G R O O T
. Jn de zelve legt een Kapitein als Hooftl,
ölet an. fraeje bezettingy otii aah deze
kant ceri oog in ft ¿eil tehouden.
Zy legt eigentlyk aan de Rivier van
Gombong, die wel een myl ooftelykpris.
Ook heeft men by de zelve nog de Rivie-
ren Garoeda en Radjafla, gelyk wy elders
in prent verbeelden.
Böven Gombong ;een myltje legt Lier
Baja, nog wat hooger Pan Bayman (daar
de wal na’t Zuiden wat uit, en dan wat
in loopt) een half myl verder de hoek
van Kirna, en ecn myltje opftelyker’t
dorp Baleba aan een Rivier, zynde met
huni vyf dorpen wel agt honderd huisgezinnen
fterk. V
Het voorgaande groote R if , dat by Ze-
dekari al imaller is, loopt van däärVervoI-
gens de ganiche kuft: Tangs, zynde op de
eene plaats wat fmdler,al$- pp dp andere;
dog beooften Baleba y^el op zyn fmalile,
en mceft al van eene breedte.
Even boven Baleba legt Drien Gien, en
Pandjarakan, aan een Rivier, ten Noor-
den van welke een halve myl t’zeewaards
het Eilandje Poelo Katapang, of ’t kralig
Eiland legt.
Een myl ooftelyker is Sidapakiaaäneen
Rivier, en anderhalve myl hooger de höek
van Giending by de Rivier van Piton,
daar de wal wat Noorden aandraeit. Deze
v y f dorpen können wel zes honderd huis-
gezinnen uitmaken. ..
Pas beooften deze Rivier van Piton heeft
men een zwaar gebergte, dat van ftrand
af wel twee mylen $£tiiden-aah loopt, en
zig dan twee andere groote mylen nä ’t
Ooften, en zoo weer nä’t'Noorder-Jlrand
draeit, ’t geen den naam van’t gebergte van
Domon draagt, na een dorp dat wy aan*
ftonts zullen ontmoeten.
Anderhalve myl beooften de Rivier van
Piton heeft men een rood bergje, en dan
de Rivier van Tampoera, wat hooger de
Rivier van Oeloeboewang, dan die van Ma-
fuyke, dan die van Domon, dan die van
Katta, en.dan die van Loekadjeng, beooften
’t welke een half myl’t gebergte van
Domon tot aan 5t ftrand toe loopt. Deze
dorpen leggen ontrent een halve myl ieder
van malkanderen 1 en zy können met haar
zeflen wel negen honderd huisgezinnen uir-
leveren.
Een halve myl ooftelyker legt de alou-
de en magtige ftad Panaroekan, aan een
groote Rivier. Zy was wel eerdeHoofd-
plaats van een magtigKoninkryk,en van
grooten handel,gelyk’er nog, en voor al
van Ryft is.' Hier plagten de tortugee-
zen,ten tyde zy nogmecfters van deOoft
waren (waar door men dc Oofterfche
Dandvoogdyen , Amboina , Banda, Ter-
nate, en Macaflar verftaat) gemeenelyk
aan te loopen.
Zy ftaat onder een Ingabei,en werdop
vyf duizend huisgezinnen gefèhat. , Daar
zyn yeele, dbg ilegte huizen in, en mèri
hecft 5er een van de Ichpònfte fylarkten vari
Java , benevens.eèh gropte pàscebaan. r - •
Wat opftelyker aan ichiet de kuft een
myl na ’t Noord-Ooften uit, crilppptdan
weer in (ria eenkleeneri hoek van cpn viertle
van een rayl'gemaakt te hebben ) twee
groote mylen Zuid-Ooft-aan j dàar zyeeri
vlakke. bogt wel van drie mylen maakt,
in ’t midden, vari Welke Sidapurna lègt,
dat wel vier honderd huisgezinnen fterk
is , en dan eindigt de kuft daar bynatwee
mylen verder, loopéndeweer Zuid-Ooft,
na dat zy. perft wat Npprden ten Ooften,
aangedraeit heeft. Waar mede wy vati
deze kuft w«er. aflpheiden , . hebbènde
niet andersTuef.by.te voegen, dan dàt bezui \
den deze.kuft zig eendeel van’t Vorfteridoni
ßalamboafig (oök wel Bajàmboàhgàh ge-
naamdJ vertPond daar dit'JLandfchap van
Paflàioewan tegen aah ftppt, en van daar
tegen de Zuid-.zee fttlit, gelyk het in 't.
Wellen tegen ’t landfchap Poegar grenft.
In dit zesdé beftek nu hebbeh wy (be-
hälven \ geen wy op Madura gevondèrì
hebben, v y f o f zes fteden , en zeitig dorpen
(en een groote menigte, die hier niet
uitgedrukt ftaat) welke te zamen een en
veertig duizend en negén honderd huisge- .
zinnen, die ieder huisgezin op vyf menfchen
gerekendj twee honderd negen duizend en
vyf hondéi d zielen uitmaken, waar by die
van Jt Eiland Madura gevoegd',* ¿Po komt
dit. zesdè beftek twee duizend honderd en
een dorp, twaalf fteden, honderd twin-
tig duizend twee honderd en vyftig huis-
gezinnen, of óòi z fo zielen uit té leveren.
DeZeNoofd-Öoft-kuft isGoftenWeft,
of Zuid-Ooft, en Noprd-Weft, zes en '
twintig mylen lapg...
Saan 4ab nU yan- het z^de- tot hetzcvendc
zevende, o f ’t laatfte beftek van ’t Eiland Beftek. cn
Java over , en iaten hier nevens gaan ¿en K“ « van
kaart van »tzelve, welke het Vorftendom} Voittea-
van Balamboang bevat, mct de letter SiaTb^ne
getekend. r 5
W y vervólgen dan aan de Zuid-zyde Zuid-
daar wy ’tlaatft gelaten hebben, te we-7v.dcbe_
ten een myl opftelykerin de Kiekens-baei, TCn*
die wel vier mylert N . W . en Z . ,0 .
lang, en een myl diep is,ejo daar de kuft
wel een myl na ’t Noorden ihgefchpten
zynde, een vlakke bogt maakt',daar mèn
laag land heeft, en dat zwart zand tot het
einde van Java ziet vervólgen, dog zoo-
danig, dat men hier en daar ook wat wit
zand, maar geen anker-plaats, dan alleen Ankcr- -
pas binneii aeri Ooft-hoek van deze baei, plaats.
ontmoet, benoorden welke pas landwaard
in eenig,gebergte Ooft en Weft aan, ge-
lyk ook vervolgens tot het ein4e van dit
beftek,zieh uitftrekt.
Aan de Ooft-kant dezer baer maakt de
kuft een hoek, die na’t Wefiiéh.uitiehiet,