilden hooren ipreken;
oeWel zy tnders geem a l, wat in hun
vermögen was , en oehoudens hunne eere
gefenieden kon , ten gevalle van zyne
Hoogheid wilde doen.
Door dit antwoord wierd Coxinja tegen
onze Natie in ’ t gemein, en in h byzon-
der tegen alle de gevangene Nederlanders,
Zoodanig verbitterd, dat h y , ziende, dat
hem veel zaake» tegen liepen, en merke-
ly k buiten zyne giffiög gingen, behalven
dat ook deForinozaanett tegen hem begonnen
op te ftaan , maar een fchyn-redfen
Zogt, om zc alle den hals te doen bree-
ken*
H y kreeg’er ten eerften een gewenfeh-
te geligenheid toe, alzoo de Formozaanen
een groote troep van zynvolk aangetaft,
en alles in de Pan gehakt hadden.
Hier van gaf hy de Nederlanders alleen
de fchuld, voorwendende (hocwel onwpr)
dat zy de Formozaanen daar toe opgehjtft,
en aangezet hadden.
Daar op g a f hy aanftonds laft, om al,
wat mannelyk onder de Holländers was,
neder te zabelen, en zonder eenige gena-
de alle deze weerloozen te vermooraen;
IV. D e e l .
Z y n o n -
bevreeft
anttvoord
aan C o -
xinja.
D ie a id e
Mans
doed
vermo
or-
den.
g elyk ook ten eerften zeer licht-, alzoo zy
hier en daar in troepen verdéeld Waren,
geichiede4 eh waar onder ook veel Vrou-
wen en Kinderen in de eerfte, woede haar
einde vonden. .. ., , . a . .
. De meefte vah hen wierden onthoofd,
hoedanigen dood ook de édelmoedigé
Heer Hambroek^ benevens D . Petrus Mai,
Predikant in Favolane , Arnoldus a ‘Win-
fern, Prediltaht in Sakamy facobus Amp-
zingius, cn Joannes. Camptus , zyne weer-
de en getroiiwe Ämptgenoteh ( volgeps
de waarfchynelykfte perigten) ’wel ju i f t
niet, gelyk zommige Vitters al fcherzeh.
de voorgaven, voor het gcioove (alzöo
Coxinja zieh zeer weinig daar mede be-
moeide) geledcn hebben, maar uit enlce-
le wraak van dien Barbaar, zoo tegen deze
onnoozelcn, als wel meeft tegen deonwil-
ligen, om de Vefting op zynen eiieh aah
hem over te geven, zonder dat zy verdiend
hebben, na hun dood , zoo bitter , quaad-
aardig c
-werden,
Formofi ;___ _
,na Japan met Scheepslädingen* vervoerd,
niet voor de Predikanten , maar voor de
Hoofden der Regeering aldaär waren, de
proef hier op zynde, dat zy doorgaans;
en de Predikanten zeer zelden, ryk t’hun
komea.
Dat D . de Leonardis eö zyn Vrouw. hié-
de onder deze gevangene waren , hebben
w y ¿yorens afgezegt j maar deze Heqr
met zyn V rouw , ichynd by dé troep,
waar onder de Heer facobus Valentyh,
Landdroft van Formöia ,' en ontreht nog
20 anderen waren, geraakt, en aldus nevens
hem mede begenadigd te zyn , gelyk
hy ook Ao. 16^3. en 1664., wanneer de
Heer Bort de tweedemaal- met een Vloot
na Triina ging, nog leefde, alzoo de On-
der-Koopman, foannes Renaldus, toen zeer
veel moeite aatigewend heeft, om, doór ’ t geven
vatì deze en geene Gefchenken aan eenige
voörname Coxinders , de Weduwé
van den Landdroft Valentyn, eü denEerw*
D. de Leonardis met zyn Vrouw te ver-
bidden, cn lös te krygen j dog älle zyne
moeite was te vergeefs-yr en men. moeft
met overgave van de GyZelaars wederzyds
onverrichter zaake, *t geen voor die gevangenen
bedroefd was, fcheyden» ,
Na dat nudeManszoo moorddadig om-
eebragt waren, wierden de Hollandiche
Vrouwen onder de Tsjineezen verdeeld,
van welke die geenen het wel ’t beft gehad
hebben, die aan ongehuwde ten deeT vie-
len; maar die dezeen geenen gehuwde O-
verften na zieh namen, konden wegens
hunne jaloerfe en bittere Wyven haärtced
niet Overzien, gelyk ook veele vän haar
als de veragtelykfte Slavinnen tot de flaaf-
achtigfte aienften gebruikt wierden , en
eindelyk onder 4ien laft geunoord, eh, nä
M % oii»
D .H am -
broejc,
nevens
verfcüeide
van
zyne.
Am p tgenoten',
onthalß.
D . de
Leonard
is , dè
Lan d droft
V a r
len tyn ,
en andere
begena
d ig d .
rioä-S
met de
Vroii-.
wen ; .
g ìi if .